Myriam Wijlens: ‘Wacht niet op het initiatief van iemand anders’
Paus Franciscus kondigde een synode af, waarbij voor het eerst in de geschiedenis de brede basis van de kerk wordt betrokken. Elk bisdom ter wereld kreeg de opdracht het oor te luisteren te leggen bij gelovigen, mensen van wie de stem weinig gehoord wordt én betrokken buitenstaanders. Alles met de bedoeling om te leren van fouten uit het verleden en de inbreng van leken eindelijk ernstig te nemen, van advies tot besluitvorming en uitvoer van taken.
> Ontdek de themapagina Synodale Kerk.
Eén van de grote vrouwen achter dit project is de Nederlandse kerkjuriste Myriam Wijlens (59), als professor verbonden aan de universiteit van Erfurt (Duitsland). In haar overvolle agenda maakte ze graag tijd voor een gesprek met Kerknet.
Is het uur van de vrouw in de kerk aangebroken?
Myriam Wijlens • Als mensen me vragen wat de synode straks zal betekenen voor de rol van de vrouw in de kerk, denk ik terug aan de persconferentie bij de voorstelling van het voorbereidend document. Twee van de vijf mensen op het podium waren vrouwen: zuster Nathalie Becquart (ondersecretaris van de bisschoppensynode) en ikzelf.
Wat we vertellen over leken in de kerk, wordt in de werkgroep van de synode al in de praktijk gebracht. Ik hoop dat vrouwen dat willen zien.
Kijk hoe we nu al meeschrijven aan de documenten en meedenken over de stappen die gezet moeten worden. In de werkgroepen die het Secretariaat van de Synode adviseren, zitten vrouwen van verschillende continenten, van oma’s tot alleenstaanden, experts in organisatiemanagement, communicatie, religieuzen en leken. Ik ben dus hoopvol gestemd en roep vrouwen in België en Nederland graag op hun stem te laten horen in de lokale gespreksgroepen.
Wat maakt dit synodaal proces echt anders dan eerdere synodes?
In het midden van de jaren 80 bestudeerde ik de besluiten van het Tweede Vaticaans Concilie en wat er nodig was om die te vertalen naar de realiteit. Een tegenstrijdigheid moest worden weggewerkt.
Het concilie stelde dat de Heilige Geest werkt in elke gelovige, maar tegelijk was er geen structuur om het Volk van God te betrekken in de besluitvorming.
Aan bisschoppensynodes nemen tot nu toe ook bisschoppen deel aan wie geen eigen plaatselijke kerk is toevertrouwd, bijvoorbeeld omdat ze hulpbisschop zijn of gepensioneerd. Maar ook diocesane bisschoppen gaven niet noodzakelijk getuigenis af van de mensen in hun bisdom. Deze keer wordt duidelijk gezegd:
‘We willen niet horen wat u zelf denkt of wat u denkt dat Rome wil horen. We willen weten wat úw mensen beweegt.’
Een bisschop spreekt voortaan dus als getuige van de gemeenschap die hem is toevertrouwd. Daarom moet hij ook weten wat er omgaat in ‘zijn’ mensen en moet hij dus gespreksgroepen stimuleren en hun besluiten vernemen.
Hoe kan dit verankerd worden in het kerkelijk recht?
Canonisten zijn dit volop aan het onderzoeken. Maar het synodale proces is natuurlijk niet enkel een kwestie van recht. Je kan zeggen: een bisschop moet geregeld afspreken met zijn priesterraad of pastorale raad over belangrijke zaken. Maar wat betekent dan ‘geregeld’? Wat zijn ‘belangrijke zaken’? Wie bepaalt de agenda?
Veel hangt af van de innerlijke attitude.
Wie komt het initiatief toe om synodale gesprekken op te starten?
Vroeger moest je als vrouw wachten op het initiatief van de man om te dansen. In de parochie wachtte je op het initiatief van de pastoor. Op de synodale weg is er geen enkele reden om aan te nemen dat je moet wachten op leiding van de priester. Daarom gebruik ik graag het beeld van de tango: It takes two to tango.
Onder elkaar praten, kan iedereen. 3 gezinnen, bijvoorbeeld, kunnen initiatief nemen om samen over de gemeenschap, participatie en zending in de kerk te spreken. Als je weet dat bepaalde jongeren moeite hebben om hun stem te laten horen, spreek ze aan.
De bedoeling is juist om met mensen in contact te komen die aan die structuren niet of niet meer deelnemen.
Na zo’n gesprek kan je de besluiten van je gespreksgroep meedelen aan wie hiervoor in bisdom is aangesteld. Maak er geen zwaarwichtig document van. Het gaat er vooral om op een andere manier kerk te vormen en besluiten te nemen.
Tekst gaat verder onder de foto.
Waarom legt het voorbereidend document de nadruk op de inbreng van jongeren en vrouwen?
Naast jongeren en vrouwen noemen we in het algemeen ‘alle groepen die te weinig gehoord worden’. Daarbij kan je denken aan LGBT, maar ook aan gevangenen (de bisschop van Westminster voerde synodale gesprekken in de gevangenis van Londen!), slachtoffers van seksueel misbruik, migranten, noem maar op.
