Stel dat het goddelijke zich vandaag aandient in je leven
Het verhaal van Driekoningen in Matteüs 2, 1-12 kan je lezen als een innerlijke geschiedenis met als centrale vraag: hoe eer je het meest kwetsbare in jou als koning?
Dwazen en wijzen zien het kind eerst
De eerste vraag is: merk je het op of ga je eraan voorbij? Welk deel van jezelf zou het (h)erkennen?
Alleen dwazen en wijzen (h)erkennen de waarde en kans van kwetsbaarheid. Voor verstandigen blijft het verborgen. Je ratio kan er niet bij.
Alleen wat heel eenvoudig of heel wijs in jou is, snapt dat kwetsbaarheid iets bijzonders is dat je moet aangrijpen.
In het evangelie volgens Lucas zijn het de dwazen, ‘herders’, die eerst het kind bezoeken. De eenvoudige, dichterlijke en vrije stemmen in jou. Die je herinneren aan de zuiverheid van je kinderlijke blik.
In het evangelie volgens Matteüs zijn het de wijzen - ‘magiërs’ volgens de nieuwe vertaling - die naar het kind op zoek gaan. Wij volgen verder het spoor van Matteüs omdat het ons iets vertelt over geestelijk volwassen worden.
Wijzen volgen hun intuïtie
‘Toen Jezus geboren was in Betlehem in Judea, tijdens de regering van Herodes, kwamen er magiërs uit het Oosten in Jeruzalem aan. Ze vroegen: “Waar is de pasgeboren koning van de Joden? Wij hebben namelijk zijn ster zien opgaan en zijn gekomen om hem eer te bewijzen.”’
Soms moet vreemde inspiratie (‘uit het Oosten’) je wijzen op de waarde van je kwetsbaarheid. Dat kan letterlijk inspiratie uit een andere cultuur zijn, maar ook iemand van wie je het niet zouden verwachten die je plotseling raakt.
Wijzen wuiven zo’n betekenisvol toeval niet weg als ‘Ach, het is niets’.
Ze volgen hun intuïtie. Kleine uiterlijke tekens (‘zijn ster zien opgaan’) krijgen in één klap een grote persoonlijke betekenis en geladenheid. Belangrijk genoeg om op weg te gaan, hun vertrouwde omgeving en gewoonten te verlaten, om dat zwakke innerlijke licht te volgen. Uit verlangen dichter bij de bron ervan te komen.
Ratio en trots ontketenen een stiekeme strijd
‘Koning Herodes schrok hevig toen hij dit hoorde, en heel Jeruzalem met hem. Hij riep alle hogepriesters en schriftgeleerden van het volk samen om aan hen te vragen waar de messias geboren zou worden.’
Voor je ratio en trots (‘koning Herodes’) is het onaanvaardbaar dat het innerlijke kind op een hoger plan zou staan. Voor de maatschappij (‘Jeruzalem’) moet je sterk zijn en is het absurd dat kwetsbaarheid het voortouw zou nemen.
Wees niet verbaasd als je denken een stiekeme strijd ontketent. Met eindeloze analyses en listen zal het zijn heerschappij verdedigen. Zelfs met geweld. Het denken is bang en wil nog liever het kind in jou doden. Als het moet door alle kinderen te doden - door de kwetsbaarheid van alle mensen te ontkennen - wat Herodes in het Bijbelverhaal uiteindelijk zal doen.
Let op. Alleen voor het denken is dit een strijd op leven en dood, hij of ik. Vanuit het kind bekeken, mag het denken er gerust zijn. Zolang het nadenken is.
Het denken moet het kind volgen en niet omgekeerd. Dat is de radicale ommekeer die volwassenen moeten doormaken, willen ze komen tot geestelijk leven.
Wijzen eren het kind als koning
‘Ze gingen het huis binnen en vonden het kind met Maria, zijn moeder. Ze wierpen zich neer om het eer te bewijzen. Daarna openden ze hun kistjes met kostbaarheden en boden het kind geschenken aan: goud en wierook en mirre.’
Het is heerlijk om even te mediteren bij het schilderij van Rubens vanuit de gedachte dat alles in jou ten dienste mag staan - zich onderwerpen - aan het meest kwetsbare, naakte kind in jou: wie je meent te zijn (zie die rijke mantels!), prestaties en bezit (‘goud’), kennis en spiritualiteit (‘wierook’), gezondheid en lijden (‘mirre’).
Meer weten
- Matteüs 2, 1-12
- Peter Paul Rubens (1577-1640). Aanbidding der wijzen. Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, Brussel. Wikimedia Commons
- Koning Herodes de Grote getekend door Gerard de Jode, 1585 © Nederlands Bijbelgenootschap, DeBijbel.nl