Assisenproces Guatemala: levenslang voor moord op 3 scheutisten

Jury op assisenproces voor moord op 3 scheutisten oordeelde schuldig op 19 van de 24 feiten. Voor de moord op Serge Berten werden ze vrijgesproken.
14/12/2023 - 21:29
Families van Walter Voordeckers, Serge Berten en Ward Capiau zijn verheugd over de uitslag van het assisenproces. De beschuldigden kregen levenslang.
Families van Walter Voordeckers, Serge Berten en Ward Capiau zijn verheugd over de uitslag van het assisenproces. De beschuldigden kregen levenslang. © Guatebelga

Op maandag 4 december begon een uniek assisenproces in ons land. In het kader van de genocidewet stonden vijf leiders van de militaire junta in Guatemala in de jaren ‘80 terecht voor de moord op drie scheutisten: Walter Voordeckers, Serge Berten en Ward Capiau.

Het proces duurde negen dagen. Behalve de burgerlijke partijen, getuigen uit Guatemala en België die de missionarissen van dichtbij hadden gekend, kwamen ook experts aan het woord die de jury hielpen om de politieke en sociale toestand in het Latijns-Amerikaanse land onder de toenmalige extreme repressie goed te begrijpen.

Vanochtend kreeg de jury 24 vragen voorgeschoteld, telkens uitgewerkt voor de aparte verantwoordelijkheid van elk van de vijf beschuldigden en voor elk van de drie slachtoffers. Elke vraag besloeg daardoor een hele bladzijde. De jury kreeg ter beraadslaging ook het 14.000 pagina's tellende dossier van de zaak mee. Geen eenvoudige opdracht dus, die vele uren tijd in beslag neemt.

Rond 19 uur werd de uitslag voorgelezen. Op 19 van de 24 vragen klonk het antwoord 'schuldig'. De vijf regerings- en legerleiders werden wel vrijgesproken voor de moord op Serge Berten. Carlos Colson, neef van Walter Voordeckers, legt uit: 'Ze zijn wel schuldig bevonden voor zijn ontvoering, maar omdat zijn lichaam nooit werd teruggevonden, kan niet met zekerheid worden vastgesteld dat ze ook zijn moord op hun geweten hebben. Vandaar de vrijspraak.'

Het oordeel van de volksjury toont dat ze zich ernstig beraad heeft over de vragen.

De ouders van Serge Berten zijn tot aan hun dood blijven hopen dat hij ooit zou terugkomen. In die zin kan de familie nu ook leven met dit weloverwogen oordeel, vermoedt Colson. 'Over het algemeen zijn we blij met de uitslag', zegt hij nog. 'Alle beschuldigden zijn veroordeeld en alle slachtoffers zijn erkend. Ook bijvoorbeeld voor de ontvoering en foltering van een vierde scheutist, Paul Schildermans, werden ze schuldig bevonden.' Het Openbaar Ministerie vroeg en kreeg levenslang voor alle beschuldigden.

Wie waren de vermoorde scheutisten precies?

Walter Voordeckers, Serge Berten en Ward Capiau.
Walter Voordeckers, Serge Berten en Ward Capiau.

 

Walter Voordeckers uit Turnhout was de oudste van de drie. Hij was 26 toen hij in 1966 naar Guatemala gezonden werd door de missiecongregatie van Scheut. Daar werd hij parochiepriester in Santa Lucia Cotzumalguapa. In die tijd was de Latijns-Amerikaanse Kerk sterk bewogen door de bevrijdingstheologie. Ze koos resoluut de kant van armen en kwetsbaren, waarbij christelijke en sociale bewustwording hand in hand gingen. Mensen werden aangemoedigd om hun volle waardigheid te ontdekken als kinderen van God.

