Antwerpen herdenkt vermoorde pater Charles Deckers
„Ik weet dat mijn activiteiten mijn leven in gevaar brengen. Maar mijn roeping ligt hier. Ik blijf hier.” Amper twee weken later bleken het profetische woorden te zijn van Charles Deckers. Op de ochtend van 27 december 1994, een dag nadat hij zijn zeventigste verjaardag vierde, werd de Antwerpse witte pater in koelen bloede vermoord op de binnenplaats van het huis van de witte paters in het Algerijnse Tizi Ouzou.
Hij is één van de drie witte paters die werden geëxecuteerd door een islamitisch commando, dat wraak wilde nemen voor de dood van medestrijders tijdens een mislukte vliegtuigkaping.
Op 8 december 2018 werd pater Deckers samen met achttien andere martelaren zalig verklaard in de Algerijnse stad Oran.
Chinees leren
Charles Deckers werd op 26 december 1924 geboren in Antwerpen als derde in een gezin met negen kinderen. De roeping om missionaris te worden, stak al op heel jeugdige leeftijd de kop op. Toen hij zes was, vroeg hij zijn moeder vanaf wanneer hij Chinees kon leren. Hij wilde immers in navolging van illustere jezuïeten naar China trekken en er missionaris worden.
Tijdens de oorlogsjaren kwamen zowel zijn moed als zijn menslievendheid tot uiting.
Toen hij door de Gestapo werd opgepakt omdat hij naar de BBC had geluisterd, nam hij alle verantwoordelijkheid op zich zodat zijn vader – de kostwinner van het gezin – niet in de problemen zou komen. Nog tijdens de barre oorlogsjaren probeerde hij op inventieve manieren geld te verdienen dat hij verdeelde onder behoeftige gezinnen.
Na zijn middelbare studies trad hij in bij de witte paters. In 1950 werd hij priester gewijd. Hoewel hij graag naar sub-Saharisch Afrika was getrokken, besloten de witte paters hem naar de Magreb te sturen. In Tunis leerde hij Arabisch en bestudeerde hij de islam. Van Tunesië ging het naar Algerije, een land dat meteen zijn hart veroverde en waar hij steeds zou terugkeren. „Hij zag er zijn levenstaak in de islam te bestuderen en op grond van de raakpunten die hij ontwaarde een dialoog te ontwikkelen die mensen nader tot elkaar zou brengen. Daarom werd hij Algerijn met de Algerijnen, Berber met de Berbers”, typeerde zijn vroegere klasgenoot Manu Ruys hem bij zijn overlijden.
Verbanning
Dialoog is één van de sleutelwoorden in het leven van Charles Deckers. Vooral dan met hen die het minder goed hebben. Wanneer de Fransen in 1962 bij de onafhankelijkheid Algerije verlaten, besluit Deckers te blijven. Meer nog, hij neemt de Algerijnse nationaliteit aan. De situatie van de Kabylen, de bewoners van de streek waar hij woont, wordt er echter niet beter op wanneer het Nationaal Bevrijdingsfront Algerije omvormt tot een strakke, dogmatische staat. Omdat hij het steevast voor de Berberjeugd opneemt, wordt hij in 1977 uit Algerije verbannen.
In Brussel leidt hij vervolgens El Kalima, een centrum dat de dialoog bevordert met de islam.
Nadat hij enkele jaren in Jemen verblijft als aalmoezenier van de zusters van Moeder Teresa, keert hij in 1987 terug naar Algerije.
Met de herdenking van Charles Deckers wil het bisdom in diens geest de dialoog bevorderen tussen christenen en moslims, met respect voor elkaars eigenheid. Niet toevallig nemen twee moslims het woord. Hamid Riffi is sinds vorig jaar directeur van het Scheppersinsituut in Mechelen en werd zo als eerste moslimdirecteur van een katholieke school. Salah Selloum is oud-leerling van Charles Deckers en auteur van een boek over Tizi-Ouzou.
• ‘In het spoor van de zalige Charles Deckers’ vindt plaats op zondag 7 mei van 10 tot 16 uur in de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal in Antwerpen (Handschoenmarkt).