‘Pastoraal begint vaak bij koetjes en kalfjes’
Blond, roze lokken, jong, vrouw, zangeres, rock en pop. Het zijn kwalificaties die je niet aan een pastor doen denken. Toch voelt Xenia Geysemans uit Lier zich als een vis in het water als universiteitspastor in Antwerpen en als lector ethiek-RZL aan de Arteveldehogeschool in Gent. Reflectie, verdieping en empathie zijn thema’s die terugkeren als een refrein in al wat ze onderneemt.
Xenia, het klassieke Griekse gastvrijheidsbeginsel, vind je ook in de Bijbel. „Mijn naam is me op het lijf geschreven”, zegt Xenia Geysemans dankbaar. „Xenios is ook de bijnaam van de oppergod Zeus en verwijst naar zijn rol als beschermer van reizigers. Dat zie ik als mijn opdracht bij studenten, niet zozeer op hun fysieke reis als wel op hun spirituele tocht: gastvrij zijn, present zijn, steun bieden, luisteren, spirituele bijstand verlenen en getuigen.”
– Waarom studeert een jonge vrouw in deze tijd theologie en religiewetenschappen?
Ik ben altijd een zoeker geweest, gefascineerd door het mysterieuze, het transcendente, het abstracte en het filosofische. Bij aanvang van het eerste leerjaar moest iedere leerling een woord van drie letters zeggen. De een zei ‘bos’, de ander ‘pop’ en ik zei ‘God’. In de laatste jaren van de humaniora wist onze leerkracht godsdienst me sterk te boeien. Zo’n voorbeeld hoop ik te zijn voor anderen. Ik begon aan theologie vanuit een belangstelling voor wereldreligies en ethiek, maar was al snel in de ban van het christendom. Niet gelovig opgevoed, werd ik gelovig door mijn studies.
– Als lector en pastor werkt u met jongeren. Waarom liggen ze u na aan het hart?
Als 26-jarige herken ik me in hen. Ik kan erover meepraten dat het niet makkelijk is overeind te blijven in de maalstroom van het leven. Alle grote verhalen zijn gecrasht, je moet je eigen pad maken in een chaotische omgeving. Bij studenten is er veel eenzaamheid. De deur van Zomaar een dak, de uitvalsbasis van het pastoraal voor studenten en professoren in Antwerpen, wordt platgelopen door jongeren op zoek naar contact en verbondenheid. Met twee katholieke pastores en een islamitische collega ga ik er op zoek naar hun krachtbronnen. Dat fundament of die wortel heb je immers nodig, anders kan er geen boom groeien. Tegelijk reiken we rituelen aan. Die bieden rust in ons gefragmenteerde leven. Dat zijn vieringen, bezinningen, gesprekken die niet per se over God hoeven te gaan. Pastoraal begint vaak bij het gewone, bij koetjes en kalfjes.
Aan de vele metafysische vragen merk ik dat spiritualiteit vandaag een hot topic is. Iedereen draagt een spirituele dimensie in zich, alleen komt die niet altijd aan de oppervlakte, net zoals je bij een waterlelie de lange stengels in het water niet ziet, ook al zijn ze er wel. Dat druk ik mijn studenten verpleegkunde op het hart. Vaak besluiten ze dat een patiënt niets heeft met spiritualiteit omdat hij niet aankruiste op het opnameformulier dat hij katholiek [node:field_streamers:0] of moslim was. Mis. Een kruisje, een tattoo, een doodsprentje verwijzen naar een spirituele gevoeligheid.
– Naar aanleiding van Valentijnsdag spreekt u over de paradox van de liefde. Waarom?
Zonder te willen moraliseren, wil ik de reflectie op gang trekken vanuit een filosofische en ethische invalshoek. Waarderen we de vijf Griekse vormen van liefde nog? Hoe staat het met de storgè of familiale liefde? Bezoeken wij onze grootouders nog? Wat stelt filia, vriendschap, nog voor in deze tijd? Zijn Facebookvrienden echte vrienden? En wat is agapè, beheerste liefde, nog als je na een jaar al zegt tegen elkaar: „Het is op”? En wat met xenia in deze tijden van angst voor de vreemdeling? Ik zie vooral eros, passie, zegevieren.
Ik zie het als mijn taak om reflectie en empathie te stimuleren. Empathie is het startpunt van alle ethiek. Ethiek is vaak een steentje in je schoen, bijvoorbeeld wanneer je als verpleegkundige niet veel tijd hebt voor een patiënt en daarover inzit. Ik wil studenten aanzetten tot nadenken over hun beweegredenen, over wat goed en kwaad is, enzovoort. Ik wil hen aandachtig maken voor de context waarin ze leven, want studenten focussen sterk op persoonlijke keuzes. Ze vertrekken vanuit een belangenethiek, terwijl ik hen warm wil maken voor een ethiek van de verbondenheid.
– Wat zijn uw krachtbronnen?
Naast theologie heb ik twee grote passies, zingen en schrijven. Ik zing in de coverband Mission Kowalski en schrijf muziek. Begin februari kwam Mindless Dungeon uit op Spotify, het tweede nummer in mijn project Meaningless. Daarin vertaal ik het verlangen naar verbondenheid en zingeving in stevig gitaarwerk en sopraanzang over angst, hoop, melancholie, de illusionaire maakbaarheid van geluk en liefde. Vandaag wordt ons meegegeven dat alles maakbaar is. Als je dan faalt, is het jouw fout. Dat maakt je kwetsbaar. En dan komt de zinvraag weer naar boven. Angst en liefde zijn sterk aanwezig in mijn leven. Ze komen samen in het kruis. Dat roept afschuw op, maar Jezus stierf wel aan het kruis uit liefde voor ons.
Lezingen over liefde op 19 februari, 5 en 19 maart, om 18.30 uur in Zomaar een dak in Antwerpen (Prinsstraat 32). Beluister Xenia Geysemans op www.missionkowalski.com, op YouTube (tik in „Meaningless – Black Tears”) of Facebook (zoek „Meaningless”). Reageren op dit artikel? Dat kan op www.kerkenleven.be