Niveau drie
Het blijft behoorlijk confronterend, bijvoorbeeld als je het moet uitleggen aan kinderen in je omgeving: in ons land zitten we op dreigingsniveau drie. Dat staat voor ‘ernstig’ en het betekent dat de dreiging mogelijk en waarschijnlijk is. Zeg daar maar eens op een geloofwaardige manier over:
Maar je hoeft niet bang te zijn, hier gaat niks gebeuren, hoor!
Ouders en opvoeders willen kinderen geruststellen en dus verdoezelen we dat niveau drie een beetje. We denken er zelf ook liever niet te veel aan. Maar af en toe gebeurt er dan iets waardoor we met een schok beseffen dat het kwaad soms heel dichtbij is. Dan voelen we ons machteloos. Of boos. We worstelen met gevoelens van haat of afschuw.
Het lijkt alsof we in een oeroud epos verzeild zijn waarin een strijd op leven en dood woedt tussen de macht van het kwade en de macht van het goede.
Misschien is dat ook wel zo. Hoog tijd om ons leven niet te laten bepalen door een dreigingsniveau. Er zijn andere dingen die er voor ons meer op aankomen. Kunnen we die niet ook op niveau drie brengen?
Onze oprechte interesse in mensen van overal, bijvoorbeeld. Ons vermogen om bruggen te bouwen. Ons gevoel van samenhorigheid met iedereen die in ons land een goed leven wil uitbouwen. Ons geloof in de kracht van verzoening. Ons geduld met onszelf en met elkaar. Onze wil om telkens opnieuw kansen te bieden. Ons vaste voornemen om ons niet te laten ontmenselijken, door wie of wat dan ook.
Al die dingen horen op niveau drie: ernstig. Hier en daar mag er zelfs een niveau vier tussen zitten: zeer ernstig.
Want we laten niet spotten met wat ons heilig is.
Zolang we God in ons hart dragen, blijven we geloven in mensen. Alleen zo kan het goede uiteindelijk overwinnen.