Commentaar bijbellezing 16/2: ‘Mijn vader de levenskunstenaar’ - Saskia Van den Kieboom
Evangelie: Lucas 6, 17.20-26 — ‘Zalig gij die arm zijt, want aan u behoort het Rijk Gods'
In die tijd daalde Jezus samen met de twaalf de berg af. Hij bleef staan op een vlak terrein. Daar bevond zich een talrijke groep van zijn leerlingen en een grote volksmenigte uit heel het joodse land, uit Jeruzalem en uit het kustland Tyrus en Sidon. Hij sloeg nu zijn ogen op, keek zijn leerlingen aan en sprak: ‘Zalig gij die arm zijt, want aan u behoort het Rijk Gods. Zalig die nu honger lijdt, want gij zult verzadigd worden. Zalig die nu weent, want gij zult lachen. Zalig zijt gij wanneer omwille van de Mensenzoon de mensen u haten, wanneer zij u uitstoten en u beschimpen en uw naam uit de samenleving bannen als iets verfoeilijks. Als die dag komt, springt dan op van blijdschap, want groot is uw loon in de hemel. Op dezelfde manier behandelden hun voorvaders de profeten. Maar wee u, rijken, want wat u vertroost, hebt ge al ontvangen. Wee u, die nu verzadigd zijt, want ge zult honger lijden. Wee u, die nu lacht, want ge zult klagen en wenen. Wee u, wanneer alle mensen met lof over u spreken, want hun voorvaderen deden hetzelfde met de valse profeten.’
Commentaar Saskia Van den Kieboom: ‘Mijn vader de levenskunstenaar’
Deze nacht overleed mijn vader. Ik stel me voor hoe hij aanklopte aan de hemelpoort en dat Petrus hem binnenliet, terwijl Jezus hem met open armen stond op te wachten. ‘Zie je wel, het is hier echt beter!’ Een mooi beeld waarin ik heel graag wil geloven. Zalig degenen die wenen, zij zullen lachen.
De tekst wordt misschien vaak zo gelezen: we moeten het aardse tranendal doorstaan, want in het hiernamaals zal het allemaal mooi en goed zijn, komen we werkelijk thuis. Hoe waar dat ook mag zijn, de tekst gaat verder dan dat. Het gaat wel degelijk over ons en het leven op aarde, hier en nu. En ook dan kijk ik even naar mijn vader. Hij verstond absoluut de kunst van het leven: een afwisseling van vreugde en verdriet.
Het ene moment is er verdriet, het andere moment is er vreugde.
Op vrijdagmiddag kwam mijn vader vaak fluitend thuis, dan was het weekend. Hij had dan altijd volop plannen: op vrijdag boodschappen doen, op zaterdag allerhande klussen en op zondag al dan niet naar de mis, op familie- en vriendenbezoek en lekker eten. Vaak werd zo’n weekend afgesloten met het draaien van lp’s. Na een uur of acht in de avond werd hij wat stiller en trok hij zich terug. Hij maakte dan in stilte zijn boterhammen voor de volgende dag. ‘Zondagavondblues’ zei mijn moeder dan. Mijn vader ging in de vroegte op maandagochtend naar zijn werk, en steevast kwam hij op maandagavond fluitend weer thuis. Enthousiast vertelde hij over het mooie werk dat hij deed als ambachtelijk timmerman. Mijn vader vierde wat er te vieren was, maar de momenten van verdriet, de moeilijke momenten mochten er ook zijn. Het ene moment is er verdriet, het andere moment is er vreugde. Soms is er intens verlangen, dan weer is er heerlijke vervulling.
We streven er wel eens naar, een leven als een aaneenschakeling van geluksmomenten, maar er kan geen geluk zijn zonder de pijnlijke en verdrietige momenten. Jezus vraagt ons dat te respecteren. God geeft en God neemt, op dat ritme varen we mee. Er steeds tegenin gaan en het verdriet ontwijken kan misschien zorgen voor oppervlakkig geluk, maar uiteindelijk geeft het geen levensvreugde. En dat wist Jezus maar al te goed. Ja, en mijn vader ook.
Saskia Van den Kieboom is stafmedewerker gezinspastoraal en aanspreekpunt voor geloof en homoseksualiteit.