40 jaar Artsen Zonder Vakantie: een uitdaging, een roeping (slot)
#1 Kash Marcellin Karubara (tekst: Ann Palmers)
Dokter Kash Marcellin Karubara werkt al acht jaar als lokale verantwoordelijke vanuit Burundi voor Artsen Zonder Vakantie voor de regio van de Grote Meren. Hij blikt tevreden terug. “Ik ben fier op wat mijn team verwezenlijkt heeft. Onze vertrouwensband met de partners zorgt ervoor dat we goed kunnen inspelen op lokale noden.”
Uitwisselingen tussen medische experten zullen altijd noodzakelijk blijven
Versterking
Na zijn master in Volksgezondheid in Antwerpen aan het Instituut voor Tropische Geneeskunde in 2012, werd hij gevraagd om zendingen van Artsen Zonder Vakantie in goede banen te leiden in Burundi. Op dat ogenblik trokken hoofdzakelijk Belgische artsen en verpleegkundigen als vrijwilligers naar de partnerziekenhuizen in het kader van humanitaire zendingen. Vanaf 2013 besloot Artsen Zonder Vakantie de aanpak te wijzigen naar capaciteitsversterking op diverse niveaus. Dat is het moment waarop Dr Kash Marcellin Karubara voltijds begon te werken als lokaal medisch adviseur voor de regio van de Grote Meren (Oost-Congo, Rwanda en Burundi).
“Sindsdien werken we met capaciteitsversterkende trajecten die worden opgesteld samen met de partnerziekenhuizen. De partner staat centraal. We begeleiden hen bij een zelfevaluatie om de prioritaire behoeften van het ziekenhuis te identificeren om patiënten goede kwalitatieve zorg te kunnen bieden. Zo worden partnerziekenhuizen versterkt op medisch, technisch en organisatorisch vlak. Het is een benadering waar ik me helemaal in kan vinden. De zorgverleners in onze ziekenhuizen (medisch en paramedisch) krijgen een opleiding en geven deze kennis op hun beurt weer door aan andere collega’s. Vervolgens zorgen ze zelf voor hun patiënten binnen hun verantwoordelijkheidsgebied.”
Complementaire artsen
Met die veranderende aanpak werd ook meer ingezet op lokale uitwisselingen. “Als gevolg van de politieke veranderingen in Burundi in 2015 werden de grenzen gesloten. We konden geen buitenlandse artsen meer ontvangen. Daardoor zochten we lokaal naar de juiste mensen. Een externe evaluatie werd uitgevoerd en toonde de meerwaarde van lokale expertise aan. Afrika is niet meer wat het 20 à 30 jaar geleden was.
Wij hebben momenteel goede expertise in verschillende domeinen.
Het voordeel is dat lokale experten zich gemakkelijker aan de lokale situatie kunnen aanpassen. Ze spreken Kirundi of Swahili. Dat bevordert het doorgeven van nieuwe technieken en het aanleren van nieuwe kennis. Bovendien maakt het de connectie met de patiënten en ziekenhuiscollega’s gemakkelijker.”
Betekent dit dat er een einde in zicht is qua Belgische zendingen? Dr. Kash Marcellin Karubara, zelf arts, vindt dat beiden naast elkaar kunnen bestaan. Hij ondervindt dat Belgische en lokale experten perfect complementair kunnen werken. Bijvoorbeeld wat betreft gespecialiseerde vormingen waarbij lokale expertise nog niet aanwezig is, maar ook op het gebied van ziekenhuismanagement, trainingen van experten en algemene kennisuitwisseling onder experten.
Fier
Ondertussen werkt hij al acht jaar als lokaal medisch adviseur. “Ik ben fier op wat ons geweldige team de voorbije jaren bereikte. Zoals de extra Europese financiering die we in 2019 binnenhaalden voor een driejarig project, ter waarde van 1 500 000 euro.
