
Veertigdagentijd: 10 vragen en antwoorden
1. Wat is de veertigdagentijd?
Historisch gezien verwijst de veertigdagentijd naar de veertig dagen vóór Pasen. Oorspronkelijk bestond de voorbereiding op Pasen uit streng vasten op de vrijdag en zaterdag vóór het feest. In de vierde eeuw werd dit uitgebreid tot veertig dagen.
2. Waarnaar verwijst het getal 40?
Jezus verbleef veertig dagen in de woestijn (zie Matteüs 4, 1-11). In de Bijbel symboliseert het getal veertig een periode van inkeer en overgang. Mozes vastte veertig dagen, Noach verbleef veertig dagen en nachten in de ark, Elia reisde veertig dagen, Ninevé kreeg veertig dagen om zich te bekeren, en het volk van Israël was veertig jaar onderweg.
3. Waarom worden de zondagen niet meegerekend?
Omdat zondag voor de christenen de dag is waarop Christus is opgestaan, is het een ongepaste dag om te vasten en te boeten. Zondagen zijn dagen van feestvieren, terwijl vrijdagen dagen van boetedoening zijn.

4. Hoe start de veertigdagentijd?
Op Aswoensdag laten katholieken zich in de kerk tekenen met een askruisje, dat herinnert aan de eindigheid van het leven. Vlak voor de viering verbrandt de priester palmtakken van de Palmzondagliturgie van een jaar eerder. De as wordt na de evangelielezing en de homilie gezegend. Dit ritueel, met het bijbehorende gebed, heeft als doel dat wij met een zuiver hart het paasmysterie kunnen vieren. Vervolgens besprenkelt de priester de as met wijwater. Gelovigen komen naar voren en de priester tekent met het mengsel een kruisje op hun voorhoofd. Daarbij zegt hij tegen ieder persoonlijk: ‘Gedenk dat gij stof zijt, en tot stof van de aarde wederkeert’ (Genesis 3, 19). Men kan ook de oproep van Jezus herhalen: ‘Bekeer u en geloof in de blijde boodschap’ (Marcus 1, 15).
5. Waarom gebruikt men as?
Het askruisje is een teken van bezinning, bekering en boete. In de middeleeuwen werd overvloedig as gestrooid over het hoofd van publieke zondaars. Het askruisje is een verkorte versie hiervan, met de erkenning dat niemand zonder zonde is. As staat ook symbool voor vergankelijkheid: het leven is kort en we mogen geen tijd verspillen om ons te verzoenen met anderen en met God. Daarnaast heeft as ook een reinigende kracht; vroeger werd er zelfs mee gewassen. De symboliek van as is dus bijzonder rijk.
6. Waarom wordt de veertigdagentijd ook vasten(-tijd) genoemd?
asten is etymologisch verwant aan ‘vasthouden’ en verwijst naar het in acht nemen van kerkelijke voorschriften. Het woord is in vorm samengevallen met ‘vasten’ als ‘onthouding van spijs en drank’. In het Engels spreekt men van Lent, het Oud-Engelse woord voor lente, het seizoen waarin deze periode valt. In bijna alle andere talen is de naam afgeleid van de Latijnse term Quadragesima, wat veertig dagen betekent, bijvoorbeeld in het Frans: Carême.

7. Wat is de zin van vasten?
Vasten als onthouding en vermindering wordt vandaag herontdekt, ook door seculiere tijdgenoten, mede door de groeiende bewustwording van de negatieve invloed van ons consumptiegedrag op gezondheid, milieu, klimaat en sociaaleconomische verhoudingen. Veel gelovigen richten zich op wat zich op dat moment aandient: minder alcohol of koffie, de fiets in plaats van de auto, ontspullen. Daarnaast gaat het ook om meer aandacht schenken, meer verdragen, en meer stilte en eenvoud. Vasten heeft een verbindende kracht.
8. Hoe vasten in de veertigdagentijd?
Vroeger werd er tijdens de veertigdagentijd geen vlees of eieren gegeten. Tegenwoordig houdt de Kerk alleen vast aan Aswoensdag en Goede Vrijdag als vastendagen, en ook alle vrijdagen van de veertigdagentijd. Vasten is echter meer dan alleen een maaltijd overslaan of geen vlees eten. Het betekent ook meer tijd maken voor gebed en stilte. Het gaat om een houding van aandacht voor God en je naaste, van soberheid en van ‘genoeg’. De voorbereiding op Pasen gebeurt immers niet alleen door te vasten. Meer dan een oefening in materiële onthechting, is de veertigdagentijd voor christenen een periode van solidariteit en spiritualiteit: delen van je overvloed, met name via Broederlijk Delen, en meer aandacht voor gebed. De lezingen in de liturgie tijdens de veertigdagentijd roepen ons op om de barmhartigheid van God te ontvangen en te volgen.
9. Wat hebben catechumenen/geloofsleerlingen met de veertigdagentijd te maken?
Toeleven naar Pasen is een toeleven naar Jezus Christus zelf. Dit is ook de weg voor geloofsleerlingen die zich voorbereiden op het doopsel. Zij maken intensief kennis met het evangelie, maar ook alle andere gelovigen gaan deze weg. Zij bereiden zich voor op de hernieuwing van hun doopbeloften met Pasen. Dit is herkenbaar in de zondagsevangelies. Ware bekering is een antwoord op wat God doet en niet ons werk om God iets terug te laten doen. Wie naar de diepte wil, moet de regie aan God overlaten.
10. Wat is het verschil tussen de veertigdagentijd en de ramadan?
Dit jaar valt de islamitische vastenmaand ramadan deels samen met de veertigdagentijd. Een vergelijking tussen deze twee vastentijden is nuttig, vooral omdat er op scholen steeds meer moslimleerlingen zijn. Moslims onthouden zich gedurende een maand overdag van voedsel, drank en seksuele activiteiten, waarbij het vooral een gemeenschapsgebeuren is. Daarnaast bestaat er een theologisch verschil: de veertigdagentijd is een periode van toeleven naar Jezus.