Bénédicte overleefde een zwaar ongeval, maar ze leeft. ‘Ik voel me gezegend’ – 7 Bijbelse vragen
21 september is Internationale Dag van de Vrede. Pax Christi dekt dan de Langste Vredestafel in de abdijtuin van Parcum in Leuven. Van 21 september tot 4 oktober kun je ook een gratis digitaal bezinnend aanbod ontvangen in je mailbox om je te laten inspireren door zes vrouwen die kiezen voor vrede in moeilijke maar ook herkenbare situaties. Het aanbod werd samengesteld door Bénédicte Kusendila.
#1 Wat is je naam? (Lucas 8,30)
Bénédicte, de gezegende, zo heet ik. Op het eerste zicht lijkt het niet te kloppen: hoeveel tegenslag kan je hebben? Nadat een tram in 2013 het rode licht had genegeerd en me ver van het zebrapad had gekatapulteerd, kon de politie niet meteen een verklaring afnemen. Toen ik later naar het bureau werd gevraagd om een verklaring af te leggen, werd ik verbaasd aangestaard door de agenten: ‘Ze wilden je zien, het gebeurt zelden dat iemand zo’n ongeval kan navertellen’, zei de agent die mijn verklaring noteerde.
Ik leef met de gevolgen van het ongeval, maar ik leef. Dus ik voel me heel gezegend en gesteund van bovenaf. Zonder de levenslessen die ik kreeg of de tegenslagen die ik moest verwerken, had ik nooit de wegen bewandeld die ik nu mag gaan.
#2 Wat zie je? (Marcus 8,23)
Veel onrecht en ellende. Waarom ik meteen zo’n ‘negativiteit’ drop? Vaak denken mensen dat vredesactivisten, nog eens bezig met spiritualiteit ook, in de lucht zweven – ergens tussen eenhoorns en regenbogen – en misschien zelfs spreken met elfjes. Hoezo, onderhandelingen met agressors zoals Rusland? Hoezo, verminderen van het arsenaal aan kernwapens?
Wel, wij staan in ons werk en onze overtuiging met de voeten in de modder, met blaren op onze handen en vaak met tranen in onze ogen. Maar nu komt het mooie deel: we staan vlak bij degenen die tonen dat geweld niet wordt opgelost met nieuw geweld.
Wij vredesactivisten staan met de voeten in de modder, met blaren op onze handen en vaak met tranen in onze ogen.
Bénédicte Kusendila
Het kan anders, zo toonden niet alleen Martin Luther King, Mahatma Gandhi of Nelson Mandela. Soms heten ze Christa, Henriëtte, Kim Phuc of Svetlana. Gewone mensen zoals jij en ik die de moed vonden om op te staan en hun omgeving, onze wereld, beter te maken. Je vindt hun getuigenissen als vredesvrouw in ons nieuwe, gratis digitaal bezinnend aanbod. Gewone mensen in buitengewone omstandigheden, die ons laten zien dat we zo’n prachtige mensen zijn. Daarin schuilt een zachte kracht waartegen geen strateeg is opgewassen, we mogen dat nooit vergeten. Het is mijn wens dat de mainstream media de duurzame oplossingen van deze mensen meer laten zien.
#3 Wat zoek je? (Johannes 1,38)
Ik heb niks tegen politici en macht in se, maar politiek komt met de grootste verantwoordelijkheid en heeft daarom ook de grootste liefde nodig. Fratelli Tutti, de encycliek uit waaraan wij met de Werkgroep Spiritualiteit handen en voeten trachten te geven, is een sterk sociaal geschrift. Daarin noemt paus Franciscus politiek de grootste vorm van naastenliefde.
Veel onbegrip voor de politieke wereld komt volgens mij hieruit voort: we verwachten verantwoordelijke huisvaders en humane meesters, maar zien mensen die machtsspelletjes spelen. En in plaats van die aan de kaak te stellen, vinden sommige journalisten het voldoende ze weer te geven als een amusant schouwspel. Verantwoordelijk bestuur wordt soms achteloos weggelachen.
Verantwoordelijk bestuur wordt al te vaak achteloos weggelachen.
Iedereen die deelneemt aan onze maatschappij draagt de verantwoordelijkheid om samenleven mogelijk te maken. Dat begint, net zoals voor vrede, met een grote toewijding aan waarheid. Aan de realiteit kan je niks veranderen, als je niet vanuit feiten vertrekt. En soms begrijpen we een feitelijke realiteit niet, zoals leven in armoede. Maar het is actief zoeken naar problemen en conflicten als we ons niet willen laten bijstaan door mensen die armoede wél begrijpen. En de goede voorbeelden om eruit te raken, de experts die zicht hebben op beleid... vinden we niet te ver van ons. We moeten ze gewoon willen en kunnen zien en horen.