Dit heeft het mogelijk gemaakt om te investeren in de integratie van de geestelijke gezondheidszorg in Burundi en te werken aan betere omstandigheden in onze partnerziekenhuizen. Bijvoorbeeld de verbetering van de patiëntendoorstroom tot in het operatiekwartier, een goede sterilisatieservice, enzovoort.
We hebben ook de pediatrische noodprotocollen gestandaardiseerd voor de hele provincie Zuid-Kivu, die twee keer zo groot als België is. Deze protocollen hebben een grote impact op het terugdringen van kindersterfte in noodsituaties. Vroeger deed elk ziekenhuis de dingen op zijn eigen manier, maar dankzij de protocollen is dat nu gestandariseerd en weet iedereen hoe de juiste beslissingen en acties te nemen.
Bovendien vroeg de minister van Volksgezondheid van Burundi alle actoren om de aanpak van de capaciteitsversterking van de districtsziekenhuizen in de districtschirurgie te harmoniseren. Als benchmark is gekozen voor de methodiek van Artsen Zonder Vakantie, de bekroning van al die jaren werk.
We hebben ook andere noodzakelijke acties uitgevoerd, zoals de lokale aankoop van medicijnen. Die kwamen vroeger bijna uitsluitend uit België. Artsen Zonder Vakantie droeg bij aan de financiering van audits op de kwaliteit van geneesmiddelen in landelijke distributiecentra van geneesmiddelen of lokale groothandels in de regio. De audits werden gedaan door Quamed.”
Op weg naar autonomie
Als brugfiguur tussen de lokale overheid en Artsen Zonder Vakantie blijft de erkenning als buitenlandse ngo een heet hangijzer voor Dr. Kash Marcellin Karubara.
“In Burundi genieten we al officiële erkenning, maar in Rwanda en DR Congo bijvoorbeeld nog niet. Dit betekent dat sommige acties die we in ziekenhuizen ondernemen niet worden ondersteund door de lokale overheid. Beschouw het als een normatief debat. Als er eenmaal overeenstemming is bereikt, bevordert dat eigenaarschap, duurzaamheid en het werken op lange termijn in ziekenhuizen.
Die duurzaamheid blijft precair door de beperkte investeringen van de verschillende overheden in de zorg. Deze investeringen zijn niet voor morgen, maar zelfs al zouden die er zijn, dan nog blijven de uitwisselingen tussen medische experten noodzakelijk. Daarom werk ik zo graag voor Artsen Zonder Vakantie. Onze samenwerking zorgt ervoor dat wij als Afrikanen niet afhankelijk blijven van het Westen maar voorbereid worden op autonomie.”
Lees verder onder de foto
#2 Zuster Marie Goretti Mukakarake (tekst Ann Palmers)
In het Westen van Rwanda ligt het ziekenhuis van Mibilizi waar jaarlijks honderden patiënten toestromen, zelfs vanuit de buurlanden. Het hospitaal kreunt onder die toevloed, maar de leidinggevende van de verpleegkundigen en vroedvrouwen Marie Goretti is positief: “Ik zie de kwaliteit van onze diensten en personeel toenemen. Nos remerciments.”
Te weinig plaats
Zuster Marie Goretti Mukakarake werkt al elf jaar in het districtsziekenhuis van Mibilizi, in het Westen van Rwanda. Het is een referentiehospitaal voor elf gezondheidscentra binnen een populatie van 305 000 inwoners. Het ziekenhuis ligt in de buurt van de Burundese en Congolese grenzen en wordt daardoor vaak bezocht. “Het is een oud ziekenhuis dat in 1952 werd gebouwd door Belgische missionarissen.
Er is te weinig plaats om alle patiënten op te vangen.
We kijken dan ook uit naar de bouw van de nieuwe materniteit die in juli van start gaat.”
