De Vraagbaak: Wat betekent ‘Bemin je naaste zoals jezelf’?
▷ Naar de podcast op Spotify
▷ Naar de podcast op Google Podcast
Wil je de uitzending downloaden en elders beluisteren? Klik dan bovenaan op "share" en vervolgens op het downloadpijltje (pijltje naar beneden).
Beluister ook onze andere podcasts in de reeks De Vraagbaak.
De parabel van de barmhartige Samaritaan
‘Bemin je naaste zoals jezelf’, zegt Jezus. Wanneer iemand Hem daarop vraagt wie zijn naaste is, antwoordt Hij met een verhaal. Een koopman wordt overvallen en voor dood achtergelaten. Een priester en leviet zien hem, maar lopen in een wijde boog om hem heen. Nota bene een Samaritaan (een vijand in de ogen van de Israëlieten) stopt om het slachtoffer uitgebreid te helpen. Dat verhaal is ook voor ons vandaag belangrijk. Soms herkennen we ons in de priester of leviet.
“Zo kan ik me afvragen: wanneer ben ik echt degene die zorg draagt?” (Kristl Van Cleemput)
Hoe word ik zelf een naaste?
Dat is niet altijd vanzelfsprekend. Als je als mannelijke professor een vrouwelijke studente ziet huilen bijvoorbeeld, maak je eerst enkele menselijke overwegingen voor je haar effectief aanspreekt: moet ik me hiermee moeien, wat gaan de mensen van me denken? En toch kan dit uiteindelijk een vruchtbaar gesprek worden.
Tegelijk moet je je afvragen of ingaan op een mens in nood jouw draagkracht niet te boven gaat en of je wel voldoende bekwaam bent de ander te helpen. Luisteren en eventueel doorverwijzen kunnen hier perspectief bieden. Maar ook die persoon meenemen in gebed is heilzaam.
Soms kan het ook heel moeilijk zijn met een collega samen te werken. Maar die ander ook als een kind van God zien kan helpen om er een heel geduldige weg mee te gaan.
“Het is heel gemakkelijk om je naaste te zijn voor je beste vrienden, maar het gaat ook over de mensen die ons wat minder liggen.” (Hans Geybels)
Het komt er op aan om àlle aspecten van een conflictsituatie te zien voor je gaat oordelen.
Jezelf beminnen
“Soms zitten mensen zo vast in zichzelf, dat het bijna onmogelijk wordt om voor iemand anders te zorgen.” (Kristl)
Zeker bij jongeren is dat opvallend: er komt zoveel op hen af, ze moeten zoveel keuzes maken, dat ze niet klaar zijn om voor anderen te zorgen. Anderzijds kan voor iemand anders zorgen ook betekenen dat je voor jezelf zorgt, maar dan moet je dat zelf eerst kunnen ervaren.
“La solidarité malgré moi, mais pas sans moi” (Levinas)
Deze uitspraak betekent: als ik niet voor mezelf zorg, ben ik net zomin solidair als wanneer ik niet voor een ander zorg. Er is ook het beeld van het waterbekken van Bernardus van Clairvaux: je moet eerst jezelf laten vollopen om te kunnen overstromen voor anderen. Als je jezelf onvoorwaardelijk bemind weet door God, kan dit niet alleen overstromen naar de ander, maar merkt de ander dat ook. Zo kan “Hoe gaat het met je?” als formele vraag een authentieke vraag worden. En krijg je ook een eerlijk(er) antwoord.
“Uit de liefde van God vertrekt alles.” (Hans)