Vissen in alle mogelijke vijvers
Vlaamse welzijnssector heeft de komende tien jaar naar schatting 16.000 nieuwe medewerkers nodig
Om een kwalitatieve en betaalbare dienstverlening te kunnen blijven garanderen, moeten de leden van het Vlaams Welzijnsverbond de komende tien jaar op zoek naar 16.000 nieuwe medewerkers. Dat leert de brochure Medewerkers in welzijn gezocht. Vacatures bij de vleet, waarin de koepelorganisatie het personeelsbestand analyseerde van 201 werkgevers in de sectoren ondersteuning van personen met een handicap, jeugdhulp en gezinsondersteuning, kinderopvang en Centra voor Ambulante Revalidatie voor het jaar 2017, goed voor ruim 23.000 werknemers.
„Al tien jaar analyseren we jaarlijks het personeelsbestand in de welzijnssector. Dat stelt ons in staat realistische prognoses te maken”, zegt directeur Hendrik Delaruelle. „De evolutie baart ons grote zorgen, temeer omdat de cijfers enkel onze drie sectoren betreffen: de kinderopvang, de jeugdhulp en de ondersteuning van mensen met een beperking. Reken je de andere sectoren uit het welzijnsveld erbij, zoals de woon-zorgcentra en de thuishulp, dan is de nood aan nieuwe medewerkers nog groter.”
De oorzaken zijn de uitstroom van almaar meer 55-plussers die met pensioen gaan en de nood aan meer personeel door het uitbreidingsbeleid, om tegemoet te komen aan de steeds grotere zorgnoden van kwetsbare mensen.
Gezien de huidige krapte op de arbeidsmarkt wil Delaruelle tijdig aan de alarmbel trekken. „Gelet op de wachtlijsten in de diverse sectoren gaan we ervan uit dat ook de volgende regering fors zal investeren en bijgevolg bijkomende tewerkstelling zal creëren. De analyses zijn gemaakt, nu is het tijd voor maatregelen. We kunnen ons niet permitteren onze hoogstaande dienstverlening te zien afbouwen als gevolg van de krapte op de arbeidsmarkt.”
Breder kijken
Hendrik Delaruelle wil naar nieuwe medewerkers vissen in alle mogelijke vijvers. „Uiteraard moet er werk worden gemaakt van de klassieke instroom, door jongeren te leiden naar de zorg- en welzijnsopleidingen. Daarop kan worden ingezet met campagnes, maar we moeten ook breder kijken. Er zijn bijvoorbeeld heel wat mensen met een hart voor anderen die een carrièreswitch overwegen. Dat moet beter mogelijk worden gemaakt”, zegt Delaruelle. „Medewerkers van allochtone afkomst of met een arbeidsbeperking zijn nu nog ondervertegenwoordigd in het welzijnslandschap. Ook daar liggen kansen. We bieden bovendien de mogelijkheid tot bijscholing aan en zetten sterk in op het coachen van nieuwe medewerkers om de vereiste competenties te verwerven.”
Toch is het niet enkel kommer en kwel, meent Delaruelle, die optimistisch blijft. „We kunnen bogen op een trouw publiek van medewerkers. Het is fijn werken in onze sector, vanwege de warmte van de menselijke relaties en omdat we iets kunnen betekenen voor elkaar. Misschien moeten we daaraan wat meer aandacht besteden?”
Simon Van Havermaet (40) voelt zich op zijn plaats in de jeugdhulp bij vzw Ruyskensveld. Na een gevarieerd parcours volgde hij een opleiding gezinswetenschappen. „Aan mijn job bevalt het contact met de jongeren me nog het meest. Hoewel ik al wat ouder ben, vind ik vlot aansluiting bij hen”, meent hij. „Ik kan me goed inleven in hun leefwereld en situatie. Ik denk zelfs dat het feit dat ik al wat rijper ben me daarbij helpt. Ik heb zelf al een hele weg afgelegd en ken intussen meer stabiliteit.”
Na de sluiting van Ford Genk moest Cristina Quitadamo, administratief bediende bij een toeleveringsbedrijf, op zoek naar een andere baan. „Ik was de dertig voorbij, een leeftijd waarop ik me begon af te vragen of het dat wel was dat ik de rest van mijn leven wilde doen”, getuigt de inmiddels 38-jarige. Ze besefte dat ze graag met mensen wilde werken, het liefst met kinderen, en ze volgde een opleiding tot verantwoordelijke in de kinderopvang. Vandaag is ze teamverantwoordelijke in het kinderdagverblijf Familia in Genk. „Dat ik nu mensen kan voorthelpen en coachen, geeft me het meest energie. Ik heb echt het gevoel dat ik iets kan bijdragen aan de goede werking voor de kinderen. De sluiting van het bedrijf waar ik werkte, gaf me een duwtje in de rug om mijn passie te ontdekken. Ik ben dus blij dat het zo is gelopen. Dit is echt een keuze uit mijn hart.”