Vanaf 1976 werd Walter geviseerd door het ESA (Ejército Secreto Anti-communisto, oftewel Geheim Anticommunistisch Leger), omdat hij in zijn preken zover ging om de namen te noemen van landeigenaars die hun macht misbruikten om hun winst te maximaliseren. In de dagelijkse hel van dwangarbeid las de Bijbel als een brandend actuele tekst. En net zoals Jezus destijds vormde ook deze nieuwe evangelische bewogenheid een grote bedreiging voor de bestaande, uitermate onrechtvaardige structuren.

Op de muren van de pastorie werden slogans geschilderd als ‘Walter go home – ESA’. Later kreeg hij ook brieven met regelrechte doodsbedreigingen.

Ward Capiau uit Brakel kwam in 1974 aan in het land als 24-jarige. Na de Grieks-Latijnse had hij ervoor gekozen om in te treden bij Scheut en maatschappelijk werk te studeren, om vervolgens in Guatemala ontwikkelingswerk te gaan doen. Op het assisenproces kwam een jeugdvriend van hem aan het woord: ‘Ward was geen ruziemaker. Als hij ruzie zag, sprong hij ertussen en bemiddelde.’

Ward was wel een man van de actie. Hij wilde de wereld verbeteren.

In Guatemala betekende dat: uitgebuite boeren helpen om zich te verenigen en hun rechten op te eisen. Vanaf het ontstaan van het CUC (boerenvakbond) was hij betrokken bij zijn organisatie aan de zuidkust. Maar onder de militaire dictatuur van president Lucas Garcia (1978-1982) was de repressie uiterst brutaal. Elke oppositie werd de kop ingedrukt. Er werd niet gearresteerd maar ontvoerd, gemarteld, vermoord. Ward, die eigenlijk naar België was teruggeroepen om zijn priesteropleiding te voltooien, besloot in Guatemala te blijven en trad uit. Hij vond het zijn plicht om bij de vervolgde boerenactivisten te blijven en dat betekende: mee gaan schuilen in de bergen waar het gewapende verzet bescherming bood. Hij zou er dan ook logistieke steun gaan verlenen.

Serge Berten uit Menen kwam een jaar later dan Ward aan in Guatemala en was toen 23. Zijn ouders, hardwerkende landbouwers, hadden hun zoon liever dokter zien worden en hadden het moeilijk met zijn keuze voor nederig missiewerk ver van huis. Op het assisenproces werd hij door zijn broer Patrick omschreven als een stille jongen, een diepgelovige denker, maar met een sterk rechtvaardigheidsgevoel. In Guatemala begeleidde hij catechisten in de parochie van Walter Voordeckers en ondersteunde hij de boerenvakbond in een parochie aan de kust.

In januari 1980 vond een ongeziene staking plaats van landarbeiders, waar ook fabrieksarbeiders zich bij zouden aansluiten, die leidde tot een loonsverhoging naar 3 dollar per dag. Zelfs buitenlandse missionarissen waren nu niet meer veilig voor de wraak van het regime.

Op 12 mei 1980 werd Walter Voordeckers (40) op straat omsingeld. In een vluchtpoging werd hij neergeschoten. Hierop trok ook Serge Berten de bergen in. Op 22 oktober 1981 werd Ward (31) dood aangetroffen op een autoweg, met zes kogels in zijn lijf. Op 19 januari 1982 werd Serge Berten (29) door gewapende mannen ontvoerd in de hoofdstad. Zijn lichaam is nooit teruggevonden.

Veertig jaar na de feiten was het proces voor de nabestaanden en getuigen uit Guatemala al een enorme opluchting. Dat de jury tot een eensluidend ‘schuldig’ kwam, is een niet mis te verstaan signaal aan de aftredende regering in Guatemala om zich te houden aan de verkiezingsuitslag. Op 14 januari moet de macht overgedragen worden aan een kandidaat – president elect Bernardo Arévalo – die eindelijk de mensenrechten in het land wil verdedigen, maar de huidige regering en het gerecht doen er nog alles aan om dit te verhinderen.