
Doopsel (bisdom Hasselt)

Ouders die vragen om het doopsel voor hun kind hebben hier over nagedacht, met elkaar gesproken. Misschien geen gemakkelijk gesprek. Misschien een gesprek waarin duidelijk werd hoe verschillend zij zelf geloven aanvoelen. Misschien een gesprek waarin zij voor het eerst merkten dat geloof voor hen beiden meer betekent dan ze doorgaans laten zien. Catechisten gaan samen met ouders op weg en staan hen bij in de voorbereiding.
Steeds vaker komt het voor dat volwassenen zich aanbieden om christen te worden of gedoopt te worden. We noemen deze volwassen doopkandidaten ‘catechumenen’.
1. Doopselaanvraag
De doopselaanvraag gebeurt door de ouders bij de parochiepriester of bij degene die in het kader van een parochieteam, federatieteam of team van de pastorale eenheid met de doopselpastoraal belast is.
- De parochie informeert de ouders over de aanpak van de doopselpastoraal (parochieblad, preek, folders,...)
- Het initiatief voor de doopselaanvraag ligt bij de ouders.
Het is belangrijk dat er voldoende tijd tussen de doopselaanvraag en de doopselviering is.
2. Doopcatechisten
De begeleiding van de ouders wordt naast de priester (en de diaken) meegedragen door leken die mee de doopselpastoraal behartigen.
Deze doopcatechisten bereiden ouders, en waar mogelijk peter en meter, voor op de viering van het doopsel met duiding bij de verschillende symbolen en rituelen. Goede doopselvoorbereiding kijkt ook verder en helpt hen op weg in de geloofsopvoeding.
3. Doopgesprekken
De doopgesprekken met de ouders kunnen individueel of in groep plaatsvinden. Een parochie, federatie of pastorale eenheid kan regelmatig voorbereidingsavonden voor doopouders organiseren. Dit is zeker aan te bevelen bij gemeenschappelijke doopvieringen. In de gesprekken zal zowel de motivering van het doopsel als de betekenis van het doopsel besproken worden. Andere thema's voor de gesprekken kunnen zijn: het wonder van het leven, geloven vandaag, geloofsopvoeding, een christelijk gezin, de keuze en rol van peter en meter. Tijdens de doopgesprekken kan ook samen met de ouders de viering voorbereid worden.
4. De liturgische viering van het doopsel
Het doopsel wordt normaal toegediend in de parochiekerk waar de ouders wonen. Soms wordt er beurtelings gedoopt in de parochiekerken van één federatie of pastorale eenheid over de parochiegrenzen heen. Vaak gebeurt het doopsel in gemeenschappelijke doopvieringen. Het is ook mogelijk een kind te dopeen tijdens de zondagsviering. Buiten het geval van nood mag het doopsel niet toegediend worden in private huizen of kraaminrichtingen. De gewone bedienaar van het doopsel is de parochiepriester of de diaken.
5. Doopregister
Sinds 1 januari 2018 is de registratie van het doopsel gewijzigd. Voortaan wordt het doopsel alleen en uitsluitend ingeschreven in het doopregister van de parochie waar het plaatsvindt. In dit basisregister worden ook het vormsel, het huwelijk en het wijdingssacrament of de eeuwige geloften ingeschreven. De ouders ontvangen een 'Identiteitskaart (ID) van een christen' waarin de gegevens van de doop worden genoteerd. Het is voor de ouders een tastbare herinnering aan het doopsel. Op deze ID van een christen is bovendien voldoende ruimte voorzien om later ook de eerste communie, het vormsel en het huwelijk in te vullen.
Wij herinneren de parochiepriesters eraan dat de aanvragen van uittreksel van doopsel en/of vormsel, nodig voor bepaalde sacramenten, door hen zelf of door hun pastoraal secretariaat gedaan dienen te worden en verzonden worden met de post. Het is niet normaal - behoudens uitzonderlijke gevallen - dat de belanghebbenden verplicht zouden zijn zelf op zoek te gaan naar die documenten.
6. Peter en meter
Er zijn weinig beperkingen bij de keuze voor een peter en een meter: ze moeten minimaal 16 jaar zijn en katholiek gedoopt en gevormd zijn. Het is noodzakelijk iemand te vragen die betrokken is bij het geloof en het kind ook wil ondersteunen in zijn geloofsweg. Overigens hoef je geen peter én meter nemen, één peter of meter volstaat.
Minstens één meter of peter moet dus gedoopt en gevormd zijn. Als één van beiden niet gedoopt en/of gevormd is, mag die het register niet tekenen, maar wel peter of meter genoemd worden. Christenen die gescheiden zijn en hertrouwd en die gelovig zijn, mogen ook peter en meter zijn.
De meter en de peter zijn meer dan slechts getuigen van de doop. Ze vertegenwoordigen de kerkgemeenschap. Ze zullen ook aanwezig zijn bij de grote stappen die het kind in zijn geloof zal zetten: eerste communie, vormsel, enzovoort.
7. Dopen bij eerste communie en doopsel van kinderen die elders gedoopt zijn
Kinderen die hun eerste communie willen doen op de leeftijd van 7 of 8 jaar moeten gedoopt zijn. Wat doe je met kinderen die niet gedoopt zijn en voor wie de ouders toch de eerste communie vragen? De voorbereiding gebeurt in de regel in de plaatselijke geloofsgemeenschap. Leerkrachten en klasgenootjes worden op een goede wijze betrokken. Het doopsel van deze kinderen kan gebeuren in de paaswake of in een viering op zondag waarop bijvoorbeeld ook de gedoopte kinderen die zich voorbereiden op de eerste communie uitgenodigd worden. Het is voor ouders ook een kans om hun eigen geloof of ongeloof te bevragen en met hun kind het geloof te herontdekken.
Wat met kinderen die elders gedoopt zijn? Bijvoorbeeld in een andere christelijke gemeenschap of door iemand van een rituelenbureau? Door de pastorale verantwoordelijke van de parochie wordt nagekeken of het doopsel als geldig kan worden beschouwd. Wanneer dit het geval is, is een opname nodig in de rooms-katholieke kerkgemeenschap.
8. Contact
Onze dienst staat voor je klaar!
Dienst Catechese en Gezinspastoraal
Tulpinstraat 75
3500 Hasselt
Liesbeth Corvers
Bisschoppelijk gedelegeerde
011 24 90 73
Els Agten
Stafmedewerker
011 24 90 15
Hendrik-Jan Stals
Stafmedewerker en diocesaan verantwoordelijke catechumenaat
011 24 90 13