Trappisten van Westmalle brengen kaas op de markt

De trappistenkaas van Westmalle, die sinds 1860 in de kaasmakerij door de monniken van rauwe melk wordt bereid, wordt voortaan in het hele land op de markt gebracht. Tot voor kort was de kaas slechts aan de poort van de abdij en het café rechtover verkrijgbaar. Door het verdwijnen van het melkquotum en de vrije val van de melkprijs beslisten broeders de kaasmakerij uit te breiden en de abdijhoeve grondig te vernieuwen. Dankzij de ingreep stijgt de jaarproductie op langere termijn van 20 tot 75 ton. 

Kaasproductie

De abdijkaas van Westmalle zal verdeeld worden via gespecialiseerde kaaswinkels en keurslagers, maar zal niet in de supermarkten te koop zijn. Met de uitbreiding van de kaasmakerij en de vernieuwing van de boerderij blijft het productieproces van koe tot kaas volledig in handen van de trappisten van Westmalle. Tegelijk blijft de kaasproductie kleinschalig en duurzaam, onder meer dankzij 200 koeien op de boerderij, die dagelijks elk 20 liter melk geven. Broeder Benedict: Tot op heden werd een 3 à 4 keer per week kaas gemaakt. Dat zal nu vaker en vrijwel dagelijks gebeuren. Het maken en de rijping van de kaas neemt al snel 8 weken voor jonge kaas en tot een jaar voor belegen kaas in beslag.

Nieuwe gistkamer

De voorbije jaren werd sterk geïnvesteerd in onderhoudswerken voor het klooster en de uitbreiding van de bedrijfscapaciteit. De installaties in de brouwerij worden vernieuwd en er komt een nieuwe gistkamer voor het op een (Chimay) na grootste trappistenbier van ons land. Broeder Benedict: Dankzij deze ingrepen kan de bierproductie van 120.000 hectoliter per jaar in functie van de vraag toenemen, al blijven wij waken over de kwaliteit van ons bier. Met de extra productie kunnen wij ervoor zorgen dat wij beter aan de vraag op de markt kunnen voldoen, onder meer tijdens piekmomenten, het einde van het jaar of tijdens de zomermaanden.

De vraag naar het trappistenbier van Westmalle blijft toenemen. 25% van de onze bierproductie is bestemd voor het buitenland.

Kleinschaligheid en 'ora et labora'

De opbrengst van zowel de kaas- als bierverkoop blijft in eerste instantie bestemd voor het levensonderhoud en de instandhouding en uitbreiding van de abdij. Maar een aanzienlijk deel wordt ook aangewend voor de ondersteuning van noodlijdenden of goede werken, in binnen- en buitenland. De abdij telt vandaag 32 trappisten van 31 tot 89 jaar, die in eigen onderhoud voorzien en die leven volgens de regel van Benedictus. Broeder Benedict: Zowel voor de productie van bier als kaas blijven wij streven naar kleinschaligheid. Wij hechten groot belang aan een evenwicht van gemeenschapsleven en levensonderhoud. Het abdijcomplex vereist de nodige investeringen voor onderhoud.

Maar een aanzienlijk deel van de winst wordt gebruikt voor ontwikkelingsprojecten in het buitenland.

De abdij werd in 1794 opgericht. Sindsdien leven de monniken volgens de kloosterregel van Sint-Benedictus, met zijn 'ora et labora' (bid en werk). Broeder Benedict: De meest actieve monniken besteden zo'n zes uur per dag aan handenarbeid. Daarnaast staat de dag in het teken van het koorgebed op vastgestelde tijden, dat een voorname stempel drukt op onze spiritualiteit. Monniken besteden ook heel wat tijd aan geestelijke lezing en studie, evenals meditatie en gebed, die allen tot de kern van ons abdijleven behoren. Dankzij onze bedrijfsactiviteiten overwinnen belangstellenden snel de drempel van onze abdij, maar ook via internet leren jongeren de abdij kennen. Zo worden zij aangesproken door het abdijleven. Dat zorgt er meteen voor dat wij geen reclame moeten maken voor nieuwe roepingen.