Hoog water daagt de mens uit
Klimaatscenario’s voorspellen dat tegen 2100 de zeespiegel fors zal stijgen
Al eeuwenlang stijgt het zeeniveau, de gemiddelde hoogte van de zeespiegel, vrij constant. Het is een langzaam proces want afhankelijk van het smelten van gletsjers en het opwarmen van de zee. De jongste tijd is er echter een versnelde stijging waar te nemen als gevolg van de klimaatverandering. Vandaag staat het zeeniveau in de Noordzee twintig centimeter hoger dan in 1925. Klimaatscenario’s voorspellen dat in 2100 het zeeniveau maximaal met 90 centimeter zal gestegen zijn tegenover 2000.
In Europa blijkt België, na het lagergelegen Nederland, het meest kwetsbaar te zijn voor overstromingen door een stijgend zeeniveau. Door de zeespiegelstijging nemen ook de hoogste waterstanden toe. Dat kan leiden tot kusterosie en het onderlopen van laaggelegen gebieden. In Vlaanderen ligt immers zowat vijftien procent van het oppervlak minder dan vijf meter boven het gemiddelde zeeniveau.
Volgens Patrick Willems, hoogleraar waterhuiskunde aan de KU Leuven, is de hogere zeespiegel op zich geen probleem en kan onze kustlijn dat aan, behalve bij stormvloed, een combinatie van springtij en een noordwesterstorm zoals tijdens de watersnood in 1953. Aan de kust is de kans op een extreme zondvloed één op de duizend jaar. De literatuur spreekt dan ook van een ‘duizendjarige storm’. Alvast tot 2050 is onze kust door een masterplan beschermd tegen de impact ervan.
Het gebied van de Zeeschelde, daar waar het getijde speelt op de Schelde en haar zijrivieren, is echter nog meer gevoelig voor de stijging van het zeeniveau en een eventuele stormvloed. De Schelde functioneert als een trechter. Het gemiddelde getijverschil tussen hoog- en laagwater bedraagt in Antwerpen iets meer dan vijf meter. Een stormvloed, met extreem hoge waterstanden van meer dan zeven meter, is op de Schelde nog gevaarlijker dan aan de kust, want heel wat verderop landinwaarts.
Om dat op te vangen, bestaat sinds 1976, het jaar van de overstroming in Ruisbroek, het Sigmaplan, naar analogie van het Nederlandse Deltaplan. „Het [node:field_streamers:0] Sigmaplan neemt Vlaanderen in bescherming tegen overstromingen vanuit de Noordzee, als een storm het zeewater het estuarium van de Schelde instuurt”, zegt Carolien Peelaerts, communicatieverantwoordelijke voor De Vlaamse Waterweg nv, uitvoerder van het Sigmaplan. „We zijn een klimaatadaptieplan op een natuurlijke manier. Dat wil zeggen dat we een antwoord willen bieden op de gevolgen van het gewijzigde klimaat. Voortdurend houden we rekening met de voorspellingen over de klimaatverandering. De internationale rapporten ter zake volgen we nauwgezet op.”
Peelaerts legt uit dat het plan bestaat uit drie componenten. De eerste is de verhoging van de dijken langs de Schelde en haar zijrivieren. De tweede ingreep is de aanleg van overstromingsgebieden, waarvan de bekendste die van Kruibeke en het Zennegat bij Mechelen zijn. Op het grondgebied van Kruibeke, Bazel en Rupelmonde bevindt zich Vlaanderens grootste overstromingsgebied. „In zijn eentje maakt dat gebied van zeshonderd hectare polders Vlaanderen vijf keer veiliger”, zegt Peelaerts. De derde component is de ontpoldering, het terugeven van polders aan de natuur zodat de rivier meer ruimte krijgt. Bekend voorbeeld is de Hedwigepolder.
Carolien Peelaerts: „Wij zijn voorzien op een zeespiegelstijging van zestig centimeter tegen 2100 en een stijging van de hoogwaterstand van negentig centimeter. Zet de zeespiegelstijging zich nog sterker door, dan beschikken we over vijfhonderd hectare reserve om om te turnen tot overstromingsgebied.”
En wat na 2100? Ook al slaagt de mens erin de opwarming van de aarde te stoppen, toch kan de zee tegen 2200 met meer dan vijf meter zijn gestegen, concludeerde het gespecialiseerde Nederlandse instituut Deltares. Het komt er dus op aan niet de andere kant op te kijken en vooral het smelten van de ijskappen op de voet te volgen. Het instituut wijst erop dat tijdig starten met grote investeringen cruciaal is. Voor kleine en flexibele maatregelen volstaat monitoren en signaleren voorlopig.
Reageren op dit artikel? Dat kan op www.kerkenleven.be