Als gelovigen het verkeer ophouden
Een lange file op de Naamsestraat. Niet zo ongewoon, maar je kijkt toch altijd een beetje nieuwsgierig naar de oorzaak van de opstopping. En dan zie je een groepje mensen in witte gewaden voorop, gevolgd door een baldakijn en nog meer biddende, zingende mensen.
Ik besef meteen dat het Sacramentsdag is.
Dat is zo’n feestdag zonder vrijaf, waarover mensen dus nog minder weten dan over Hemelvaart of Pinksteren.
En dat er een processie bij hoort waarin de priester met een hostie rondloopt, komt bij de meeste omstaanders wat vreemd over. Een beeld van Maria of een andere heilige, dat zouden ze beter hebben begrepen. Maar een hostie in een dure kelk met een glaasje, dat vraagt veel inlevingsvermogen.
Wat doe je tegenwoordig als je iets speciaals ziet?
Juist, je haalt je gsm boven. Aan de zijkant staan dus geen eerbiedige, meebiddende mensen, maar toekijkers die dit als een soort toeristische attractie zien. Zo wordt godsdienst folklore. Iedereen klikt er vrolijk op los.
Ik probeer een andere houding te vinden, maar dat is niet gemakkelijk. Hoe dichtbij kun je gaan staan zonder als ‘medeplichtige’ beschouwd te worden? Mag je als collega katholiek gewoon meedoen? Er gaat van die zingende, biddende groep mensen een soort heilig vuur uit, waaraan je je ook niet meteen wilt branden.
Het is dapper wat ze doen, aan de wereld laten zien waarvoor ze staan.
Het heilig sacrament is tenslotte het teken bij uitstek van wat we in het spoor van Jezus willen doen: samen het brood breken, elkaars leven delen, met alle mensen van overal.
Zelf zou ik niet meteen in een processie achter een baldakijn met een monstrans gaan lopen. Maar deze mensen vinden hier elkaar. Ze komen van bij ons en uit landen van alle kanten van de wereld. Dan kan zo’n traditie een mooie manier zijn om de eenheid te beleven.
Aan het einde van de stoet rijdt een politieauto met flikkerende, blauwe lampen. Daarna een drietal opgehouden bussen en een paar auto’s. Het is heerlijk dat we in een land wonen waar zoiets kan.
Waar mensen te voet hun geloof mogen uiten en daarvoor één keer per jaar het verkeer ophouden.
Het hoeft niet per se allemaal binnenskamers. Het is juist fijn dat we allemaal kunnen zien wat andere mensen vieren. Dat is pas echt leven.