Eerste zaligen van Burundi zijn ‘martelaars van verzoening’
Burundese kerkleiders zeggen dat de 44 martelaars uit Burundi, voor wie op 21 juni een diocesaan proces werd geopend, martelaars zijn van de verzoening. Het betreft zowel Burundezen als buitenlanders en zowel Hutu als Tutsi die tijdens de periode van 1972 tot 1997 omwille van hun geloof werden omgebracht. De burgeroorlog brak begin 1994 uit en gaf de aanzet tot de etnische zuivering kort daarna in Rwanda.
Mits erkenning worden de 44 martelaars de eerste kerkelijk erkende zaligen van het land. De Burundese bisschoppen kondigen aan dat er nog processen voor de zaligverklaring van martelaren uit Burundi volgen. Zij legden allen getuigenis af van broederlijkheid en de verbondenheid in Christus en maakten duidelijk dat dit belangrijker is dan het lidmaatschap van een bepaalde etnische groep.
Het etnisch geweld tussen verschillende etnische groepen behoorde tot het ergste in Afrika. Bisschoppen van Burundi.
De groep zelf is heel divers samengesteld. Hij omvat zowel buitenlandse missionarissen als jonge seminaristen van 14 tot 20 jaar die op 30 april 1997 door Hutu-rebellen van het CNDD (Conseil National pour la Défense de la Démocratie) bij de aanval tegen het seminaries van Buta werden vermoord. Het seminarie was vanaf het begin van de burgeroorlog een veilig toevluchtsoord voor de leden van de twee etnische groepen die met elkaar in oorlog waren. De seminaristen getuigden er van de onderlinge broederlijkheid en getuigden dat dit voor Christus veel belangrijker is dan de etnische afkomst.
Bron: Vaticannews.va