Vaticaan herwerkt de richtlijnen voor de priesteropleiding
De rooms-katholieke Kerk heeft nood aan heilige, gezonde en nederige priesters, gebeden voor roepingen en een zorgvuldige selectie en opleiding van priesterkandidaten, onderstreept de Congregatie voor de Clerus in de De gave van de roeping tot het priesterschap, een reeks geactualiseerde richtlijnen en normen voor priesters van de Latijnse ritus en hun opleiding. Volgenskardinaal Beniamino Stella, de prefect van de congregatie, is die actualisering noodzakelijk omwille van de historische, sociaal-culturele en kerkelijke ontwikkelingen sinds 1970
Het document, dat vandaag donderdag gepubliceerd wordt in L’Osservatore Romano ter gelegenheid van de feestdag van Maria Onbevlekt Ontvangen, herhaalt dat praktiserende homoseksuelen, kandidaten met diepgewortelde homoseksuele neigingen of uitgesproken voorstanders van de homocultuur niet kunnen toegelaten worden tot het seminarie of de priesterwijding.
Bescherming van minderjarigen en kwetsbare volwassenen
Een van de meest ingrijpende ingrepen is dat er bij de nieuwe richtlijnen consequenties worden getrokken uit de voorvallen van seksueel misbruik van minderjarigen door geestelijken. Zo wordt nu expliciet vermeld: Bij de opleiding moet de grootste aandacht besteed worden aan het thema van de bescherming van minderjarigen en kwetsbare volwassenen. Wees waakzaam opdat degenen die tot het seminarie of een vormingshuis wensen toegelaten te worden of degenen die al een verzoekschrift tot heilige wijdingen hebben ingediend, niet betrokken zijn geweest bij enig misdrijf of problematisch gedrag op dit gebied.
Seminaries en cursussen over de bescherming van kinderen en kwetsbare volwassenen moeten voortaan ook een vast onderdeel worden van de opleiding aan het seminarie en de nascholing van priesters. Bisschoppen worden aangemoedigd bijzonder voorzichtig te zijn met het aanvaarden van priester-kandidaten die uit andere seminaries werden ontslagen. Bisschoppen kunnen zich voor de wijding van een priesterkandidaat ook best laten informeren door seminarierectoren en medewerkers om te weten of de kandidaat geschikt is. Zo wordt veel leed voor zowel de kandidaten zelf als voor de plaatselijke kerken vermeden.
Algemene vorming
Met betrekking tot de opleiding van nieuwe kandidaten wordt niet alleen onderstreept dat zij de sociale leer van de katholieke Kerk, maar ook de klimaatverandering en andere bedreigingen voor het milieu dienen te bestuderen. Priesters moeten aangemoedigd worden om het initiatief te nemen voor een passende zorg voor alles wat verbonden is met de bescherming van de schepping. Seminaristen dienen ook aangespoord te worden om sociale media te gebruiken voor de uitbouw van hun relaties en voor de evangelisatie. Maar dat moet op een verstandige en een gezonde manier gebeuren. Opmerkelijk nog is een aanbeveling om vrouwen in te zetten als personeel of docent.
De priester is geen leider van een religieuze organisatie of een functionaris van de heilige Kerk, maar een liefdevolle volgeling van de Heer. Kardinaal Stella.
Eerder raakte bekend dat bij de seminarieleiding erop aangedrongen wordt vaker een beroep te doen op psychologen, die al of niet tot het personeel van het seminarie behoren. Zij kunnen een waardevolle hulp bieden in de beoordeling van de persoonlijkheid en de psychische gezondheid van de kandidaat, kunnen bijdragen tot de groei in menselijke volwassenheid en een licht werpen op eventuele problemen die kunnen ontstaan. Het document dringt ook aan op eerherstel voor de propedeuse, de periode voor de aanvang van de studies aan het seminarie.
Gebed en navolging van Christus
Tot slot wordt nog benadrukt dat de vaardigheden die nodig zijn om een goede priester te worden niet aangeleerd worden in een klaslokaal. Ze zijn het resultaat van gebed, zelfdiscipline en de zoektocht om het eigen leven naar dat van Christus te modelleren.
Bron: VIS/Catholic Herald/I.Media