Te weinig personeel
De materniteit telt momenteel 56 bedden maar als ‘soeur Goretti’ rekening houdt met het aantal bevallingen per maand, heeft ze er eigenlijk dubbel zoveel nodig. Ze plaatsen hier en daar wat bedden bij of soms moeten vrouwen met twee tegelijk in één bed liggen. “Naast te weinig bedden, hebben we ook te weinig personeel om de patiënten te verzorgen. Momenteel geef ik leiding aan 76 verpleegkundigen en verloskundigen. We hebben zo’n 300 bevallingen per maand. Voor al dit werk op de verschillende afdelingen zou ik eigenlijk moeten kunnen rekenen op minimaal 130 verpleeg- en verloskundigen.”
Daling sterfte bij moeder en kind
Ondanks de moeilijke werkomstandigheden, is Marie Goretti blij met de evolutie die de materniteit en andere departementen de voorbije jaren hebben doorgemaakt. Sinds achttien jaar is Artsen Zonder Vakantie er actief. Daarnaast krijgt het katholieke ziekenhuis ook subsidies van het Rwandese ministerie van gezondheid en steun van andere internationale ngo’s. “Dankzij die inspanningen konden we de overlijdens van moeders tijdens hun kraamtijd terugdringen. Omstreeks 2010 werden er jaarlijks zo'n vijftien stervende vrouwen geregistreerd, terwijl we er vorig jaar drie verloren. In diezelfde periode verloren we 20% van de pasgeborenen. Nu is dat vijf tot acht procent."
De realiteit blijft hard maar we boeken dus duidelijk vooruitgang zodat we de mensen beter kunnen verzorgen die het zo hard nodig hebben.
Personeel beter gekwalificeerd
In die achttien jaar reisden verschillende Belgische chirurgen, pediaters en vroedvrouwen, waaronder Rita Van Theemse naar het ziekenhuis om kennis uit te wisselen over basischirurgie, orthopedie en de zorgen voor moeder en kind.
“Ik merk dat het personeel nu beter gekwalificeerd is. We hebben geen specialisten in het Mibilizi-ziekenhuis maar de bijdrage van Artsen Zonder Vakantie is ongeëvenaard en leidde tot enorme technische verbeteringen in zowel verpleegkundige- als medisch-chirurgische technieken.
Zo zien we een enorme vooruitgang in de behandeling van gecontroleerde hersenkoeling bij pasgeborenen met zuurstoftekort en in de strijd tegen infecties via goede ziekenhuishygiëne. Ook betere orthopedische behandelingen via externe fixatoren, verbetering van de patiëntenopvolging na operatie, een enorme vooruitgang van artsen bij de behandeling van postpartumbloedingen, betere echografie, ondersteuning op de afdeling fysiotherapie, levering van poedermelk voor moeders die geen borstvoeding kunnen geven, en ga zo maar door.”
Blijven groeien
Momenteel wacht het ziekenhuis op de levering van een anesthesietoestel en een echograaf als donatie van Artsen Zonder Vakantie. “We hebben er lang op gewacht maar ze zouden nu één van de dagen moeten aankomen. Een gebrek aan materiaal is hier een groot probleem. Maar dankzij Artsen Zonder Vakantie krijgen we deze toestellen alsook medicijnen. We hopen dat de zendingen terug kunnen doorgaan eens de covid-pandemie wat is gaan liggen. Want we willen blijven groeien en beter worden in onze zorgverlening naar de patiënten toe. Bedankt om ons hierbij al die jaren te steunen.”
Lees verder onder de foto
#3 Gisèle Fatuma Mayele
Directrice Dr. Gisèle Fatuma Mayele leidt sinds 2014 het Algemeen Referentieziekenhuis Dr. Rau van Ciriri. In die jaren zag ze enorme evolutie dankzij de steun van Artsen Zonder Vakantie. “Ze laten ons zelf onze noden formuleren, waarna we er samen een concreet antwoord rond uitwerken. Dat is voor ons een enorme steun.”