Als ik dan priester Daniël Alliët en de grote ploeg vrijwilligers bij House of Compassion of de collega’s bij Pax Christi aan het werk zie, dan voel ik dankbaarheid. Waar samen gevochten, gewaakt en gebeden wordt voor gelijkheid en vrede, daar ben ik graag te vinden. Ik weet niet of innerlijke vrede hieruit voortkomt of dat mijn poging om vrede te bewaren me net naar zulke mooie ontmoetingen toeleidt. Waarschijnlijk allebei.
#4 God riep de mens en vroeg hem: Waar zijt gij? (Genesis 3,9)
Mijn reis naar vredesspiritualiteit kreeg een forse doorstart op 22 maart 2016 met de aanslagen in Brussel. Ik woonde om de hoek van Vier Winden. De schok en woede was even groot in Sint-Jans-Molenbeek als elders in het land, de gevolgen werden er allicht veel meer gevoeld dan in de rest van België. Wilde verhalen over de rekrutering van jongeren voor ISIS aan scholen en op speelpleinen deden gezinnen wegtrekken, als ze het zich konden veroorloven. De buurt waar ik om 10 uur ‘s avonds nog kon joggen werd onveiliger doordat ouders hun jongeren van de vele pleintjes weghielden.
God heeft ons misschien nog meer nodig dan wij Hem.
Op een dag keerde ik terug van de muziekschool en een vrouw zat in de hoek van de metro te snikken. Of ik kon helpen? Ze vertelde dat haar zoon was opgepakt voor ondervraging in verband met de aanslagen. Wat zeg je daarop? Ik trachtte die moeder wat te troosten en toen ik moest uitstappen, omarmde ze me op een manier die ik nog steeds voel. En ze zei in het Arabisch: ‘God zegene u.’ Op dat moment schoot het door mij heen dat God ons misschien nog meer nodig heeft dan wij Hem.
#5 Wie zal Ik zenden? (Jesaja 6,8)
God heeft ons hard nodig als zijn waarden op de proef worden gesteld, in tijden als deze. Wij putten kracht uit het discours van liefde, maar liefde zoals Jezus als mens heeft getoond? Daarvoor zijn wij met al onze talenten verschrikkelijk hard nodig. Als ik Jezus noem, dan weet ik dat de lat zeer hoog ligt. Ik spring misschien net uit boven de matras onder de spreekwoordelijke lat. Om opgevangen te worden als ik struikel... Als we met zijn allen opdagen met onze eigen talenten, dan kunnen we tot een wonder komen. Het is ons al voorgedaan: in Portugal, in Duitsland, in Zuid-Afrika, toenmalig Tsjecho-Slowakije...
#6 Zou een dode weer tot leven kunnen komen? (Job 14,14)
Hiervoor laat ik graag Rik Beernaert, voorzitter van de Werkgroep Spiritualiteit, aan het woord: ‘Opstaan uit de dood is een levenswijze: bevrijd worden van cynisme, pessimisme, racisme, liefdeloosheid. De dood duid ik als een toestand waar alle menswaardigheid, in denken en handelen, verdwenen is. Dode mensen creëren dood, vernieling, haat, geweld.’
Als wonden niet verzorgd worden, kunnen ze haat en nieuwe wonden creëren. Stel je voor dat je gezin uitgemoord wordt, dan is de kans zeer groot dat er in je haat ontstaat. De vraag die ik hierbij stel, is dan: hoe gaan we om met die haat? Laten we ze almaar groter worden of luisteren we naar wat ze ons te vertellen heeft? Haat is soms de taal van diep aangedaan verdriet, van gekwetste liefde, van geschonden vertrouwen.
Opstanding uit de dood begint waar geluisterd wordt naar die ‘gekwetste liefde’. Door dit luisteren krijgt die Grote Bron van Liefde in mij/ons doorgang. Het is een helingsproces dat niet enkel bestaat uit mensenwerk. In dit proces ontkiemt vrede.
#7 Wat zal ik met Jezus doen? (Matteüs 27,22)
Allen antwoordden: ‘Aan het kruis met Hem!’ Onvergetelijke reactie. Meesterlijk gevat in krijsende akkoorden, een bijna hysterische massa in de Johannespassie van Johann Sebastian Bach. Even onvergetelijk, de reactie van Pilatus: ‘Wat heeft hij dan misdaan?’ Maar ze schreeuwden alleen maar harder: ‘Aan het kruis met Hem.’ Een kruisdood die de Romeinse geschiedenisboeken haalde. Als ik dat lees, denk ik: zijn wij als mens wel geëvolueerd, zelfs met alles wat we meer weten dan toen?
Ik herinner me Jezus’ voorbeeld, samen met mijn kinderen. Hij herinnert me eraan dat ik krachtiger word bemind dan ik me kan inbeelden. Het is een goddelijke en gedeelde ervaring met velen over geloofsgrenzen heen. Voor mij blijft Jezus degene tot wie ik mij richt als mij iets goeds of ongelooflijks overkomt, als er eten op tafel staat of als ik boos of bang ben. Niks essentieels is Hem vreemd.