God staat niet stil bij onze zonde, maar overstijgt ze met liefde
Geliefde broers en zussen, goedendag!
Het Evangelie gaat vandaag over iets dat in Jericho gebeurde toen Jezus in die stad kwam en door de menigte onthaald werd (cf. Lc 19,1-10). In Jericho woonde Zacheüs, hoofd van de tollenaars d.w.z. van de belastinginners. Zacheüs was een rijke collaborateur van de gehate Romeinse bezetters. Een uitbuiter van het volk. Ook hij wilde, uit nieuwsgierigheid, Jezus zien, maar zijn situatie van publieke zondaar liet niet toe dat hij de Meester benaderde. Bovendien was hij klein van gestalte, daarom klom hij in een wilde vijgenboom op de weg waar Jezus zou langs komen.
Zachüs in bekeringsnood
Toen Jezus bij die boom kwam sloeg Hij de ogen omhoog en zei: Zacheüs, kom vlug naar beneden; vandaag moet Ik in uw huis verblijven (v.5). We kunnen ons de verbazing van Zacheüs voorstellen! Waarom zegt Jezus: Ik moet in uw huis verblijven? Over welk moeten gaat het? We weten dat zijn hoogste plicht was het plan van de Vader met de hele mensheid uit te voeren. Dat gebeurde in Jeruzalem door zijn terdoodveroordeling zijn kruisiging en, op de derde dag, zijn verrijzenis. Dat is het verlossingsplan van de barmhartigheid van de Vader.
In dat heilsplan kadert de redding van Zacheüs, een man die door allen veracht werd en daarom in bekeringsnood verkeert.
Het Evangelie meldt inderdaad dat, toen Jezus hem riep, allen morrend opmerkten: ‘Hij is bij een zondaar zijn intrek gaan nemen’ (v. 7). Het volk ziet in Zacheüs een schurk die zich op kosten van zijn naaste heeft verrijkt. En mocht Jezus gezegd hebben: Kom naar beneden uitbuiter, verrader van het volk! We zullen het eens hebben over de afrekening van de schulden! Voorzeker zou het volk geapplaudisseerd hebben. Nu beginnen ze te morren: Jezus gaat aan huis bij een zondaar, een uitbuiter.
Nieuwe levensruimte openen
Jezus, bewogen door de barmhartigheid, zocht uitgerekend hem. En wanneer Hij het huis van Zacheüs betreedt, zegt Hij: Vandaag is er redding gekomen voor dit huis, want ook hij is een zoon van Abraham. De Mensenzoon is immers gekomen om te zoeken, en om te redden wat verloren was (vv. 9-10). De blik van Jezus ziet verder dan de zonden en de vooroordelen. Dat is het belangrijke!
Jezus ziet verder dan de zonden en de vooroordelen; Hij ziet de mens met de ogen van God, die zich niet houdt aan het voorbije kwaad, maar het toekomstige goed al ziet.
Jezus legt zich niet neer bij de geslotenheid, maar opent altijd nieuwe levensruimte. Hij houdt het niet bij de schijn, maar kijkt naar het hart. Hier heeft hij het gewonde hart van die man gezien: gekwetst door de zonde van begeerte, door zoveel slechte dingen die deze Zacheüs had gedaan. Hij kijkt naar het gekwetste hart en staat daar stil.
Het hart raken
Het gebeurt dat wij een zondaar trachten te bekeren door hem te berispen, door hem zijn vergissingen en zijn onrechtvaardig gedrag voor de voeten te werpen. De houding van Jezus tegenover Zacheüs wijst ons een andere weg: aan wie zich vergist zijn waarde tonen, die waarde welke God ondanks alles, ondanks de vergissingen, blijft zien. Dat kan een positieve verrassing uitlokken, die het hart raakt en een mens ertoe brengt het beste van zichzelf te geven.
Dat is vertrouwen schenken aan mensen die hen doet groeien en veranderen.
Zo doet God met ieder van ons: Hij staat niet stil bij onze zonde, Hij overstijgt ze met zijn liefde en doet ons heimwee krijgen naar het goede. Allen hebben we, na een vergissing, dat heimwee naar het goede ervaren. Zo handelt onze Vader God, zo handelt Jezus.
Er bestaat geen mens die niet iets goeds heeft. Dat gebruikt God om hem van het kwade te bevrijden.
Een God van verrassingen
De Maagd Maria, helpt ons het goede te zien dat in de mensen aanwezig is die we dagelijks ontmoeten, zodat allen aangemoedigd worden het beeld van God in hun hart naar boven te laten komen. Zo kunnen we genieten van de verrassingen door de barmhartigheid van God! Onze God is de God van de verrassingen!
Vertaling uit het Italiaans: Marcel De Pauw msc