Vastberaden leiding
Het ziekenhuis Dr. Rau van Ciriri dat op negen kilometer ligt van het stadscentrum van Bukavu, hoofdstad van Oost-Congo, werkt al achttien jaar samen met Artsen Zonder Vakantie. Er werkt 140 man personeel voor zo’n 300-tal bedden en het ziekenhuis bestrijkt een populatie van 336 756 personen in de regio. De huidige directrice en gynaecologe, Dr. Gisèle Fatuma Mayele die voorheen directrice was van het Nyantende hospitaal, zo’n tien kilometer zuidwaarts, neemt sinds 2014 de leiding met een grote vastberadenheid.
Patiëntendossier leidt naar erkenning
Het ziekenhuis groeide uit tot een referentiehospitaal met een goede reputatie in de streek. “Daarin heeft Artsen Zonder Vakantie zonder twijfel een grote rol gespeeld,” vertelt ze onbeschroomd. “Die erkenning kregen we sinds we unieke patiëntendossiers invoerden. Dat was een idee van Artsen Zonder Vakantie.
Ik herinner het me nog goed. Ik was net gestart in Ciriri in 2014. We gingen met het hele team naar het ziekenhuis van Walungu om te kijken hoe we zo’n dossiers qua organisatie moesten aanpakken. Ik dacht: dat lukt ons nooit. Maar dankzij Artsen Zonder Vakantie kregen we de juiste ondersteuning, waardoor elke patiënt nu een uniek dossier heeft.
Dankzij het invoeren van die unieke dossiers, kunnen we patiënten veel beter opvolgen. Alles wordt hierin genoteerd en is toegankelijk voor alle artsen die de patiënt raadplegen. Zo kunnen we perfect opvolgen wie wanneer op consultatie komt of geopereerd werd, welke medicatie gebruikt wordt, wat de voorschriften inhouden, de opvolging, enzovoort. Op die manier worden patiënten veel beter geholpen, worden onnodige herhalingen of onderzoeken vermeden en kunnen we de kwaliteit van de zorg verbeteren, ook als een andere arts of verpleegkundige die bijvoorbeeld moet overnemen.
Vandaag komen gezondheidswerkers uit andere ziekenhuizen naar hier om te kijken hoe we dat doen, zodat ze dit systeem kunnen overnemen.”
Vruchtbare samenwerking
Directeur Dr. Gisèle Fatuma Mayele: “Ik apprecieer enorm dat Artsen Zonder Vakantie ons zelf onze noden laat formuleren en daar via zendingen en opleidingen die kaderen in een capaciteitsversterkend traject een concreet antwoord op geeft. Dat is voor ons een enorme steun.”
“Dit ziekenhuis ligt bijvoorbeeld vlak naast de nationale route waardoor we regelmatig slachtoffers van ongevallen binnen krijgen.
Onze regio is ook onveilig door verschillende rebellengroepen. We zien dan ook vaak patiënten met schotwonden en messteken.
Vroeger konden we hen goed opvangen omdat we een Franse orthopedist in huis hadden die voor hen zorgde. Maar toen ze overleed, zaten we zonder opvolging. Aanvankelijk overwoog ik om die patiënten niet langer te ontvangen en door te verwijzen naar andere ziekenhuizen. Maar uiteindelijk besliste ik om ook hier de hulp van Artsen Zonder Vakantie in te roepen. Daardoor ontvingen we vanaf 2015 medische capaciteitsversterking voor de afdelingen urgenties en traumatologie-orthopedie. Ons hele team van dokters, anesthesisten en verpleegkundigen hebben baat gehad bij deze vormingen.”
Vormingscentrum
“Ondertussen ontpopte het ziekenhuis zich zelfs tot vormingscentrum want wij geven op onze beurt die kennis weer door. Lokale experten geven hier jaarlijks opleidingen in basischirurgie en -orthopedie. Een twintigtal dokters uit de regio kunnen hier dan stage lopen gedurende drie tot zes maanden. “Als ze terugkeren naar hun eigen ziekenhuis, kunnen ze daar ook basischirurgie en -orthopedie uitvoeren. Nadien kunnen ze nog steeds bij ons terecht voor vragen. In bepaalde gevallen, brengen ze hun patiënten soms zelfs mee.”
