Wetsvoorstel: Anglicaanse Kerk niet langer staatskerk in Engeland
Baron Paul Scriven (57) heeft in het Britse parlement een wetsvoorstel ingediend dat ervoor moet zorgen dat de Church of England (anglicaanse Kerk) niet langer staatskerk is. Het feit dat dit vandaag nog het geval is, omschrijft hij als een ‘anachronisme’: ‘De bevoorrechte positie van de Kerk is archaïsch en onaanvaardbaar. Wij leven niet langer in de zestiende eeuw’, aldus de Britse lord, die lid is van de liberaal-democraten en voor het leven lid is van Britse Hogerhuis.
Sinds de jaren tachtig is het aandeel van de anglicanen bij de Britse bevolking gedaald van 40 procent tot iets meer dan 20 procent. De National Secular Society, die al sinds zijn oprichting in 1866 campagne voert voor de scheiding van Kerk en Staat, begroet het voorstel. Bij de Church of England zijn er zowel voor- als tegenstanders.
De anglicaanse Kerk is al sinds zijn oprichting in de zestiende eeuw staatskerk. Die positie heeft een sterke religieuze en politieke stempel gedrukt op de Engelse geschiedenis. Mede daardoor kreeg ook koning Charles bij zijn ambtsaanvaarding de titel Defensor fidei, een eretitel die paus Leo X in 1521 aan Hendrik VIII (1509-1547) toekende en die de Engelse koningen ook daarna nog bleven dragen.
Charles gaf die eretitel bij zijn ambtsaanvaarding een meer actuele invulling, al legde ook hij zoals de traditie dat wil zijn eed af ten overstaan van aartsbisschop Justin Welby van Canterbury. Formeel is hij nog steeds hoofd van de Church of Engeland, al wordt die taak de facto door de aartsbisschop van Canterbuy vervuld.
Overigens zette Rowan Williams, de vorig aartsbisschop van Canterbury, zich al in 2014 in voor een versoepeling van de banden tussen de anglicaanse Kerk en de Staat. Dat zorgde er onder meer voor dat de besluiten van de Church of England niet langer door het parlement moeten bekrachtigd worden. Maar de afschaffing van de status heeft ook praktische consequenties. Zo hebben 26 bisschoppen van de Church of England legaal recht op een zetel in het House of Lords, waarmee zij ook inspraak hebben als seculiere wetgever.