Dwaasheden
”Wat hebben Sven Gatz (Open Vld), Jan Tollenaere (tot voor kort N-VA) en Hendrik Bogaert (CD&V) met elkaar gemeen? Dat ze tijdens de laatste weken van 2017 nog snel een gooi deden naar de titel Dwaasheid van het Jaar. Wie de winnaar is, daar mag u zelf over oordelen. Wij stellen de kandidaten aan u voor.
Eerst was er Vlaams minister van Media Sven Gatz. Die schafte enkele jaren geleden de levensbeschouwelijke uitzendingen door derden af. Dat was blijkbaar niet genoeg. In het Vlaams Parlement verklaarde hij dat wat hem betreft ook de uitzending van erediensten op de schop moet. Geen eucharistie meer op de VRT, zo zegt de minister. Waarom? Omdat die zogezegd „niet behoort tot de kerntaken van de VRT”. Nochtans kijken wekelijks tienduizenden mensen naar die uitzendingen. Ze beantwoorden dus aan een reële behoefte. Ze zijn bovendien een belangrijke dienstverlening voor oudere of zieke gelovigen die moeilijk nog in de kerk geraken. Als dat geen mooie opdracht is voor de publieke omroep, wat dan wel? Laten we niet naïef zijn, het gaat het hier om een onversneden afkeer van alles wat katholiek is.
Vervolgens was er Jan Tollenaere, zoon van wijlen Reimond Tollenaere, notoir collaborateur in de Tweede Wereldoorlog, propagandaleider van het Vlaams Nationaal Verbond en ronselaar voor de Waffen-SS. Men zou dan verwachten dat de zoon lessen trok uit de fouten van de vader. Niets daarvan, in een televisie-uitzending bestempelt hij Joden als „nare mensen”, „profiteurs” en „parasieten”. De holocaust? Die trekt hij zonder verpinken in twijfel. De man doet dus zelfs geen moeite om zijn onversneden antisemitisme te verbergen.
Of misschien verkiest u Hendrik Bogaert? Die volksvertegenwoordiger schreef een essay waarin hij pleit voor een verbod op grote en zichtbare religieuze tekens. Fijn detail: enkel van toepassing op religies die meer dan vijf procent van de bevolking vertegenwoordigen. [node:field_streamers:0] Nee maar, tegen welke religie zou dat voorstel gericht zijn? We moeten niet ver zoeken, het gaat om een poging om onversneden anti-islamitische sentimenten politiek te recupereren.
De uitspraken van Tollenaere zijn natuurlijk de ergste, want ronduit racistisch. Bogaert en Gatz zijn evenwel actieve politici, in de fleur van hun leven. Zij hebben dus een grotere impact en zouden bijgevolg meer verantwoordelijkheidszin moeten tonen. Hoe reageerden trouwens hun respectieve partijen? Tollenaere moest van de N-VA zijn partijkaart inleveren, Bogaert werd meteen teruggefloten door zijn partijgenoten. Heeft iemand al een kritisch woord gehoord bij Open Vld? Of is de partij van de vrijheid iets minder vrijheidslievend als het gaat over katholieken?
Hoe dan ook zijn het drie intrieste gebeurtenissen. Ze illustreren telkens hoe overal in de hedendaagse samenleving lieden rondlopen die willen afrekenen met mensen die gelovig zijn.
Sommige christenen maken daarbij een cruciale fout. Zij durven al eens mee te heulen met voorstellen die tegen de islam zijn gericht. Laten we ons vooral geen illusies maken, alle godsdiensten liggen onder vuur. Aversie tegen de islam is soms gewoon een stok om ook christenen of joden te slaan. We mogen als christenen beslist van mening verschillen met moslims en joden, maar als de godsdienstvrijheid onder vuur ligt, doen we er goed aan elkaar te steunen.
Ten gronde gaat het immers over de vraag of de hedendaagse samenleving nog oprecht respect kan opbrengen voor gelovige mensen en hun recht erkent om publiekelijk hun geloof te beleven en te uiten. Dus niet enkel achter de muren van de kerk, de moskee of de synagoge, maar net zo goed op straat, in het verenigingsleven, op televisie, in het publieke debat. Dat is immers de ware betekenis van godsdienstvrijheid. Laten we alvast onder gelovigen het goede voorbeeld geven door elkaar te respecteren en te waarderen.”