Homilie van hulpbisschop Vanhoutte op paaszondag
De stilte doorbroken
Tijdens de voorbije dagen hebben we Jezus’ lijden en sterven herdacht. Op basis van de passieverhalen konden we ons alles goed voorstellen. Geen gebrek aan woorden en beelden om te gedenken hoe Jezus werd verraden, verloochend, verworpen, vermoord. Het valt niet moeilijk om ons een voorstelling te maken van wat Jezus overkwam tijdens de lange laatste week van zijn aardse leven. De overweging van zijn passie raakte ons diep. Hij die al weldoende rondging, werd onterecht de dood in gejaagd. Waarom werd Hij die Gods liefde bij de mensen bracht, niet bemind? De gedachtenis van Jezus’ passie verbond ons ook met allen die vandaag onschuldig lijden, verknecht en vernederd worden.
Gisteren, op Stille Zaterdag, hadden we het moeilijker om ons er iets bij voor te stellen. We voelden ons onwennig. Wat kun je je nog verbeelden eenmaal iemand in het graf is neergelegd? Dan rest alleen stilte: niet meer weten wat te denken of te zeggen. Er is een gebrek aan beeldmateriaal over wat zich afspeelde in het donker van graf en dood. Toch was het goed om gisteren die stilte niet uit de weg te gaan en na Goede Vrijdag niet zomaar uit te barsten in allelujagezang. De stilte na Jezus’ graflegging bracht ons bij het stilzwijgen van de doden. Zovelen laten het leven in de pandemie die de wereld treft. Zovelen worden het zwijgen opgelegd, uit de weg geruimd. Ze gaan de stilte van de dood binnen. Het is ons geloof dat ook Jezus is neergedaald in het stille duister van de dood. Paaszaterdag wees ons ook op de stilte van God. Geen goddelijk woord, als Jezus zijn verlatenheid uitschreeuwde aan het kruis. Geen woord, bij de graflegging. God lijkt zo afwezig, zo onmachtig. Het is de ervaring van ieder die lijdt en sterft, en weinig merkt van goddelijke nabijheid.
Vandaag, op deze paaszondag, blijft het eerst nog stil. We dienen immers te erkennen dat geen mens getuige is geweest van het verrijzenisgebeuren. Geen oog heeft gezien, geen oor heeft gehoord hoe de kracht van Gods liefde Jezus door de dood heen heeft gehaald. God nam het op voor wie onterecht vernederd en gebroken werd. Maar als niemand bij die stille revolutie in dood en graf aanwezig was die Gods liefde bewerkte, hoe kunnen wij er dan over spreken?
De vreugde van Pasen hebben we van horen zeggen. Anno 2021 schenken we vertrouwen aan het getuigenis van de eerste leerlingen. Ze waren geen ooggetuigen van de krachtige ingreep van God die Jezus heeft opgericht. Ze vertelden wel hoe Jezus hun stilte heeft doorbroken. Tot hun grote verbazing heeft Hij zich aangemeld in hun midden, met een vreemd, bekend gezicht. Hij liet zich zien. Hij liet van zich horen. Die verrassende ontmoetingen hebben ze niet voor zichzelf gehouden. In de paasverhalen hebben ze naar woorden en beelden gezocht om uit te drukken hoe ze - tegen alle verwachtingen in - mochten ontdekken dat de Gekruisigde leeft. Vanuit die ontmoetingen kwamen ze tot de erkenning dat het Gods wonderkrachtige hand moet zijn geweest die Jezus heeft opgericht. Hun onverwachte ontmoetingen met de Opgestane Heer werden van generatie op generatie doorverteld tot ze ook ons hebben bereikt. We beluisteren het paasverhaal deze ochtend met verwondering, met een mengsel van twijfel en vreugde, maar in het vertrouwen dat hun getuigenis eerlijk is.
Pasen maakt ons diep dankbaar voor het gedurfde getuigenis van de eerste leerlingen. Zonder hen zouden wij Jezus niet kennen en zijn Pasen niet vieren. Vandaag wensen we elkaar groeiend vertrouwen in de Verrezen Heer die ons in goede en kwade dagen nabij is. Ook wij willen ons niet hullen in stilzwijgen. We zeggen het graag door aan al wie het horen wil: Jezus is de Levende, bron van hoop voor al wie vernederd en gebroken het leven laat. We zoeken woorden en beelden om ook in deze tijd blije getuigen te zijn van de levende Heer. Maar we doen dit best niet alleen met woorden en beelden. Pasen vertelt ons hoe God gebroken leven opricht. Het is vandaag onze zending om helend nabij te zijn waar leven gekwetst is, om levenskansen te bieden aan hen die in hun waardigheid miskend worden, om bij te dragen tot de levenskwaliteit van wie gemeden en geminacht worden.
‘k Wens jullie van harte dat je de levende Christus mag ontmoeten in zijn Woord, in de sacramenten en in de dienst aan de minsten. Als je Hem in geloof mag ontmoeten, breek de stilte open en getuig van het onvermoede perspectief van Gods liefde sterker dan de dood.
De Heer is waarlijk verrezen! Alleulja!
+ Koen Vanhoutte
Hulpbisischop van het aartsbisdom Mechelen-Brussel