Vastenbrief mgr. Hoogmartens: ‘Ommekeer in geloof en solidariteit’
Aan de christelijke gemeenschappen van Limburg bij het begin van de veertigdagentijd
Dierbare broeders en zusters
Goede vrienden
Kort vóór de veertigdagentijd begint, ontvang ik jaarlijks bij mij thuis de jongvolwassenen die met Pasen in hun pastorale eenheid gedoopt zullen worden. Het valt me op hoe hun aantal met de jaren toeneemt. Meer nog valt het me op hoezeer ze als “catechumenen” echt naar dit doopsel verlangen. Hetzelfde valt trouwens op bij de jongvolwassenen die verlangen te worden gevormd.
Wie zijn deze (jong)volwassenen die het doopsel of vormsel verlangen? Vanzelfsprekend brengen zij al wat levenservaring mee. De ontmoeting met hen is vandaaruit altijd bijzonder boeiend en vreugdevol:
- “Er is toch méér dan het ‘ik’ of dan het ‘hier en nu’”, zo vertelde me een jongvolwassene.
- Een ander vertelde me hoe haar relatie met God haar ook dichter bij andere mensen bracht.
- Nog een ander getuigde over een eerder toevallige aanwezigheid in de liturgie, die hem ernaar deed verlangen op zondag opnieuw naar de kerk te gaan.
- Sommige jongeren zijn ook beginnen surfen op het internet en kwamen dáár de weg van het geloof op het spoor. Ze begonnen in de Bijbel te lezen. Of ze werden via het internet geboeid door het eigene van Jezus, tegelijk barmhartig en veeleisend.
- Veel jongvolwassenen stellen zich, net als wellicht ieder van ons, ook vragen over waar het naartoe gaat met de oorlogen, met de wereldpolitiek en met de verpletterende armoede van velen. Een concrete geloofsgemeenschap of christen ervaarden ze als een mantel om hen heen. Zo ontvingen ze geloof en nieuwe hoop voor hun leven.
Het vormsel van jongvolwassenen in de kathedraal, maar nog meer de viering van de uitverkiezing en naamopgave – in principe op de eerste zondag van de veertigdagentijd – ter voorbereiding van het doopsel zijn telkens sterke en vreugdevolle momenten voor alle aanwezigen in de kathedraal. De omkadering is zeer sober, maar de oprechte woorden bij het engagement van jongvolwassenen voor hun doopsel inspireert telkens weer. Voor de doopkandidaten is de veertigdagentijd trouwens een bijzondere periode van voorbereiding op hun doopsel in de Paaswake.
De komende veertigdagentijd wil echter ook voor ons állen een intense periode zijn van ommekeer en van groei in geloof en solidariteit. De zondagen van die veertigdagentijd bieden een bijzondere kans om ons geloof te voeden en onze inzet in de samenleving te versterken. Bijzonder in het Jubeljaar 2025, onder de titel ‘Pelgrims van hoop’, zou dit het geval moeten zijn. “Hoe kan anders onze hoop groeien en het vaste anker worden van onze ziel” (Hebr. 6)?
Met Aswoensdag worden we eraan herinnerd dat ons leven voorbijgaand is. “Er is méér dan het hier en nu”, zei een catechumeen. Dit besef kan groeien door de veertigdagentijd te beleven als een weg van bekering langs de liturgie en langs onze inzet in de samenleving.
De prefatie van de veertigdagentijd drukt het wonderlijk mooi uit: “Gij, God, gunt het uw gelovigen jaarlijks met een zuiver hart naar het paasfeest toe te gaan: dit is een tijd van meer toeleg op het bidden en een grotere aandacht voor de liefde tot de naaste, van grotere aandacht voor de sacramenten, waarin wij zijn herboren.”
De zondagsevangelies van de veertigdagentijd helpen ons in het bijzonder om de veertigdagentijd als tijd van bekering en nieuw leven te beleven: ze bevatten een grote rijkdom. Mede daarom worden de catechumenen precies in de veertigdagentijd uitgenodigd om zich op Pasen voor te bereiden. Maar die rijkdom hebben we állen te ontdekken, elke vastentijd opnieuw.
Tenslotte is er op het einde van de veertigdagentijd telkens de Goede Week, een ware retraite voor wie ze ook liturgisch mee beleeft. Ze leert ons hoe Jezus voor ons een Koning is, maar gezeten op een ezel. Hij heeft ons leven geleefd en ons kruis gedragen omwille van onze zonden, maar de Vader zal Hem doen verrijzen.
Het kruis en de verrijzenis van Jezus zijn het vaste anker van onze hoop, zoals het zo mooi wordt uitgedrukt op het logo van het jubeljaar. In de veertigdagentijd zullen wij het, zoals de jongvolwassen doopkandidaten, beter kunnen begrijpen. In de geloofsavonden rond het thema van hoop, die dit jaar in alle dekenaten zullen plaatsvinden, zullen we deze hoop ook gezamenlijk kunnen verdiepen.
Heel graag nodig ik er jullie op uit.
Ik hoop jullie daar te kunnen ontmoeten.
Met genegen groeten
+ Patrick Hoogmartens
bisschop van Hasselt