Paus reist naar Afrika als vredesapostel
Van 31 januari tot 5 februari is paus Franciscus in Centraal-Afrika, waar hij de Democratische Republiek Congo en Zuid-Soedan bezoekt. Het thema van de eerder geplande, maar uitgestelde reis is de vrede en de aandacht voor slachtoffers van geweld en oorlog. Met Congo zijn de Belgen evenwel het meest verbonden.
CONGO • FOCUS OP GEWELD IN HET OOSTEN
De paus verblijft eerst vier dagen in de Congolese hoofdstad Kinshasa. Centrale focus is evenwel Oost-Congo. Naast de gebruikelijke eucharistievieringen en gesprekken met burgerlijke en kerkelijke gezagsdragers staan ontmoetingen met slachtoffers van het geweld en hulpverleners centraal.
In het oosten van de DRC zijn al tientallen jaren verschillende milities actief. Een daarvan is de M23, die verschillende plaatsen op het grondgebied van Rutshuru en Nyiragongo, in de provincie [node:field_streamers:0] Noord-Kivu, heeft overgenomen. De rebellenbeweging M23 wordt verantwoordelijk geacht voor het doden van 50 dorpelingen bij een raid begin december 2022. Kinshasa beschuldigt Rwanda ervan M23 te steunen en te bewapenen, wat Kigali ontkent.
Enkele dagen later ontving paus Franciscus de Congolese arts en Nobelprijswinnaar Denis Mukwege, bekend van zijn werk voor verkrachte vrouwen. Tijdens zijn ontmoeting met de paus sprak hij over het geweld dat het oosten van het land blijft teisteren.
Waakzaamheid
„Het bezoek van paus Franciscus aan Congo drukt voor ons vooral steun en troost uit”, zegt de kapucijn Jean-Bertin Nadonye Ndongo, bisschop van Lolo en administrateur van Buta, bisdommen ooit gesticht door Vlaamse norbertijnen.
„Een deel van de Congolese bevolking wordt geterroriseerd en is gekrenkt na vele jaren van oorlog. Het bezoek is ook een teken van vriendschap voor de Congolese natie. Johannes-Paulus II bezocht ooit tweemaal het land, maar dit is het eerste bezoek na vele moeilijke jaren. De paus komt dus vooral om de slachtoffers te ontmoeten en hen bij te staan. Dat vindt in Kinshasa plaats, al was hij liever naar het oosten gereisd. Maar dat is om veiligheidsredenen, zeker in de huidige situatie, onmogelijk.”
Mobiliseren
De Congolese bisschoppenconferentie CENCO spant zich uitdrukkelijk in. Ze riep de Congolezen op om waakzaam te zijn en de dreiging die boven het land hangt het hoofd te bieden. „Laten we onzearmen niet kruisen. Laten we waakzaam blijven en mobiliseren! Laten we allemaal opstaan om de territoriale integriteit van ons land te beschermen”, aldus de verklaring.
In alle bisdommen werden er marsen voor de vrede georganiseerd en de oproep van de bisschoppen daartoe werd tot in de verst afgelegen dorpen opgevolgd. Het toont de grote betrokkenheid van de Congolese katholieken bij de vredeskwesties in het oosten.
„Als eerste programma-onderdeel in Kinshasa zal de paus met president Félix Tshisekedi praten,” zegt bisschop Nadonye Ndongo. „We geloven in de kracht van de Vaticaanse diplomatie. Congo wordt bedreigd door de buurlanden, die zich op onze rug verrijken. Ook inlands zijn er gewapende groepen, bewapend door buitenlandse krachten, die terreur zaaien. Alleen door een bundeling van krachten kunnen we aan vrede werken. Van onze kant zien wij als katholieke Kerk drie uitdagingen. Eind 2023 zijn er opnieuw presidentsverkiezingen en we roepen alle burgers [node:field_streamers:5] op zich als kiezer te laten registreren. Samen met de protestanten werken wij nu in één commissie aan democratisering. Een tweede werk is het continue bidden en lobbyen voor de vrede. De derde werf is verzoening. Maar de Congolezen worstelen tegelijk met de schrijnende armoede en met de bekoring om terug te vallen in tribalisme en de focus op de eigen etnische groep. Dat gaat ook gepaard met een terugkeer van het heidendom. En daarom is ook bij ons een nieuwe evangelisatie nodig.”
De Congolese geschiedenis verteld met naald en draad
De koloniale machtsverhoudingen, de moord op Lumumba in 1961, het hedendaagse wapengekletter in het Virunga National Park. Tal van episodes uit de Congolese geschiedenis worden door kunstenares Lucie Kamuswekera (78) vertaald naar taferelen op juten zakken.
Kamuswekera leerde op school borduren van Italiaanse missiezusters. In 1997, nadat haar echtgenoot vermoord werd tijdens de eerste Congolese oorlog en zijzelf op de vlucht sloeg, begon Kamuswekera met naald en draad het verhaal van haar land te vertellen. „Als ik kon, zou ik geschiedenisboeken schrijven, maar dit is mijn manier om te verhinderen dat het verleden vergeten wordt en om aan de toekomstige generaties te tonen wat er echt gebeurd is”, zegt Kamuswekera.
