Universele rechten
”Aanstaande zondag vieren we de zeventigste verjaardag van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM). Dat die UVRM uitgerekend in de jaren na de Tweede Wereldoorlog tot stand kwam, is natuurlijk geen toeval. De verschrikking van dat mondiale conflict noopte de mensheid tot bezinning. Leiders en verlichte geesten uit de hele wereld zochten naar wegen om de wereld structureel beter te maken. Al in 1945 werden de Verenigde Naties opgericht vanuit het besef dat samenwerken zinvoller was dan elkaar militair te bekampen. Ook de Europese integratie is een gedachte die vorm kreeg in de jaren na de oorlog, dankzij de visionaire wijsheid van mensen als Jean Monnet, Robert Schuman en Konrad Adenauer.
De totstandkoming van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, waarover u meer leest in ons Dossier wortelt in dezelfde logica. Als mensen in staat blijken elkaar verschrikkelijk onrecht aan te doen, is het inderdaad een goed idee om universele principes af te spreken waaraan we ons met z’n allen houden.
Op zich was de idee van mensen- of burgerrechten niet nieuw. Het Engelse Magna Charta uit 1215 formuleerde al grondrechten, net zoals de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring (1776) en de Franse Verklaring van de Rechten van de Mens en de Burger (1789). Met de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens kregen we evenwel voor het eerst een wereldwijde verklaring over rechten waarop iedere mens aanspraak kan maken. En al is de tekst op zich niet juridisch afdwingbaar, het morele gezag van de UVRM is groot. Bovendien vonden de principes uit de tekst hun weg naar andere verdragen, grondwetten of wetten die wel afdwingbaar zijn.
Vandaag lijkt de idee van universele mensenrechten helaas onder vuur te liggen. Er wordt steeds vaker geopperd dat ze in strijd zijn met de nationale soevereiniteit, dus met het recht van elk land om voor [node:field_streamers:0] zichzelf te beslissen welke regels het hanteert. Nochtans werden de UVRM en aanverwante verdragen vrijwillig door soevereine landen goedgekeurd. Bovendien is het concept ‘soevereine staat’ ook maar een menselijke uitvinding en is elk land het product van een toevallige loop van de geschiedenis. Waarom zouden pakweg België, China of Tadzjikistan op zich meer bestaansreden hebben dan de Europese Unie of de Verenigde Naties? Elke ordening van de wereld is gecreëerd door mensen.
De notie van universele mensenrechten sluit alvast veel beter aan bij de christelijke leer dan het denken in termen van landen of volkeren. Christus maakte duidelijk dat Hij gekomen was voor alle mensen, allen kinderen van één God. Zijn volgelingen begrepen dat perfect en gingen hun geloof verkondigen tot ver buiten de eigen landstreken. De huidige aandrang in veel landen om terug te plooien op zichzelf, met een retoriek van eigen land of eigen volk eerst, botst met het universele karakter van het christendom.
In het jaarrapport Vrijheid van Godsdienst in de Wereld 2018 waarschuwt Kerk in Nood opmerkelijk: „In belangrijke regio’s van de wereld ligt een golf van agressief nationalisme aan de basis van het toenemende geweld en andere vormen van intimidatie tegen religieuze minderheden.” Dat agressieve nationalisme keert zich overigens zowel tegen christenen als tegen moslims en joden. Als gelovigen hebben we dus veel te verliezen wanneer universele mensenrechten, waaronder het recht op godsdienst, onder druk komen te staan.
De wijsheid die na de Tweede Wereldoorlog groeide is ook zeventig jaar later van groot belang. Als we niet langer in staat zijn om over de grenzen van landen, volkeren, religies en culturen iedere mens te beschouwen als medemens, veroordelen we onze kinderen om opnieuw het slachtoffer te worden van praktijken die we beter definitief naar het verleden verwijzen.”
Reageren op dit artikel? Dat kan op www.kerkenleven.be