Paus wil lijst van martelaren van de 21ste eeuw

De paus heeft - net zoals paus Johannes Paulus II in het Heilige Jaar  2000 - een brief geschreven waarin hij vraagt om een lijst op te stellen van martelaren, deze keer van de 21ste eeuw. De brief van de paus, die gisteren openbaar werd gemaakt, maakt duidelijk dat ook niet-katholieken die omwille van hun geloof werden gedood een plaats kunnen krijgen op die lijst. Tijdens het Jubeljaar 2025 komt er ook een dag die speciaal aan deze nieuwe martelaren wordt toegewijd.

De commissie van experts moet hedendaagse martelaren identificeren die hun bloed hebben vergoten om Christus te belijden en van zijn boodschap te getuigen.

Voor het opstellen van de lijst van martelaren van de 20ste eeuw werd destijds een  beroep gedaan op de Nationale Bisschoppenconferenties. Paus Johannes Paulus II  (1978-2005), die meermaals herhaalde dat heiligheid voor iedereen bereikbaar is, hoopte destijds met zijn initiatief om aan de gelovigen rolmodellen voor heiligheid voor te stellen. Dat resulteerde destijds in een lijst van nieuwe martelaren, met daarop vooral slachtoffers van totalitaire regimes en dictaturen. Een beperkt aantal daarvan werd ook effectief zalig- of heiligverklaard en er kwam later nog een herdenkingsmonument voor de martelaren van de 20ste eeuw in de basiliek van San Bartolomeo op het Tibereiland. 

Deze keer heeft paus Franciscus een commissie van specialisten met deze taak belast. Daarbij wordt de term martelaarschap ruim opgevat. Zo komen niet enkel slachtoffers van de terreurgroep IS uit Syrië of Irak in aanmerking, maar bijvoorbeeld ook christenen die werden gedood bij hun inzet voor de armen. De paus verwijst naar de vroege jaren van het christendom, toen velen werden gedood omdat ze weigerden hun geloof af te zweren en beschouwd werden als een bedreiging voor de dominantie van het Romeinse Keizerrijk. Zoals ik al zo vaak heb gezegd, zijn er in onze tijd meer martelaren dan in de eerste eeuwen, bemerkt hij nog in zijn begeleidende brief. 

De paus geeft de commissie de opdracht om op zoek te gaan naar christenen die hun leven hebben gegeven en die daarmee het ultieme bewijs hebben geboden van hun naastenliefde. Daarbij krijgen zij expliciet de opdracht om ook gevallen van niet-katholieke christelijke martelaren onderzoeken. Deze martelaren zijn getuigen van de hoop, die voortkomt uit het geloof in Christus en inspireert tot ware naastenliefde. 

Bron: Kathpress.at/AP