Waarom godsdienstles in volle coronacrisis? En hoe?
#1 Liesbeth Last: ‘Fier op mijn school en de leerlingen’
15 maart 2020: weg fysieke leerlingen, welkom digitale toepassingen! De stortvloed aan flitsende online leertools was in het begin behoorlijk overweldigend. Gelukkig oordeelde de school dat we niet klaar waren om allemaal livelessen te geven. Ze creëerde een duidelijk kader waarin elke leerkracht én leerling naar zijn eigen mogelijkheden didactisch en pedagogisch kon bewegen.
Zelf maakte ik voor godsdienst instructiefilmpjes voor de leerlingen. Praten tegen een webcam was serieus wennen, maar zo kon ik de leerlingen op een persoonlijke manier bereiken, eens een mopje lanceren en mijn eigen stijl hanteren om leerstof aan te brengen die ze achteraf konden ‘toetsen’ in smartschool.
Meer dan op de leerstof zelf, lag de klemtoon op verbondenheid, de essentie van religie.
Ik werd vaak ontroerd door de eerlijkheid en diepgang waarmee leerlingen de opdrachten maakten. Een aantal van de voorbeelden kan je lezen in de blog Gigaschrijf.
Mijn school plande ons vak op regelmatige wijze in tijdens de preteaching periode. Het maakt me fier om te werken op een school die niet bang is om op godsdienst te blijven inzetten.
#2 Annelies Bollaert ging vrijwilligen in een ziekenhuis
Gisteren was ik voor het eerst in 3 maand op school, net als de leerlingen. Ik zag vooral blije gezichten, ook bij mezelf! Het moeilijkste van heel deze coronaperiode was het loslaten van onze gasten. Ik geef les in zware sectoren, bij lassers en schrijnwerkers aan de rand van de grootstad. Voor velen is de school een veilige haven.
Ik begrijp heel goed dat de school voorrang gaf aan de praktijklessen en niet aan godsdienst.
Ik geef les om bij die gasten te zijn, niet om aan mijn computer taken te geven… In samenspraak met de zorgcoördinatoren bezocht ik de leerlingen van mijn titularisklas thuis. Daar probeerde ik hen te bemoedigen en ook hun ouders te sensibiliseren. Daarnaast gebruikte ik mijn vrijgekomen tijd om me als vrijwilliger in te zetten in een ziekenhuis. Ik doe er nu nog altijd het onthaal, drie namiddagen in de week.
#3 Tina De Bisschop: ‘WhatsAppen met leerlingen is niet meer raar’
Op onze school beslisten we met de vakgoep om voorrang te geven aan de poolvakken en ons vak dus niet in het rooster aan bod te laten komen. Samen met andere leerkrachten volgde ik daarentegen het welbevinden van onze leerlingen op. Dit deed ik via wekelijkse babbelsessies, digitale spelletjes en zo meer. Heen en weer berichtjes sturen via Instagram, Whatsapp of (video)bellen is plotseling niet meer zo raar.
Stiekem denk ik dat ik dat directere contact wel wil behouden volgend schooljaar.
Natuurlijk vinden we levensbeschouwing wel nog belangrijk in deze periode. In onze online cursus Pastoraal, waar alle leerlingen aan deelnemen, posten we dagelijks inspirerend materiaal, een lied of foto, een mooie tekst. Ook de actualiteit kwam erin aan bod, zoals #blacklivesmatter.
Ik kijk ernaar uit om terug in de klas te zijn en met mijn leerlingen op weg te kunnen gaan, want eigenlijk vind ik dat het mooiste van mijn job.
#4 Erik Buys: ‘Heel bewust ingezet op bemoediging’
Voor de zesdejaars in het Sint-Jozefscollege in Aalst ging de godsdienstles ‘gewoon’ door. Alle vakken werden gelijk behandeld: de helft van onze uren lesgeven en tijdsbesteding voor de leerlingen.
In het begin maakte ik videolessen, waarbij ik dankbaar gebruikt maakte van de vele mogelijkheden van het internet. Uiteindelijk verkoos ik via livestream les te geven aan groepjes van 4 tot 5 leerlingen. Elke keer vroeg ik hoe het met hen ging vooraleer we dieper ingingen op de leerstof en taken. Die gesprekken werden snel heel persoonlijk en diep.
