14-jarige Pakistaanse moet terug naar haar ontvoerder

Het proces voor de terugkeer van het ontvoerde 14-jarige meisje Maira Shahbaz naar haar familie was een symboolproces voor de rechtspraak in Pakistan.
01/09/2020 - 12:22
Maira Shahbaz uit Faisalabad
Maira Shahbaz uit Faisalabad © Kerk in Nood

Er is wereldwijd heel wat onbegrip en verontwaardiging over de uitspraak van het Hooggerechtshof in Lahore, dat vorige week oordeelde dat de 14-jarige ontvoerde Pakistaanse tiener en christen Maira Shahbaz moet terugkeren naar de man die haar samen met twee kompanen met geweld heeft ontvoerd. 

Ieder jaar worden in Pakistan duizend christelijke en hindoeïstische vrouwen en meisjes ontvoerd en onder dwang uitgehuwelijkt.

Mohamad Nakash, een invloedrijk moslim, ontvoerde op 28 april de toen 14-jarige Maira met de hulp van twee handlangers in de stad Madina, nabij Faisalabad. Volgens ooggetuigen bedreigden zij haar met een geweer, dwongen haar om in hun wagen plaats te nemen en schoten bij hun vlucht verschillende keren in de lucht. Daarna werd het meisje gedwongen om met haar ontvoerder te huwen en zich te bekeren tot de islam. De moeder van het meisje legde zich daarbij echter niet neer en startte een proces, opdat zij veilig naar haar familie zou terugkeren.

De uitspraak in dit symboolproces betekent een sterke stap terug op het vlak van de mensenrechten.

Christenen, die in Pakistan sociaal worden achtergesteld en erg gediscrimineerd worden, vertegenwoordigen nauwelijks 2 procent van de bevolking. De gevolgen van de uitspraak zijn dramatisch omdat dit vonnis zo goed als een juridische rechtvaardiging betekent van de bestaande praktijk van gedwongen huwelijken en bekeringen onder dwang tot de islam. Het vonnis zorgt er tegelijk voor dat de angst onder de al zwaar beproefde christelijke minderheid nog groter wordt.

Christenen moeten voortaan beseffen dat zij niet hoeven te rekenen op de steun van een vooringenomen en falende Pakistaanse justitie. CSW

Eerder had een plaatselijke rechtbank erkend dat de documenten die de meerderjarigheid van het meisje moesten bewijzen, vervalst waren. De rechter bepaalde ook dat zij in een opvangcentrum voor vrouwen zou worden geplaatst. Maar het Hooggerechtshof maakte die uitspraak ongedaan en oordeelde dat zij zelf haar familie had verlaten en zich vrijwillig tot de islam heeft bekeerd. Als klap op de vuurpijl gaf de rechtbank het minderjarige slachtoffer, dat zich volgens ooggetuigen nauwelijks durfde te verdedigen uit angst voor mogelijke represailles voor haar familie en na de uitspraak in tranen uitbarstte, nog de aanbeveling om zich als een voorbeeldige echtgenote te gedragen … De mensenrechtenactivist en vriend van Maira's familie, Lala Robin Daniel, vatte de uitspraak bondig samen: Met dit oordeel is geen enkel christelijk meisje in Pakistan veilig.

Bron: Kerk in Nood/Christian Solidarity Worldwide