Die groepen vind je ook terug onder jongeren en vrouwen, dus was het niet nodig om ze allemaal uitdrukkelijk te noemen. Dat is net het werk van de gespreksgroepen overal ter wereld.
In 2018 was u al gevraagd door paus Franciscus in de Commissie ter Bescherming van Minderjarigen. Ziet u een link met de synode?
Het drama van seksueel misbruik in de kerk was een van de aanleidingen om de beslissingsprocessen in de kerk grondig onder de loep te nemen. Als professor leid ik in die commissie momenteel een onderzoek over transparantie en het afleggen van verantwoording in de synodale kerk: niet meer alleen naar de top toe (de paus, God), maar ook naar de basis.
Dat geldt niet alleen voor de aanpak van seksueel misbruik, maar evenzeer voor de financiën van een bisdom, om maar iets te noemen. Wie beslist er in een bisdom over grote uitgaven? Op basis van welke argumenten en hoe wordt het uitgelegd aan de gemeenschap?
Van welke andere groepen hoopt u dat ze hun inbreng zullen doen in de synode?
Ik denk daarbij graag aan de werken van barmhartigheid en de groepen die daar genoemd worden: zieken, eenzamen, gevangenen, armen, drugsverslaafden, daklozen. Hoe kunnen wij hen meenemen in onze overwegingen?
De meer kerk-organisatorische vragen uit het voorbereidend document zullen hen misschien niet zozeer interesseren. Wel de vragen naar de persoonlijke geloofsbeleving: waar en wanneer voelde ik mij gehoord? Wat betekende voor mij het luisterend oor van deze of gene in de kerk? Hoe ben ik zelf in dialoog met God?
Beginnen is altijd het moeilijkste. Kan u ons enkele tips geven?
Ik zou zeggen: begin gewoon. Ben je klaar om te lopen, loop dan. Laat je niet ophouden, de anderen zullen wel volgen. Wereldwijd zien we dat er bij gelovigen veel enthousiasme is, net als bij bisschoppen, maar we horen dat priesters aarzelen. Ook daar zullen we naar moeten luisteren. Is het koudwatervrees? Vragen ze zich af wat precies hun rol in de gemeenschap is?
We willen iedereen meenemen in het proces, zelfs wie ertegen gekant is.
De vraag is dan hoe kunnen we hen kunnen stimuleren om die gevoelens en gedachten uit te spreken. Er zijn ook vrouwen die niet spreken omdat ze een zoveelste teleurstelling vrezen. Net zoals slachtoffers van seksueel misbruik, die stellen: We zijn al een keer niet gehoord.
In ieder geval loopt de synodale weg door, ook na de synode.
De synode werd geopend in oktober 2021. Hoe verloopt ze momenteel?
Vooral in Zuid-Amerika, Afrika en Azië beweegt er veel, merken we. Europa lijkt wat terughoudender, het zal nog moeten blijken waarom. Is het angst voor verandering? Ongeloof dat er iets kán veranderen? Of is het omdat men denkt al verder te staan in het overleg met leken en wacht men liever af? Wat er ook van zij, we willen het graag weten.
Er komen ook wel wat reacties van religieuzen. Zo lanceerden de jezuïeten in Canada een platform waarop je kan synodale gespreksgroepen kan registreren of eraan deelnemen, online of fysiek. Als jouw parochie niets organiseert, of je hebt geen band met een parochie, dan kan je wel bij hen terecht. In Nederland nam de conferentie van religieuzen (KNR) dan weer het initiatief om in hun gemeenschappen, en met hen die via het apostolaat met hen verbonden zijn, alvast gesprekken te organiseren.
Ik ben heel vaak in gesprek met mensen om de bedoeling goed uit te leggen en hen erin mee te nemen.
U bent al vele jaren betrokken bij oecumenisch overleg in de Wereldraad van Kerken. En ook deze expertise komt van pas in het synodaal proces.
De oecumene is inderdaad een belangrijk aspect van het synodaal proces. We kunnen veel leren als we naar onze uitdagingen kijken door de bril en in de taal van andere kerken. Waar zien we dan overeenkomsten en verschillen?
Er zit een heel spiritueel proces onder de synode, namelijk van samen te luisteren naar het Woord van God.
Ik herinner me de dag voor de opening van de synode als gisteren. De paus kwam binnen, maar vóór hij sprak hebben we naar het Woord van God geluisterd. We hoorden een bezinning van een priester uit Burkina Faso en een vrouw uit Spanje en dat alles nog voor de paus één woord had gesproken.
Dat was zo’n belangrijk signaal: we beginnen met luisteren naar het Woord en doen dit als gelijken.
Welke vruchten hoopt u met de synode te plukken?
Ik hoop op een nieuw elan voor de kerk. Ik geloof dat Europa en Noord-Amerika, murw geslagen door schandalen van misbruik, opnieuw een vitaliteit opbouwen.
Ik hoop dat we met zijn allen minder aan kerkstructuren hangen en meer aan het christen-zijn.
Ik hoop dat de synode elke gedoopte zal helpen om de betekenis van het doopsel dieper te ontdekken en het werken van de Heilige Geest te ervaren. Iedereen is geroepen om deel te nemen aan de kerk. Daartoe moeten we nu de juiste voorwaarden scheppen.