Bijbels smokkelen naar China
Het begon met een verzoek begin jaren 1980 om 30.000 uitgaven van het Nieuwe Testament. Die vraag kwam van Mama Kwang, die nadat haar echtgenoot in de gevangenis was beland, een groots ondergronds kerknetwerk leidde. De Bijbel was verboden in China, maar de internationale christelijke organisatie Open Doors slaagde op een tiental dagen erin op het verzoek in te gaan.
Project Pearl
Mama Kwang was dankbaar voor die eerste levering, al volstond die natuurlijk niet. Als we elke christen die we kennen een Bijbel willen bezorgen, hebben we er 1 miljoen nodig. Dat leek niet te doen, maar Open Doors nam de handschoen op. Het plan werd Project Pearl genoemd, naar het evangelievers waarin Jezus het Rijk der Hemelen vergelijkt met een uitzonderlijk waardevolle parel (Mt 13,45-46).
In Amerika werd 1 miljoen volledige Bijbels in vereenvoudigde Chinese karakters gedrukt.
Gabriela
Drukken was een peulenschil in vergelijking met de ware uitdaging: hoewel elke pocketbijbel nauwelijks een kwart kilo woog, moesten er dus 232 ton aan Bijbels clandestien op een Chinees strand aan de wal gebracht worden. Op de Filipijnen werd een schip voor deze klus klaargestoomd: de Gabriela. Die zakte tot net aan het wateroppervlak, vertelt Paul Estabrooks van Open Doors, en zo konden 232 pakketjes van één ton op 18 juni 1981 in één nacht aan land gesleept worden.
Op het strand stonden honderden Chinezen de kostbare levering op te wachten.
17de op de ranglijst
Christenen werden in China wel vaker vervolgd en hun situatie was de voorbije decennia wat verbeterd … Maar nu het christendom in het enorme land aan invloed wint, lijkt de vervolging opnieuw toe te nemen. Op de Open Doors World Watch List van landen waar christenen vervolgd worden, klom China weer naar de 17de plek. De verkoop van Bijbels bijvoorbeeld wordt er opnieuw strikter gereguleerd.
Onlineverkoop is verboden, de Bijbel is alleen te kopen in de boekhandels of bij de door de overheid gecontroleerde Chinese Katholieke Patriottische Vereniging (CKPV).
In onderstaande video vertelt Paul Estabrooks nog eens het hele verhaal.