De drie favoriete gelovige zangers van Christophe Vekeman
Lees het interview 'Er was één mens zonder zonde. Voor al de rest is het ploeteren'
1. Johnny Cash (1932-2003)
‘Als countryzanger was hij niet in één vakje te vangen. In het voorwoord van zijn roman Man in White, a novel about the Apostle Paul uit 1986 zegt hij dat hij ook niet in één denominatie te plaatsen is, en dat hij zich alleen maar christen wil noemen. Ik vind Cash de beste (zeker witte) gospelzanger die ik ken, en mijn favoriete platen van hem zijn dan ook zijn gospelplaten, zoals A Believer Sings The Truth. Hij wordt nog altijd vaak — en terecht — gelinkt aan rebellie, gevangenissen, cocaïne, rock-’n-roll enzovoort, maar tegelijk zocht hij als zondaar het goede: hij leefde in de donkerte, maar streefde naar het licht. Hij meende het werkelijk heel erg met het geloof.’
(Ontdek de tweede naam onder de video.)
2. Bob Dylan (°1941)
‘Dylan maakte in 1979 en 1980 twee gospelplaten, Slow Train Coming en Saved. De albums daarna bevatten ook gospel, maar waren gevarieerder. Ook heel recent sprak hij in een interview nog over zijn godsdienstigheid en het belang van meditatie en gebed om tot rust te komen, alsook over zijn geloof in de tussenkomst van de heiligen, zijn gewoonte om in de kerk kaarsen te branden et cetera. Geloof was dus niet iets tijdelijks in zijn leven, van toen hij die gospelplaten uitbracht, maar blijft tot op vandaag sterk aanwezig op een concrete manier.’
(Ontdek de derde naam onder de video.)
3. Nick Cave (°1957)
‘Nick Cave is de zoon van een dominee die stierf toen Cave 21 was. Vanaf het begin gebruikte hij veel Bijbelse beeldspraak in zijn songs. Denk maar aan Tupelo uit 1985, waarin hij de geboorte van Elvis laat baden in een oudtestamentische sfeer van de komst van ‘de Koning’. Door de dood van twee van zijn zonen evolueerde die esthetische aanwending van religie ook bij hem tot een persoonlijk doorleefd geloof, daar waar veel mensen bij het meemaken van zo’n tragedies hun geloof net dreigen te verliezen. Over zijn geloof spreek hij in het onlangs verschenen boek Faith, Hope and Carnage, en het staat uiteraard ook centraal op een recente mini-elpee als Seven Psalms.’