Kosovo verhindert Servisch-orthodoxe synode
De Servisch-orthodoxe Kerk heeft van oudsher de gewoonte haar jaarlijkse bisschoppensynode te houden in het patriarchaatsklooster van Peć, net bij de gelijknamige stad. Dat klooster werd gesticht toen de grondlegger van de Servisch-orthodoxe Kerk, Sint-Sava, nog leefde, dus in de dertiende eeuw. Daar lag ook de eerste patriarchale zetel van de Servisch-orthodoxen; hun patriarch draagt nog altijd de titel aartsbisschop van Peć. Maar Peć ligt in Kosovo e Metohija, in het oosten van Kosovo, dat zichzelf in 2008 onafhankelijk verklaarde.
Pesterijen
Vele Westerse landen hebben destijds vrij snel de onafhankelijkheid van Kosovo erkend. Servië doet dit mordicus niet, omwille van het indrukwekkende Servisch-orthodoxe religieuze erfgoed dat vooral in de noordelijke gemeenten van Kosovo geconcentreerd ligt en van de Servisch-orthodoxe minderheid aldaar. Zowel aan Servisch-christelijke als aan Kosovaars-Albanees-islamitische zijde staan nationalisten nog altijd lijnrecht tegenover elkaar, al worden de pesterijen in Kosovo e Metohija van het – door het Westen gesteunde – links-nationalistische bewind in Pristina steeds dreigender.
Synode
Zo werd patriarch Porfirije – pas drie jaar geleden verkozen – eergisteren bij de grens tussen Servië en Kosovo tegengehouden. ‘Zijne Heiligheid Servische Patriarch Porfirije, die ‘s middags met zeven andere synodeleden zou aankomen bij het hoofdkwartier van de Servisch-orthodoxe Kerk, het klooster van het patriarchaat van Peć, werd door ambtenaren van de voorlopige autoriteiten in Pristina tegengehouden bij de administratieve grensovergang Merdare en daar werd hun, zonder enige uitleg, aangekondigd dat hun de toegang tot de provincie verboden werd.’
In een verklaring van het patriarchaat wordt de Kosovaarse regering steevast ‘voorlopige autoriteiten in Pristina’ genoemd en het grondgebied van Kosovo ‘de provincie’.
Reacties
Vanuit Pristina werd nog niets over het incident vernomen. En de reacties van de Westerse kanselarijen zijn ongelooflijk mak. Deze Kosovaarse beslissing is ‘strijdig met het plan van de vroegere Finse president Martti Arthisaari dat tot de onafhankelijkheid van Kosovo leidde en waarin de rechten en privilegies van de Servisch-orthodoxe Kerk en haar clerus duidelijk beschreven staan, en zij strookt evenmin met Kosovo’s verzoek om bij de Europese Unie te mogen aansluiten’, klinkt het bij de bijzondere vertegenwoordiger van de EU in Kosovo.
Stilzwijgen
Maar bij Europees Buitenlandvertegenwoordiger Josep Borell Fontenelles of in Washington klinkt alleen oorverdovende stilte. De rechten van christelijke minderheden in Europa zijn blijkbaar niet eens een perscommuniqué meer waard. Maar bovendien snijdt het Westen zich met deze lafhartige in eigen vlees. Als de spanningen in de zuidelijke Balkan weer oplopen, profiteren alleen anti-Westerse leiders als Vladimir Poetin in Moskou of Recep Tayyib Erdoğan in Ankara daarvan; zo drijven we de Serviërs in Poetins armen en drukken we de Albanezen van Kosovo aan Erdoğans borst.
Porfirije
Gelukkig is patriarch Porfirije niet meteen een man die olie op het vuur gooit en hij houdt de synode nu in de Sint-Sava-kathedraal in Belgrado. Maar Porfirije deed wel een oproep ‘om een einde te maken aan de flagrante schending van de mensenrechten van het Servische volk, waaronder het recht op bewegingsvrijheid van de Servische patriarch, zijn bisschoppen en zijn geestelijkheid.’
De patriarch voegt eraan toe dat hij ‘zijn volk in Kosovo e Metohija niet in de steek zal laten en er alles aan zal doen om hen te ontmoeten en zo snel mogelijk samen met hen tot God te bidden.’