In haar huiskamer in Goma ontvangt de kunstenares tegenwoordig elke dag een groep jongeren. Het zijn straatbewoners en hoewel Kamuswekera er eigenlijk niet de middelen voor heeft, geeft ze hen les, zodat het ambacht en het doorvertellen van de geschiedenis niet verloren zullen gaan. (JVH)
ZUID-SOEDAN • HISTORISCH OECUMENISCH BEZOEK
Na Congo reist paus Franciscus op 3 februari door naar het eveneens getergde Zuid-Soedan, waar hij samen met Justin Welby, de anglicaanse aartsbisschop van Canterbury, en Iain Greenshields, het hoofd van de Church of Scotland, op oecumenische vredesbedevaart gaat. Welby noemt het nu al een historisch bezoek.
De tragiek van het land is groot. Tussen 1983 en 2005 vocht het overwegend christelijke zuiden van Soedan een bloedige burgeroorlog uit tegen het islamitische noorden. In 2011 werd Zuid-Soedan na een referendum het jongste land op aarde, maar door etnische tegenstellingen en belangen verzeilde de bevolking nadien opnieuw in een spiraal van geweld.
De Italiaanse pater Stefano Trevisan (38), priester van de congregatie van de combonianen, is de jongste missionaris in het land. Zijn confrater Christian Carlassare werd vorig jaar kort na zijn benoeming tot bisschop neergeschoten. [node:field_streamers:1]
„De komst van paus Franciscus betekent veel voor de bevolking van het jongste land van de wereld”, vertelt pater Trevisan. „Interessant is dat het een oecumenisch bezoek wordt met de anglicaanse en presbyteriaanse leiders. Bij mijn weten is het de eerste keer dat er een dergelijke oecumenische vredesbedevaart plaatsvindt. Voor ons is dit een teken dat alle christenen verenigd zijn achter het vredesstreven. Veertig procent is hier katholiek, en naast katholieken zijn er ook veel anglicanen en presbyteriaanse gelovigen in Zuid-Soedan. Verder zijn er ook kleine Afrikaanse christelijke confessies. Slechts tien procent is moslim.”
Kwellingen
De vermoorde bisschop Christian Carlassare benoemde verdeeldheid, frustratie en polarisatie als de ergste kwellingen van het land. Stefano Trevisan beaamt: „De katholieken in Zuid-Soedan ondergaan dezelfde polarisatie als hun landgenoten. De verdeeldheid is groot en onze Kerk is daardoor getekend. Dat leidt tot geweld en politieke en sociale instabiliteit, maar het grootste probleem is toch de armoede. Naar schatting zijn er 1,4 miljoen ontheemden in het land. Of dit nog niet erg genoeg is, kregen we ook nog af te rekenen met rampen zoals overstromingen. Al deze problemen maken evangelisatie niet gemakkelijk.”
„Als missionarissen uit Europa moeten we niet alleen de talen en de cultuur leren, maar worden wij ook geconfronteerd met armoede en onveiligheid”, gaat pater Trevisan verder. „Ik wil hier de boodschap van Jezus brengen, maar de mensen willen materiële hulp. Dat is een grote uitdaging voor ons. Onze bisschop verklaarde dat het christelijk geloof hier aan de oppervlakte zit en niet geworteld is in het leven van de mensen. De mensen komen wel op zondag naar de kerk, maar daarnaast boefenen ze heidense praktijken en geloven ze in hekserij. Christendom vermengt zich met traditionele religie. Een uitdaging voor de Kerk is de praktijk van de verzoening. Conflicten zijn hier niet tussen legers, maar tussen etnische groepen. De enen stelen vee van de anderen, en dan volgen er wraakacties. Vanuit het Evangelie is het onze taak om een einde te maken aan de wraak en mensen met elkaar te verzoenen. Dat is het evangelie in de praktijk. Dat geldt ook voor alles wat betreft ontwikkeling. Als katholieke Kerk zijn wij sterk aanwezig met scholen en consultatiebureaus. In mijn missie hier beheren wij een hospitaal met honderd bedden. Maar net als in Europa ontbreekt het de Kerk hier aan roepingen. En ook voor ons missionarissen is Zuid-Soedan een zware dobber.” (eds)
‘De bladzijde omdraaien? We zijn nu pas alles aan het onderzoeken’
Historicus Mathieu Zana Etambala over mislukken Congocommissie
Na meer dan twee jaar werk kreeg de Bijzondere Commissie Koloniaal Verleden (kortweg Congocommissie) geen meerderheid bij elkaar over de aanbevelingen van haar voorzitter Wouter De Vriendt (Groen). Er komt dan ook geen eenmalige financiële compensatie als genoegdoening voor wat België in Congo, Rwanda en Burundi veroorzaakte. Historicus Mathieu Zana Etambala diende als expert van de commissie en stelt dat de stem van de Congolezen zelf te weinig werd gehoord, maar is mild voor de katholieke Kerk.
– Hoe reageert u op het mislukken van de Congocommissie?
