‘Leren omgaan met de ander vraagt een bekering van ieder van ons’
De rode loper ligt er nog, niet voor ondergetekende, maar voor koning Filip die de dag tevoren de Gemeenschap Sant’Egidio bezocht, vijftig jaar geleden in Rome opgericht. „Hij vroeg de jongeren hun enthousiasme nooit te verliezen”, onthoudt Hilde Kieboom. „Met Sant’Egidio willen we getuigen van de vreugde van het evangelie die altijd de deur openzet voor anderen.”
Met de kracht en de vriendschap van het evangelie de stad een menselijker gelaat geven. Dat trok Hilde Kieboom aan toen ze als zestienjarige in Rome Sant’Egidio ontdekte. „Geloof moet leiden tot daden, maar we mogen niet enkel onze werken laten spreken. We moeten ook getuigen van ons geloof. Dat is immers de motor die onze inzet duurzaam maakt, die ons sterkt om de handdoek niet in de ring te gooien en om die hoopvolle blik te bewaren.”
– Sant’Egidio deelt met paus Franciscus de liefde voor de vrede, voor mensen in armoede en in de marge. Gaf zijn aantreden het sociale engagement in de Kerk een extra impuls?
Beslist, en niet enkel binnen de Kerk. De brede samenleving liet zich appeleren door zijn oproep niet langer achter besloten deuren te schuilen, maar naar buiten te treden, vooral naar de verwonde mensen van onze tijd, en hen te zien en te behandelen als broer of zus. In mijn ogen is Franciscus een veeleisende paus. Hij vraagt ons nieuwe wegen te gaan, niet te blijven doen wat we altijd al deden, een tandje bij te schakelen, geen genoegen te nemen met een klein groepje gelijkgestemden, missionair te zijn als Kerk.
– Hoe vertaalt u die uitdaging?
Het project van humanitaire corridors voor vluchtelingen uit Syrië, van Sant’ Egidio en de Belgische overheid in partnerschap met alle erkende erediensten en vooral met de Belgische bisschoppen en Caritas, is een antwoord, maar er moet veel meer worden gedaan. En dat kan, alleen berusten we te vaak, omdat we vrezen te weinig mensen en middelen te zullen hebben. Zo gebeurt niets. De paus vraagt ons in wezen te geloven in een nieuw elan.
In ons land zijn we gewend te kijken door de bril van de secularisatie. We moeten dringend een andere bril opzetten, meer bepaald die van de globalisering. In de rand rond Antwerpen hebben heel wat parochies het moeilijk. Tegelijk gonst het er van culturen en geloofsovertuigingen. Als katholieke Kerk staan we voor de uitdaging voortdurend Kerk op te bouwen, dat wil zeggen familie te zijn en verbindingen te maken, over alle breuklijnen van leeftijd, geloof, afkomst, opleiding enzovoorts heen.
– Tegelijk groeit in onze samenleving onmiskenbaar een antivluchtelingensentiment. Hoe kijkt u daartegenaan?
Dat is geen exclusief Vlaams, maar een wereldwijd probleem dat alles te maken heeft met het feit dat leren omgaan met de ander van iedereen een bekering vraagt. De globalisatie stelt ons wereldwijd voor de uitdaging om te leren samenleven en elkaar te respecteren. Dat dat niet van een leien dakje loopt, [node:field_streamers:0] is begrijpelijk. Daarom is een figuur als paus Franciscus, die oproept de deuren te openen, zo belangrijk. In een gesloten en angstige omgeving ben je geneigd het vreemde in de ander te zien. Kijk je met een open blik, dan zie je niet wat verdeelt, maar wat verbindt, om Johannes XXIII te parafraseren, en ontdek je dat ieder van ons gedreven wordt door het verlangen naar vriendschap, veiligheid en vrede. Ik ervaar trouwens dat het draagvlak voor het onthaal van vluchtelingen groter is dan de publieke opinie doet vermoeden.
– Is dat een oproep aan christenen om hun stem in het maatschappelijke debat vaker te laten horen?
Je moet niet enkel opkomen voor een bepaald beleid, maar zelf ook concrete daden stellen en de tekenen des tijds lezen. Hoe gaan we bijvoorbeeld om met onze zorgbehoevende ouderen? Wij ervaren dat ouderen langer kunnen thuisblijven mits de nodige omkadering van familie, buren, vrienden en de bredere samenleving.
Het gaat er bovendien niet enkel om goed voor hen te zorgen, maar hen ook te waarderen als mensen die de andere kant van het leven belichten en ons uitnodigen te leven met een spirituele bril. Zij zijn een soort wijzen, en dan heb ik het niet enkel over de wijsheid die ze kunnen doorgeven. Als zwakkere mensen met een uitgestoken hand naar liefde, vriendschap en tijd, in een samenleving die van hot naar her holt, wijzen zij ons op de behoefte van ieder van ons om nu en dan halt te houden en tijd te maken voor vriendschap en in die zin ook voor gebed.
Het is onze opdracht als christen mensen te wijzen op de grote pijnpunten van onze tijd, weliswaar steeds op uitnodigende wijze. Want elkeen kan iets doen in zijn omgeving, ook al is het beperkt, voor ouderen, zieken, zwakken, nieuwkomers, migranten, de opvoeding van kinderen enzovoorts. Alleen moeten we wat stoutmoediger zijn, zoals paus Franciscus ons opriep bij zijn bezoek aan Sant’Egidio, in Rome. En weet je, dat zal mensen veel meer levensvreugde schenken dan wanneer ze zich angstig verschansen achter gesloten deuren. Onze samenleving heeft christenen nodig om menselijker te worden en minder te verharden.
Op 3 mei om 19 uur celebreert kardinaal Jozef De Kesel een dankviering in de Onze-Lieve-Vrouw ter Rijkeklaren in Brussel.