Je zag sommigen boven zichzelf uitstijgen, maar anderen leken het net op te geven.
Onze school koos om daar mild mee om te gaan. We hebben heel bewust ingezet op bemoediging. We bedankten de leerlingen uitdrukkeljik voor de moeite die ze ondanks alles deden en zetten de goede voorbeelden in de kijker.
#5 Eline Mahieu: ‘Ik miste de dynamiek van een klas’
Thema's die ik normaal gezien ook zou geven, herwerkte ik en paste ze toe op de coronacrisis. De leerlingen hadden hier wel nood aan, want zo kregen ze ook de nodige duiding bij heel veel vragen. Na de paasvakantie kon ik elke klas iedere week een kwartier liveles geven. Genoeg om wat uitleg te geven bij een opdracht, en tijd te maken voor vragen, bedenkingen en frustraties van de leerlingen. Dat bijna alle leerlingen steeds aanwezig waren, bewijst dat ze er nood aan hadden.
Toch miste ik de interactie die een echte klassituatie kan bieden. De leerlingen konden elkaar minder makkelijk verrijken met hun antwoorden. En die verrijking is nu net belangrijk om verder te groeien.
#6 Merel Lefevere maakte podcasts over Levinas
De eerste drie weken riepen we als godsdienstleerkrachten vooral op tot solidariteit. Leerlingen schreven kaartjes en brieven, versierden de brievenbus of schreven poëzie op hun ramen voor de voorbijgangers.
Na de paasvakantie ging ik dan echt digitaal aan de slag. Het sluitstuk van het 5de jaar stond nog op het programma: Emmanuel Levinas. De leerlingen werden uitgebreid ingewijd in zijn filosofie van de Ander. Elke week kregen ze twee podcasts te beluisteren. Uiteraard koppelde ik daarbij terug naar corona. Elke podcast bevatte ook enkele liedjes, zodat ze af en toe hun gedachten konden laten bezinken. Ik raadde de leerlingen daarom aan de podcasts al wandelend te beluisteren.
Ik kreeg veel positieve feedback van de leerlingen, zowel over de inhoud als over het format.
Ze vonden het zalig om even niet aan de computer te zitten en toch iets bij te leren.
#7 Carlo Heulens: ‘Ontroerende en verbindende activiteiten’
Op het Sint-Ritacollege in Kontich gingen de lessen godsdienst verder via het afstandsonderwijs. Aangezien de leerlingen vanaf het vierde jaar al werken met een eigen laptop in de klas, was de overgang voor hen zeer haalbaar. Wekelijkse taken werden zeer goed ingestuurd. Ze waren vooral gericht op de verwerking van de leerstof.
De pastorale werking op school lag helaas zo goed als stil: ons dagelijks theehuis tijdens de middagpauze, onze Oxfam Wereldwinkel, de middaginterviews.
De leerlingen van het derde jaar werkten wel aan een lange lijst initiatieven, soms zeer ontroerende en verbindende activiteiten. Zodra contactonderwijs weer mogelijk werd, stopte het afstandsonderwijs voor godsdienst. Richtingbepalende vakken kregen nu voorrang. De leerkrachten godsdienst proberen zich nu nuttig te maken door taken op te nemen tijdens de speeltijden en dan met zoveel mogelijk leerlingen te babbelen.
#8 Sabrina Stragier: ‘Leerstof en leef-stof’
In ’t Saam Campus Cardijn heb je de harde sectoren zoals hout en metaal, maar ook de zachte sectoren zoals verzorging en kantoor. De voorbije maanden zette ik in op leerstof én leef-stof, met aandacht voor de kwetsbaarheid van de leerlingen, maar vooral ook voor de kansen van deze bijzondere lessituatie.
Bij alles wat ik aanbood, stond het welbevinden van de leerling en zijn levensbeschouwelijke groei centraal.
Na de Paasvakantie koppelde ik het lijdensverhaal van Jezus aan hun ervaring. Dan ging het over spanningen thuis, over zieke grootouders die ze niet konden bezoeken, het gemis van vrienden en liefjes, de onzekerheid over hun studies of vakantiereis, gedachten aan zelfdoding. In team met de mensen van leefzorg op onze school, de klastitularissen en de directie probeerde ik hen steeds iets te geven om naar uit te kijken.