Ook al waren er bij aanvang vele kritische stemmen, toch geloofde ik in het project. Ik werd sceptisch na het bezoek van koning Filip in juni vorig jaar, toen hij zijn “diepste spijt” betuigde voor de wandaden uit het koloniale verleden. Echte excuses kwamen er niet. Ik vroeg mij toen af waarom de vorst niet op de parlementaire commissie wachtte. Het gras werd onder de voeten van de commissie weggemaaid. De uitspraken van de koning waren gedekt door de regering. Was er hier sprake van sabotage? De liberale partijen en CD&V waren duidelijk vanaf het begin tegen een financiële regeling.
– Had de vorst dan moeten zwijgen?
Ik vond dat koning Filip beter zijn bezoek aan Congo had uitgesteld. Hij heeft er de hand geschud van een president van wie iedereen weet dat hij aan de macht kwam na oneerlijke verkiezingen in 2018. Het zegt genoeg dat de Belgische regering een dergelijk bezoek toestond. En er werd opgeroepen om „een bladzijde om te draaien”. Neen, we zijn nu pas bezig alles grondig uit te spitten en te onderzoeken. Er was [node:field_streamers:2] ook geen parlementair debat. Onder vorige regeringsleiders zou dit heel anders zijn aangepakt.
– Hoe kijkt de geschiedenis nu naar het Belgische kolonialisme in Centraal-Afrika?
De historische waarheden zijn duidelijk. Het regime van Congo Vrijstaat (1885-1908) was heel repressief. De onderdrukking van het kimbanguisme (religieuze beweging gesticht door Simon Kimbangu, nvdr) vanaf 1921, het neerslaan van de Pende-revolte in 1931 of van de opstand in Leopoldstad in 1959 tonen het brutale karakter van de Belgische kolonisering. Het zijn bloedige bladzijden en dat Congo er vandaag zo slecht aan toe is, heeft ook daar mee te maken. Kan men dat echt niet erkennen?
– Moet de Belgische staat dan een schadevergoeding betalen?
Tijdens de Grote Oorlog hielpen de Congolezen de Belgen de Duitsers te verslaan op Afrikaanse bodem en nadien kwamen Rwanda en Burundi in Belgische handen. België kreeg daardoor internationaal prestige. Gedurende de Tweede Wereldoorlog verkocht België allerlei Congolese grondstoffen aan de geallieerden en vooral uranium uit Katanga aan de Amerikanen om er atoombommen mee te maken. België kwam daardoor zonder één frank schuld uit dit conflict. Moet Congo België dankbaar zijn? Tachtig jaar lang werd alle economische, politieke en religieuze dynamiek gefnuikt. Dat is niet zomaar te herstellen, de schade is groot.
– In 1908 nam België de [node:field_streamers:3] Onafhankelijke Congostaat over van Leopold II. Was dat dan geen breuk?
Toen België Congo overnam, bewees het land dat het kon koloniseren. Leopold had geen onderwijs- en gezondheidsprojecten voor de Congolezen. Pas in 1910 verrees de eerste school in het Uelegebied, helemaal in het noorden. Koning Albert I dwong na zijn reis door Congo in 1909 het ministerie van Koloniën om de strijd tegen de verschrikkelijke pandemie van de slaapziekte aan te binden. Ja, dat was een breuk.
– En de missie, die startte toch onder Leopold II?
Men stelt nu een fonds voor waar ook de Kerk aan zou moeten bijdragen. Maar als er één organisatie is die dat niet zou moeten doen, dan is het de katholieke Kerk. In 1960 waren er meer Congolese priesters dan ambtenaren. Leopold wilde de Belgische bisschoppen de missionering van Congo toevertrouwen, maar Rome wou dat niet. Toen in 1906 de jezuïet Arthur Vermeersch een boek, La Question Congolaise, publiceerde waarin het regime van Leopold II werd gehekeld, verdedigden de Belgische missionarissen de vorst. Maar Rome koos de kant van Vermeersch. De Congolese Kerk werd gered door het Vaticaan.
– Op welke wijze?
De Romeinse Propaganda Fide bemoeide zich daadwerkelijk met de missie in Congo. In 1919 dwong zij de Belgische paters om inlandse priesters te vormen, omdat de Kerk enkel met hen kon overleven. Het Congolese grondgebied was ondertussen verdeeld onder Belgische paters, ook norbertijnen en trappisten, in apostolische prefecturen en vicariaten, waaruit later bisdommen ontstonden. Rome hield nauwgezet toezicht. Een missiebisschop werd tot ontslag gedwongen nadat bij een visitatie bleek dat paters kinderen hadden verwekt. Hij had zijn missionarissen niet onder controle. Bij de rellen na de onafhankelijkheid stond de pauselijke nuntius op het vliegveld en stuurde de vluchtende paters terug naar hun parochies. Ze mochten hun kudde niet in de steek laten. De Kerk als instituut heeft dus geen directe schuld aan de kolonisatie. (eds)
De expo Geborduurd verleden, verbeelde toekomst is tot vrijdag 31 maart gratis te bezoeken bij Amsab-Instituut in Gent (Bagattenstraat 174), van maandag tot vrijdag van 9 tot 17 uur.