20 Spaanse martelaars zalig
Paus Franciscus ondertekende een decreet met de erkenning van een wonder dat wordt toegeschreven aan de voorspraak van de zalige Maria Antonia de San José, een zuster uit zijn vaderland Argentinië. De zalige Maria Antonia van Sint-Jozef (geboren als Antonia de Paz y Figueroa) leefde tussen 1730 en 1799. Zij werd zalig verklaard op 27 augustus 2016.
De religieuze stichtte onder meer een retraitehuis in Buenos Aires. Na een verbod van de jezuïeten in Argentinië trok zij van stad tot stad om in de arme streken in het noordoosten van het land de Geestelijke Oefeningen van de H. Ignatius te promoten. Daarmee wist zij in een periode van nauwelijks 8 jaar ruim 70.000 mensen te bereiken. Volgens de congregatie heeft zij een leven geleefd ‘ten dienste van de anderen’. Zij legde ook de basis voor het Instituut van de Dochters van de Goddelijke Verlosser, om haar zending voort te zetten. Zij overleed op 7 maart 1799.
Martelaars van Sevilla
Op 18 november worden in de kathedraal van Sevilla 20 martelaars van de Spaanse burgeroorlog door de prefect van het Dicasterie voor de Heiligverklaringen, kardinaal Marcello Semeraro, zalig verklaard. Daaronder tien priesters, een seminarist en negen leken. Ze werden allen in 1936 uit haat voor het geloof vermoord. De priesters zijn Manuel González-Serna, Francisco de Asís Arias, Miguel Borrero, Mariano Caballero, Pedro Carballo, Juan María Coca, Antonio Jesús Díaz, Rafael Machuca, Salvador Lobato Pérez en José Vigil. De enige vrouwelijke leek is een huisvrouw, die ook actief was in de plaatselijke parochie.
Volgens de aartsbisschop van Sevilla wordt het aantal martelaars van de Spaanse burgeroorlog op ruim 10.000 geschat. ‘Daarvan is er slechts een fractie effectief zalig verklaard.’
Bron: NCR/Avvenire