Godzijdank waren er in elke klas ook vele sterkhouders, die samen op zoek gingen naar wat hen als klas kon verbinden en vooruit kon helpen. Leerlingen van 16, 17, 18 en 19 jaar die zorgden voor een enorme gedragenheid en verbondenheid. Zo maakten ze filmpjes over hoe ze stilaan terug ‘verrezen’ het leven instappen.
De lockdown was voor velen een periode waarin ze zichzelf beter leerden kennen en ontdekten wat echt belangrijk is in het leven.
Zonder het te weten spraken ze over de kleine goedheid in het leven van elke dag. Als leraar godsdienst ben ik de school en de directie dankbaar dat ze ons vak naar waarde weten te schatten, en dat niet alleen in tijden van corona.
#9 Elke Verhelst: ‘Leren wat het is om weerbaar én kwetsbaar te zijn’
Mijn school koos er meteen voor om godsdienst uit het programma te halen, omdat we de druk op leerlingen zo klein mogelijk wilde houden in die eerste periode. Als titlarus van een derde jaar in sociaal technische weet ik hoe moeilijk mijn kleine monstertjes het hebben. Maar het is wel jammer, want ik geloof dat ze net nu meer nood hebben aan een plaats om zichzelf te zijn, tot rust te komen, samen na te denken en emoties te delen, inspiratie te vinden... Kortom, ons vak godsdienst.
Ik heb heel wat bijgeleerd de voorbije maanden, in de eerste plaats hoe straf onze leerlingen zijn (én ons team!). Tegelijk merk ik hoe kwetsbaar onze leerlingen zijn als ze op zichzelf zijn aangewezen. Hoe belangrijk het is om een warme thuis te hebben, ouders die je steunen en kunnen helpen.
Mijn rol was in deze periode heel erg beperkt, en ik had het daar erg moeilijk mee.
Terwijl mijn collega's zich te pletter werkten met het herschrijven van materiaal om het online verwerkbaar te maken en het combineren (zeg maar jongleren) van live-sessies, verbeterwerk en contactmomenten op school, moest ik af en toe eens lokalen coronaproof maken, wegwijzers aanbrengen, leerlingen op school begeleiden. Mijn hoofdtaak is op dit moment contact te houden met mijn leerlingen. Sommigen hebben duidelijk nood aan een babbel, maar wachten tot ik hen aanspreek. Anderen hebben nood aan een aanmoediging, of een klankbord om eens tegen uit te razen.
Al bij al ben ik vooral heel dankbaar voor al mijn privileges, die in deze periode nog veel sterker geaccentueerd werden. En dat ik die op mijn beurt kan gebruiken om anderen te helpen, ook al is het maar beperkt. Maar vooral voor mijn leerlingen, waar ik elke dag nog van leer wat het is om écht weerbaar en kwetsbaar te zijn.
#10 Tommy Batjoens: ‘Solidariteit bevordert welbevinden’
Naast livesessies voor godsdienst konden de leerlingen in het 1ste jaar ook vrijblijvend meedoen aan een 'solidariteitsactie'. Bedoeling was dat ze een goede daad deden en een foto van plaatsten op SmartSchool. Zo wilden we ze constructief bezighouden. Anderen helpen heeft een positieve impact op het welbevinden. Daarnaast werd ik ook ingezet voor toezichten sinds de heropstart.
#11 Lesley Heylens: ‘Luisterend oor’
Vanaf het begin van de lockdown zette ik samen met vakcollega's sterk in op het welbevinden van de leerlingen. We wilden een klankbord zijn voor hen. Na de paasvakantie werd ons gevraagd weer les te geven. Zo heb ik heel wat livesessies gegeven over de leerstof die op het programma stond, enigszins aangepast aan de situatie. Ook dan bleven we een luisterend oor bieden. Op dit moment is de situatie weer anders. We zien de leerlingen op terugkomdagen, maar ik blijf beschikbaar om gesprekken te voeren.
Deze periode was zeer intens. Ik vond het hartverwarmend dat de godsdienstleerkracht bij ons op school in dit verhaal een plaats kreeg, dat religie een plaats kreeg.