Christenen zijn te bang om naar Mosul terug te keren

De Syrisch-orthodoxe bisschop Daoud Sharaf wil dat zowel de overheid als de internationale gemeenschap de veiligheid van christenen garandeert.
21/03/2018 - 15:43
Mar Nicodemus Daoud Sharaf
Mar Nicodemus Daoud Sharaf © Kerk in Nood

Volgens de Syrisch-orthodoxe aartsbisschop Mar Nicodemus Daoud Sharaf zijn christenen nog steeds te bang om terug te keren naar Mosul. Sinds de herovering van stad op Islamitische Staat (IS), is slechts een 20-tal christelijke gezinnen teruggekeerd. Deze christenen hadden geen andere keuze omdat zij voor de overheid werken en anders hun job dreigen te verliezen of omdat hun kinderen hun studies aan de universiteit nog moeten voltooien. Soms worden winkels van christenen of van de Kerk in beslag genomen en weigert men die eigendommen aan de eigenaar terug te geven omdat christenen als ongelovigen worden bestempeld.

De situatie is gelukkig beter in de Ninevevallei. Er zijn al 5.200 christelijke gezinnen teruggekeerd naar Qaraqosh, bijna 1.200 naar Bartella, een 350-tal naar Karamles, 300 naar Baishika en 156 naar Bahzani. Ook naar Teleskuf zijn er inmiddels al 970 gezinnen teruggekeerd. Maar ook hier is de christelijke aanwezigheid niet gegarandeerd. In het spoor van de sjiitische strijders die de regio mee op IS hebben bevrijd is er ook sterke instroom van sjiitische gezinnen. Maar de bestrijding van IS was een nationale plicht. Het kan toch niet betekenen dat zij de veroverde gebieden tot hun eigendom kunnen maken. Velen keren zich tegen de christenen en zetten hen onder druk om deze steden en dit gebied te verlaten, zoals eerder ook al is gebeurd in Tikrit, Bagdad en Hillah. Hun aanwezigheid veroorzaakt onrust en zorgt voor een gevoel van onveiligheid bij de christenen.

De aartsbisschop vreest dat nog meer christelijke gezinnen naar het buitenland zullen vluchten als de overheid hen niet wil of kan beschermen en hun rechten garanderen. Wij doen een beroep op de nationale overheid en de internationale gemeenschap voor hun bescherming en om hun rechten te garanderen.

Bron: Kerk in Nood