Dr. Gisèle Fatuma Mayele: “Artsen Zonder Vakantie heeft een grote rol gespeeld in onze erkenning als referentieziekenhuis. De kwaliteit van onze dienstverlening is er enorm door gestegen, net als onze technische omkadering.”
#4 Emmanuel Bottieau
Emmanuel Bottieau, internist en expert in infectieziekten geeft al tien jaar les aan artsen en verpleegkundigen van Artsen Zonder Vakantie voor hun vertrek. “Ik doe dat graag. De vrijwilligers zijn heel enthousiast en leergierig. Dat voel je.”
Passie voor de tropen
Het is een druk jaar geweest voor Emmanuel Bottieau, hoofd van het departement Tropische Geneeskunde van het ITG in Antwerpen, want sinds een jaar maakt hij deel uit van de Belgische taskforcegroep voor de behandeling van covid-patiënten. “Infectieuze ziekten zijn pas sinds dit jaar als specialisatie erkend, dankzij covid in feite”, vertelt hij tussendoor. De sympathieke man neemt graag de tijd voor Artsen Zonder Vakantie. “We delen de passie voor de tropen. Ik ga met plezier naar Mechelen of Brussel om in gesprek te gaan met de vrijwilligers. Zij hebben veel praktische ervaring en ik ken de wetenschappelijke aspecten. Zo vullen we mekaar aan.” Samen met zijn collega Steven Van Den Broucke geeft hij gedurende tien jaar op regelmatige basis een halve dag les over tropische infectieziekten aan vijftien tot twintig artsen of verpleegkundigen voor zij op zending vertrekken.
Malaria, diarree, TBC
Die opleidingen kwamen er op de spontane vraag van de vrijwilligers om zich beter voor te bereiden op hun werk in de partnerziekenhuizen. Ondertussen worden die zo’n drie tot zes keer per jaar (buiten covid gerekend) georganiseerd op structurele basis. Inhoudelijk focussen de opleidingen op de diagnose en behandeling van de meest voorkomende symptomen en pathologieën in de tropen. Zoals bijvoorbeeld malaria en diarree. Ook huidaandoeningen met zweren of andere letsels komen vaak voor. Net zoals tuberculose en luchtweginfecties die bij kinderen vaak tot een ziekenhuisopname leiden.
Boeiende gesprekken
“De methodes om te diagnosticeren en te behandelen evolueren voortdurend. Het is nodig om elke drie à vier jaar een goede update te geven over de wetenschappelijke vooruitgang. Tijdens zo’n les geven wij een overzicht van de oorzaken en hoe ze de patiënt best behandelen. We bespreken de moeilijke gevallen en wisselen kennis uit. Het zijn vaak boeiende gesprekken waaruit ik anekdotes haal voor mijn andere lessen. Uiteraard zijn er lokale artsen ter plaatse die deze kennis hebben. Maar het is toch best dat de vrijwilligers reeds voor ze op zending vertrekken eenzelfde redenering hanteren. Dat vergemakkelijkt de kennisuitwisseling. Bovendien zijn de diagnostische middelen in Sub-Sahara-Afrika vaak totaal anders dan in Europa. Er is geen CT-scan of een MRI. Ik probeer hen een goede aanpak bij te brengen die weinig middelen vereist.”
Terug naar hetzelfde ziekenhuis
Het Instituut voor Tropische Geneeskunde startte een project in Kimpese in de provincie Bas-Congo. “Artsen Zonder Vakantie heeft daar ook een partnerziekenhuis dus ik hoop er tijdens mijn volgende bezoek een aantal vrijwilligers te ontmoeten. Wat ik heel goed vind aan Artsen Zonder Vakantie is dat de vrijwilligers meerdere keren naar hetzelfde ziekenhuis gaan en op lange termijn werken. Zo kan er een band ontstaan tussen hen en het personeel. Dat komt de duurzaamheid absoluut ten goede.”
Lees verder onder de foto
Wil je Artsen Zonder Vakantie steunen? Surf dan naar www.azv.be