Paus looft traditie van de kerststal
Paus Franciscus publiceerde gisteren een gastartikel in de Italiaanse krant ‘La Stampa’ over de traditie van de kersstal, naar aanleiding van de achthonderdste verjaardag van de kerstkribbe. Volgens de overlevering legde de Heilige Franciscus van Assisi in 1223 de basis voor de traditie, al waren er al sinds de vijfde eeuw uitvoeringen van kerstspelen. In zijn bijdrage schrijft Franciscus dat dit kerstsymbool ook bij zijn ouders nooit heeft ontbroken met Kerstmis. ‘Juist de kleine dingen wijzen de weg naar God. De menswording van Jezus Christus ontvouwde zich onopvallend, bijna onopgemerkt.’
De paus wijst op het belang van de aanwezigheid van de herders, die in de kleinheid het gelaat van God helpen ontdekken. ‘Met de geboorte van het kerstkind vernederde de eeuwige God zichzelf in een weerloos, zachtmoedig, nederig persoon. God verwaardigde zich zodat wij met hem konden wandelen en zodat hij zichzelf aan onze zijde zou plaatsen, niet boven en weg van ons.’
Sint-Franciscus van Assisi (1181/82-1226) vierde met Kerstmis 1223 met een levende kerststal de geboorte van Jezus in een grot in het Italiaanse dorpje Greccio, enkele kilometers buiten Assisi. Hij koos de grot uit omdat die hem deed denken aan de Geboortegrot in Bethlehem.
Met het zo realistisch mogelijk opnieuw evoceren van de gebeurtenis in het stalletje van Bethlehem legde hij volgens de overlevering de basis voor de traditie van kerststallen, die tegenwoordig wereldwijd is verspreid. In het kersttafereel van Greccio was er een echte voederbak als kribbe voor het Christuskind. Franciscus plaatste er ook levende figuren en zelfs een os en een ezel in. In zijn preek van toen sprak de heilige over de nederigheid en armoede van Jezus en nam hij een slapend kind uit de wieg en wekte het.
Bron: Vaticannews.va/Kathpress.at