Wie waren ze eigenlijk, die beruchte ijsheiligen?
Ze zijn de schrik van elke ongeduldige tuinier: de ‘ijsheiligen’. Ze markeren de periode van 11 tot 14 mei, in de volksmond (en grotendeels ook volgens de weerkunde) de laatste dagen waarop nachtvorst mogelijk is en jonge plantjes dus best nog niet buiten overnachten.
In sommige landen zijn de ijsheiligen met drie, soms zelfs met vijf, bij ons zijn ze doorgaans met vier. Maak kennis met:
Mamertus (11 mei)
Mamertus was in de 5de eeuw bisschop van Vienne (Frankrijk). Hij staat te boek als een eigenreide, maar gewaardeerde bisschop. Hij voerde de kruisdagen in: drie boetedagen in aanloop naar Hemelvaart.
Met gebeden en processies hoopte men gespaard te blijven van noodweer, hongersnood, ziektes en ander onheil.
Drie dagen na elkaar ging een processie uit om zoveel mogelijk akkers te kunnen zegenen.
Mamertus overleed op 11 mei 477. Hij wordt ook aanroepen voor ziektes aan de ingewanden. Daarom wordt hij vaak voorgesteld als bisschop met een streng opgerolde darmen in de handen.
Pancratius (12 mei)
Pancratius werd geboren in het westen van het huidige Turkije rond het jaar 290. Hij werd al snel wees; zijn oom adopteerde hem. Samen reisden ze naar Rome toen Pancratius 13 was. Ze kwamen er onder de indruk van het christelijk geloof en lieten zich dopen.
In Rome kende de christenvervolging echter een hoogtepunt. Keizer Diocletianus gaf christenen de schuld van de economische crisis, omdat zij weigerden te offeren aan de Romeinse goden. Toen Pancratius en zijn oom werden opgepakt, weigerden ze hun geloof af te zweren.
Pancratius werd op zijn 14de onthoofd en begraven in catacomben naast de Via Aurelia.
Boven zijn graf verrees rond 500 de basiliek San Pancrazio fuori le mura (‘buiten de muren’).
Servatius van Maastricht (13 mei)
Servatius (Servaas) van Maastricht was in de 4de eeuw de eerste bisschop van Tongeren, en daarmee van de Nederlanden. Hij maakte een pelgrimsreis naar Rome en stierf rond 384 in Maastricht, zijn nieuwe bisschoppelijke zetel.
Over zijn leven of activiteiten is zeer weinig bekend. In de zogenaamde Vitae uit de 8ste en 9de eeuw werd zijn levensverhaal daarom aangedikt, zoals het feit dat hij een verre nakomeling was van Johannes de Doper. Zijn leven was het onderwerp van het Middelnederlandse gedicht Van Sinte-Servaes (12de eeuw).
Onder de Sint-Servaasbasiliek in Maastricht bevindt zich zijn grafcrypte.
Bonifatius van Tarsus (14 mei)
Bonifatius van Tarsus was een welstellende Romeinse burger die in 307 de marteldood stierf tijdens de christenvervolging (zie ook bij Pancratius).
Bonifatius leidde lange tijd een leven dat draaide om wereldse geneugten, maar kwam tot inkeer door zijn maîtresse, Aglaida. Zij stuurde hem met enkele knechten naar Tarsus (nu in Turkije) met de opdracht relieken van martelaren terug te brengen. De knechten keerden uiteindelijk terug met het stoffelijk overschot van Bonifatius zelf: hij was de marteldood gestorven nadat hij, onder de indruk van andere martelaren, zich openlijk tot het christendom had bekeerd.
Na Bonifatius’ dood ging Aglaida in het klooster en liet ze te zijner ere een kapel bouwen op de Aventijnse heuvel aan de Via Latina.
Daar staat nog altijd de kerk van San Bonifacio en San Alessio.
Bonifatius van Tarsus verdween na het Tweede Vaticaans Concilie van de officiële heiligenkalender en is dus officieel geen ‘ijsheilige’ meer.
En Sophia?
In sommige streken wordt ook een vijfde ijsheilige vermeld: Sophia van Rome. Zij zou, net als Pancratius, in 304 zijn gedood omdat ze haar christelijk geloof niet wou afzweren. In Duitsland spreekt men op 15 mei van ‘Sophiendag’, de dag van ‘kalte Sophie’.