
Doe stille voort: Francis De Westelinck met pensioen
Francis heeft zich steeds met grote bezieling ingezet voor het godsdienstonderwijs, tien jaar als godsdienstleraar in VTI Kortrijk-Harelbeke en dertig jaar in de inspectie. Met zijn kennis en betrokkenheid heeft hij vele scholen ondersteund. We wensen hem alle geluk toe in zijn anders-actief leven. We hadden een gesprek met hem.
Artikel aangeleverd door het Vicariaat Onderwijs
Welke evoluties merkte je in het godsdienstonderwijs?
Francis · Voordat het huidig leerplan (1999) er was, werd in het vak eerder het accent gelegd op de ‘catechetische’ inhoud. Men gebruikte de term ‘catechese’ in plaats van ‘godsdienst’. De verandering in benaming kwam er omdat ervan uitgegaan werd dat kinderen niet noodzakelijk meer opgroeiden in een gelovig opvoedingsmilieu en omdat leerlingen niet noodzakelijk gelovigen hoefden te worden. Godsdienstlessen in de basisschool willen hoofdzakelijk kinderen laten kennis maken met de figuur van Jezus en het christelijk geloof. We willen het vak presenteren als een bron van leven, een inhoudelijke rijkdom. Probleem is de levensbeschouwelijke en religieuze geletterdheid die bij de kinderen zeer divers is. We hebben te weinig ‘basistaal’ (en zijn vaak te schroom) om over ons zoekend geloof met elkaar te dialogeren.
Een andere evolutie is (terecht) de grotere aandacht en plaats naar diversiteit en verscheidenheid binnen onze lessen godsdienst. De interlevensbeschouwelijke competenties (ILC’s) kregen ruimere aandacht. De, nog te weinig gekende, groeilijnen geven aan de leraren praktische suggesties om die verscheidenheid in de klas en in de lessen aan bod te laten komen. Tenslotte heeft ook het godsdienstonderwijs door de digitalisering een nieuw elan gekregen: van krijtbord tot digitaal bord, van handleiding tot bordboek, wat een evolutie en dit alles in een zeer korte tijd.
Wat is voor jou een hoogtepunt in jouw onderwijscarrière?
Francis · Telkens ik leraren/leermeesters in hun klaspraktijk kon aanmoedigen, bevestigen, suggesties geven waren dit hoogtepunten. Heel vaak kon ik de inspiratie die ik zelf kreeg van vele leraren/leermeesters aan anderen doorgeven. Zo ontstonden er verbindingen. De delende netwerken die we samen met een kerngroep zowel in De Bron in Harelbeke als in centrum d’Abdij in Assebroek organiseerden waren voor mij momenten die me bij blijven en waar ik vaak aan terugdenk. Momenten die ik koester (zonder te spreken van hoogtepunten) zijn die momenten waarop ik leraren en/of scholen nabij kon zijn. Op hun vreugdemomenten (opening nieuwe lokalen of school, jubilea...) of op hun momenten van intens verdriet. Op die momenten kon ik de Godsnaam (Ik zal er zijn voor u) wat waarmaken. De lessen (vooral bijbelse onderwerpen) die ik mocht geven aan het HDGI zijn ook momenten die ik niet gauw zal vergeten. De verhuis naar centrum d’Abdij was voor mij ook een van de hoogtepunten omdat ik me nauw verbonden weet (met vallen en opstaan) met de benedictijnse spiritualiteit. Wanneer ik het centrum, een voormalig benedictijns klooster, binnenkom, voel en zie ik doorheen de beelden op de binnentuin die spiritualiteit nog hangen.
Met welk gevoel neem je afscheid?
Francis · Ik sta hier met een dubbel gevoel. Enerzijds sta ik hier met grote dankbaarheid; dankbaar dat ik de job van zowel leraar als inspecteur-adviseur (met de nadruk op adviseur) heb mogen uitoefenen. Anderzijds bekruipt me een wrang gevoel bij het horen en lezen van de intentieverklaring in het regeerakkoord. Ik voel me net een kapitein die het schip verlaat terwijl dat schip zich nu in hevige wateren bevindt. Het stoort me vaak dat er over de toekomst van het vak en over de toekomst van de levensbeschouwelijke vakken in het algemeen beslissingen worden genomen door beleidsverantwoordelijken waarvan ik de indruk heb dat zij niet op de hoogte zijn van de recente ontwikkelingen en doelen van deze vakken.
Wat staat er op het programma in jouw anders-actief leven?
Francis · Ons geloof in de Voorzienigheid zal hier een grote rol spelen, zoals dit in ons leven vaak gebeurt. Maar als Gij het wil, vanuit een benedictijnse spiritualiteit en zolang mijn gezondheid het toelaat:
- Openstaan voor de eventuele vragen die ons worden gesteld.
- Een padlet bijhouden om verschillende hoeken en kanten (commentaren) van bijbelverhalen bij te houden.
- Een padlet met enkel goed nieuws bijhouden (maandelijks?), goed nieuws dat ik ergens gelezen heb...
- Opnemen van vrijwilligerswerk in de sociale sector.
- Frequent aantrekken van ‘tuinschoenen’ om de Schepper een hand toe te steken bij het wieden van onkruid.
- En vooral: Samen met Nicole, mijn echtgenote en toeverlaat, genieten van alle fijne momenten met de kinderen en kleinkinderen.
Wat wil je ons meegeven voor de toekomst?
Francis · We staan in het Katholiek Onderwijs Vlaanderen voor een grote uitdaging. Beslissend voor kwaliteitsvol godsdienstonderwijs is de aanwezigheid van leraren die het vak vanuit een binnenperspectief geven. Leraren die willen, kunnen en durven getuigen over hun gelovig zoeken. Christenen op school zijn essentieel voor de toekomst van het godsdienstonderwijs.
Mijn toekomstdroom is dat er in iedere scholengemeenschap van het Katholiek Onderwijs Vlaanderen een of meerdere godsdienstcoaches worden aangesteld die vanuit hun binnenperspectief collega’s kunnen inspireren en begeleiden om steeds nieuwe paden voor de godsdienstlessen te bewandelen. Leraren die hun collega’s kunnen voorzien van een goede planning, van actuele uitwerkingen waarbij ze ook aandacht hebben voor rituelen, symbolen en levensbeschouwelijke tekenen zodat het geloof in verscheidenheid en in verbondenheid ook met kinderen meer gevierd kan worden en dat het vak niet enkel op kennis gericht lijkt. Hierin zie ik de meerwaarde van de derde lestijd in het Katholiek Onderwijs Vlaanderen. De klastitularis blijft verantwoordelijk voor de twee lestijden die vanuit de overheid gesubsidieerd worden; terwijl de lestijden van de godsdienstcoach uit het lestijdenpakket komen zoals nu reeds voor de derde lestijd gebeurde. Er dient zich hierbij een belangrijke taak aan voor de godsdienstinspectie: namelijk in een of meerdere netwerken die interne begeleiders (godsdienstcoaches) samenbrengen om hen verder te adviseren, te begeleiden en te professionaliseren. Deze mogelijkheid suggereerden de bisschoppen reeds in hun brochure over het godsdienstonderwijs (De Vlaamse bisschoppen, 2017, p. 25).
Een tweede aandachtspunt voor de toekomst is om aan leraren en leermeesters een goede structuur aan te bieden binnen het overweldigend aanbod van de Thomas-website. De lesimpulsen koppelen aan leerplanonderwerpen waardoor het geheel overzichtelijker is, blijkt een belangrijke en gewaardeerde hulp voor de leraren en leermeesters.
