Wonder in Kana is eerste teken van barmhartigheid
Geliefde broers en zussen, goedendag!
Vooraleer de catechese aan te vatten, zou ik een groep echtparen willen groeten die hun gouden huwelijksjubileum vieren. Dat is de echte goede wijn van het gezin! Uw getuigenis is er een dat de jonggehuwden – die ik later zal groeten – en de jongeren moeten leren. Het is een mooi getuigenis. Dank voor uw getuigenis. Nadat we enkele parabels over barmhartigheid besproken hebben, staan we vandaag stil bij het eerste van de wonderen van Jezus, die de evangelist Johannes tekenen noemt, omdat Jezus ze niet deed om verwondering op te wekken, maar om de liefde van de Vader te openbaren. Het eerste van deze wondertekenen wordt door Johannes verteld (2,1-11) en gebeurt te Kana in Galilea. Het is een soort toegangspoort waarin woorden en uitdrukkingen gebeiteld staan die het hele mysterie van Christus belichten en het hart van de leerlingen openen voor het geloof. Laten we er enkele bekijken.
Een Nieuw Verbond van Liefde
In de inleiding staat de uitdrukking Jezus met zijn leerlingen (v. 2). Zij die door Jezus geroepen werden om Hem te volgen, heeft Hij met zich verbonden tot een gemeenschap. Hier worden ze allen, als één gezin, op de bruiloft genodigd. Door zijn openbare leven te beginnen op de bruiloft in Kana openbaart Jezus zich als de, door de profeten aangekondigde, bruidegom van het volk van God, en openbaart ons de diepte van de relatie die ons met Hem verbindt: het is een Nieuw Verbond van Liefde.
Wat is de grondslag van ons geloof? Een gebaar van barmhartigheid waarmee Jezus ons aan Hem gebonden heeft. Het christelijke leven is het antwoord op die liefde, het is als het verhaal van twee geliefden.
God en mens ontmoeten elkaar, zoeken elkaar, vinden elkaar, vieren elkaar en beminnen elkaar: precies zoals de geliefden in het Hooglied. Al de rest is het gevolg van deze relatie. De Kerk is het gezin van Jezus waarin Hij zijn liefde uitstort; dat is de liefde die de Kerk behoedt en aan allen wil meedelen.
Jezus verandert de Wet van Mozes in Evangelie, drager van de vreugde
In de context van het Verbond verstaat men ook de opmerking van Onze-Lieve-Vrouw: Ze hebben geen wijn meer (v. 3). Hoe zou het mogelijk zijn bruiloft te vieren en feest te houden als het belangrijkste ontbreekt, wat de profeten het typische element van het messiaanse feestmaal noemden (cf. Am 9,13-14; Jl 2,24; Js 25,6)?
Water is noodzakelijk om te leven, de wijn geeft uitdrukking aan de overvloed van het feestmaal en aan de vreugde van het feest.
Hier is het een bruiloftsfeest waar de wijn ontbreekt; de jonggehuwden schamen zich hierover. Stel je voor, een bruiloftsfeest afsluiten met het drinken van thee; dat zou een schande zijn. Wijn is nodig om te vieren. Door het water in de kruiken die daar volgens het reinigingsgebruik der Joden (v. 6) stonden, te veranderen in wijn geeft Jezus een sprekend teken: Hij verandert de Wet van Mozes in Evangelie, drager van de vreugde. Zoals Johannes elders zegt: Werd de Wet door Mozes gegeven, de genade en de waarheid kwamen door Jezus Christus (1,17).
Doet maar wat Hij u zeggen zal
De woorden van Maria tot de bedienden bekronen het bruiloftskader in Kana: Doet maar wat Hij u zeggen zal (v. 5). Eigenaardig: dit zijn haar laatste woorden die door de Evangelies worden doorgegeven: ze zijn haar nalatenschap aan ons allen. Ook vandaag zegt Onze-Lieve-Vrouw tot ieder van ons: Al wat Hij u zeggen zal – wat Jezus u zeggen zal – doet dat maar. Dat is de erfenis die zij ons heeft nagelaten: zo mooi! Het gaat om een uitdrukking die de herinnering oproept aan de geloofsformule door het volk Israël gebruikt bij de Sinaï als antwoord op de beloften van het Verbond: Alles wat de Heer zegt, zullen wij volbrengen (Ex 19,8). En inderdaad, in Kana gehoorzamen de bedienden aan Jezus. Jezus zei hun: ’Doet de kruiken vol water’. Ze vulden ze tot bovenaan toe. Daarop zei Hij hun: ‘Schept er nu wat uit en brengt het aan de tafelmeester. Dat deden ze (vv. 7-8). In deze bruiloft wordt echt een Nieuw Verbond gesloten en aan dienaren van de Heer, dat wil zeggen aan heel de Kerk, wordt de nieuwe zending toevertrouwd: Doet maar wat Hij u zeggen zal!.
De Heer dienen betekent luisteren en zijn Woord in praktijk brengen. Dat is de eenvoudige, maar wezenlijke aanbeveling van de Moeder van Jezus en het is het levensprogramma van de christen.
Voor ieder van ons betekent van de kruik drinken, zich toevertrouwen aan het Woord van God om zijn werkdadigheid in het leven te ervaren. Daarom kunnen ook wij, samen met de tafelmeester die geproefd heeft van het water dat in wijn was veranderd, uitroepen: U hebt de goede wijn tot nu toe bewaard (v. 10). Inderdaad, de Heer blijft die goede wijn tot onze redding bewaren, doordat het blijft opborrelen uit de doorboorde zijde van de Heer.
In Kana wordt het geloof van de Kerk geboren
Het besluit van het verhaal klinkt als een oordeel: Zo maakte Jezus te Kana in Galilea een begin met de tekenen en openbaarde zijn heerlijkheid. En zijn leerlingen geloofden in Hem (v.11).De bruiloft van Kana is veel meer dan het eenvoudige verhaal van het eerst wonder van Jezus. Als een schrijn bewaart ze het geheim van zijn persoon en het doel van zijn komst: de verwachte Bruidegom begint met de bruiloft die zal voltooid worden in het Paasmysterie.
In deze bruiloft bindt Jezus zijn leerlingen aan Zich met een nieuw en definitief Verbond.
In Kana worden de leerlingen van Jezus zijn gezin en in Kana wordt het geloof van de Kerk geboren. Op die bruiloft zijn we allen genodigd, want de nieuwe wijn zal niet meer ontbreken!
Vertaling uit het Italiaans: Marcel De Pauw msc