Henry Kissinger over de rol van het geloof in de politiek

De inmiddels 99-jarige Henry Kissinger, voormalig minister van Buitenlandse Zaken onder de presidenten Richard Nixon en Gerald Ford, staat in zijn nieuwe boek stil bij de rol van het geloof in de politiek. De Amerikaanse politicus en topdiplomaat van joodse afkomst spreekt zijn teleurstelling uit over de erosie van het joods-christelijke geloof en de morele waarden die aan de basis liggen van de westerse samenleving. Tegelijk spreekt hij zijn verbazing en zelfs ontzetting uit over de desastreuze verdeeldheid in de Amerikaanse politiek van vandaag. 

In zijn nieuwe boek Leadership: Six Studies in World Leadership beschrijft Kissinger de carrières van politieke leiders waarvoor hij grote bewondering heeft: Konrad Adenauer uit Duitsland, Charles De Gaulle uit Frankrijk, Richard Nixon, Anwar Sadat uit Egypte, Lee Kuan Yew uit Singapore en Margaret Thatcher van het Verenigd Koninkrijk. Het is veelbetekenend, schrijft hij, dat zij allemaal diep religieus waren, met als mogelijke uitzondering Lee Kuan Yew … 

Henry Kissinger zelf groeide op in een joods gezin, maar in zijn memoires bekent hij dat het geloof van zijn ouders tot voor kort en doorheen zijn politieke carrière eigenlijk slechts van secundair belang was. Ooit vertelde hij Golda Meir dat hij zich eerst Amerikaan voelde, dan aanhanger van Nixon en pas als laatste jood. Waarop de voormalige Israëlische premier repliceerde dat ze in het Hebreeuws van rechts naar links lezen. Kissinger heeft overigens pas op late leeftijd het belang van dat joodse geloof uit zijn jeugd herontdekt. De afgelopen jaren werd hij op belangrijke joodse feesten opnieuw op verschillende plaatsen gespot in de synagoge. 

Bron: Mosaic