‘Jongeren zijn Gods profeten’
De Sint-Michielsbeweging is vijfentwintig jaar oud. Twintig jaar geleden sloten de Brugse priesters Noël Bonte – die in januari 2016 na een slepende ziekte overleed – en Geert Goethals hun drie jaar durende tijd van bidden en plannen maken af en startten zij een nieuwe christelijke jongerenbeweging. Omdat de jezuïeten hun leeggekomen gebouwen in Kortrijk in 1993 ter beschikking stelden, is de naam van de beweging afgeleid van de kerk op honderd meter van de Kortrijkse Grote Markt, waar ze haar gemeenschapsvieringen houdt: de Sint-Michielskerk. Maar de Sint-Michielsbeweging is ook actief in Brugge, Waregem, Izegem, Gent, Oosterzele en Leuven.
Vorige zaterdag was het in Kortrijk open-deur en pizza-avond.
Voor de dankviering van vorige zaterdag zat de kleine Sint-Michielskerk afgeladen vol. Bisschop Lode Aerts van Brugge ging voor, maar er werd uitdrukkelijk voor gekozen niet met alle aanwezige priesters te concelebreren om het karakter van de typische gemeenschapsviering van de beweging recht aan te doen. Achter het altaar stonden naast mgr. Aerts alleen de priesters en diaken die zich dag in dag uit voor de Sint-Michielsbeweging inzetten, maar deken Geert Morlion, provinciaal Johan Verschueren van de jezuïeten, priester Hendrik Hoet van Sant'Egidio en vele andere sympathisanten baden mee in de assemblee.
Onder de aanwezigen ook de bejaarde moeder van wijlen Noël Bonte.
Het duo Noël en Geert
Noël en Geert hebben vanaf het begin met zijn tweeën deze beweging op gang getrokken, getuigde coördinatrice Tine De Leeuw na de stemmige viering. Dit is ook de redding van de beweging geweest toen Noël in 2016 gestorven is. Maar dit is niet zo origineel: het staat gewoon in het evangelie. Jezus zond zijn leerlingen twee aan twee op weg. Jezus was geen solospeler maar een teamplayer. Hij zond zijn leerlingen twee aan twee, zonder veel bagage of strategie, maar wel met elkaar en met de Blijde Boodschap zelf. Christenen hoeven geen krachtpatsers te zijn of briljante persoonlijkheden die nooit fouten maken of die meer zouden zijn dan een ander.
Dat heel kwetsbare begin typeert het christendom. Tine De Leeuw
Mensen in nood niet zonder hulp wegsturen
Vanuit het evangelie worden we aangevuurd om noden in onze omgeving te zien, ging De Leeuw verder. Van in het begin was het de intuïtie van deze beweging om jongeren met één of andere nood niet zonder hulp weg te sturen. En in de loop van vijfentwintig jaar is die zorg soms uitgegroeid tot een project. Zo hebben we nu het onthaalhuis Emmanuel, de sociale winkels Potpourri, de bakfietsrondes met onverkocht brood, de Vredesklassen en Porta Aperta voor nieuwe erkende oorlogsvluchtelingen. Zo ontmoeten we vele mensen met wie de kerk anders misschien niet in contact komt. Maar de vriendschap met mensen in nood verandert onszelf.
Het maakt ons hart een beetje zachter; aan de zachte krachten hebben we allen nood. Tine De Leeuw
Verbonden met de wortels van de Kerk
Priester Geert Goethals vertelde nog eens hoe hij verschillende keren per jaar met jongeren naar een abdij trekt. Noël en ik deden dat al voor er van de Sint-Michielsbeweging sprake was, om ‘de stiel te leren’. Het altaar van onze kerk is gemaakt van een boomstam uit Westvleteren; het toont aan hoe verbonden we zijn met de wortels van de Kerk van Christus. In de zondagslezingen was overvloedig sprake van het profeteren, tegen wil en dank. Wie niet tegen ons is, is voor ons, zegt Jezus in het Marcusevangelie. Geert Goethals is er na vijfentwintig jaar Sint-Michielsbeweging meer dan ooit van overtuigd: De jongeren zijn bij uitstek profeten van God.