‘We willen de dialoog aangaan met mensen van onze tijd’
Het CCV, partner in christelijk vormingswerk, „wil mensen vormen voor morgen vanuit een christelijk perspectief en geïnteresseerden laten proeven van een verrassend frisse kijk op christen zijn”. Bij het realiseren van die doelstelling zal kersvers voorzitter theoloog Johan De Tavernier een belangrijke rol spelen.
In januari stelden de bisschoppen hem voor als nieuwe voorzitter van het CCV, maar er kwam nog een wijziging van de statuten aan te pas om zijn benoeming formeel te maken. „De voorbije maanden stonden dan ook de wat minder boeiende administratieve gesprekken op de agenda”, zegt Johan De Tavernier (66). „Intussen plan ik een rondje in elk bisdom om er de werking te verkennen.” Dat neemt niet weg dat de voorzitter volop nadenkt over de toekomst.
– De werking van het CCV verschilt nogal per bisdom. Blijft dat of wil u meer uniformiteit?
We komen inderdaad uit een situatie waarin elke afdeling onder leiding van een plaatselijke vicaris een eigen koers voer. Sommige afdelingen stelden scherp op Bijbelse vorming, andere meer op ondersteuning van de liturgie en catechese in de parochies, nog andere dienden allereerst als een versterking van het lokale hoger instituut voor godsdienstonderwijs enzovoort. De voorbije periode werd al werk gemaakt van meer centraal overleg om bepaalde thema’s samen uit te werken over bisdomgrenzen heen. De bisschoppen wensen nu dat dat overleg verder wordt uitgebouwd. Daartoe zal het bestuursorgaan meer als een dagelijks bestuur moeten gaan werken om de diverse werkgroepen stipter op te volgen.
– Meer samenwerking dus. Welke richting moet het christelijke vormingswerk zelf uit?
Er zijn diverse uitdagingen. Allereerst blijft de ondersteuning van de parochiepastoraal een belangrijk werkpunt. Daarbij moeten we toekomstgericht nadenken en rekening houden met zowel een verstedelijkte als een landelijke context. Elk bisdom pakt dat wat anders aan, maar wat kunnen van elkaar leren? Ook internationale voorbeelden kunnen inspireren.
In dat verband stelt zich tegelijk de vraag hoe we de dimensie van sociale rechtvaardigheid sterker kunnen inbouwen in de parochiepastoraal. Paus Franciscus legt daar nogal de nadruk op en bij ons zijn er diverse organisaties die dat behartigen: aandacht voor migranten en vluchtelingen, klimaat, vrede, maar ook de interreligieuze dialoog en de dialoog met de vele zoekende mensen in deze tijd. Op veel plekken is de band tussen de parochie en het bredere christelijke vormingswerk evenwel verzwakt. Die moeten we dus weer versterken, want er liggen nogal wat kansen. Denk maar aan het project over troostplekken van Ferm, aan organisaties die zich bezighouden met actuele thema’s als eenzaamheid, stilteplekken enzovoort. Dat zijn onderwerpen waarvan de overheid verwacht dat socio-culturele verenigingen als het CCV ermee aan de slag gaan, maar [node:field_streamers:0] ze sluiten ook aan bij de zending van de Kerk.
– Hoe wil het CCV zelf een ander publiek aanspreken, naast parochiemensen?
Er is een sterke wil in het CCV, merk ik, om nauwer samen te werken met andere organisaties, bijvoorbeeld voor concrete projecten. Zeker langs de weg van het erfgoed kunnen we mensen bereiken. Denk maar aan volkse rituelen, die lokaal verankerd zijn. Andere aanknopingspunten zijn thema’s als ecologie, zorg voor de schepping en het herontdekken van de natuur en de biodiversiteit, maar ook pelgrimages, waarvoor een opvallende nieuwe interesse lijkt te bestaan: twintig jaar geleden was er amper belangstelling voor Compostela en lagen de meeste pelgrimsroutes er verwaarloosd bij. Dat is nu wel even anders, en het spreekt bovendien jongere generaties aan.
Ook thema’s als stilte en omgaan met emoties en dergelijke bieden aanknopingspunten om vanuit de christelijke traditie de dialoog aan te gaan met mensen van onze tijd.
– Blijft Bijbelse vorming een speerpunt?
Zeker en vast, en ook op dat punt moeten we weer zien aan te knopen bij de bredere cultuur, onder meer via kunst.
In het algemeen kun je dus zeggen dat we de culturele impact van het christendom willen tonen, en niet alleen in ethisch opzicht, maar op een fundamenteel niveau van ons samenleven. De centrale vraag daarbij is: wat verliezen we als samenleving wanneer het christendom zou verdwijnen?
Denk maar aan het proces over Sanda Dia. Daarin staan thema’s als schuldbesef, vergeving en verzoening sterk op de voorgrond. Die thema’s blijven dus onverminderd actueel, maar toch weten veel mensen, ook jonge mensen, niet goed hoe ermee om te gaan. Welnu, dan moet je kunnen laten horen wat de christelijke traditie daarover te zeggen heeft.
– Wat bekent die nieuwe taak voor u?
Na een loopbaan als academisch theoloog ga ik me nu wat sterker toeleggen op het pastorale werkveld. „Wat is de pastorale impact van onze theologische reflectie?”, vraagt paus Franciscus. Die vraag zal ik me nu nog sterker moeten stellen.
Reageren op dit artikel? Dat kan op www.kerkenleven.be