Uit de kunst (5): de Jezus-trilogie van J.M. Coetzee
De Jezus-trilogie van J.M. Coetzee
- De kinderjaren van Jezus (2013), De schooljaren van Jezus (2016) en De dood van Jezus (2019)
- J.M. (John Maxwell) Coetzee (°1940) is een Australische schrijver van Zuid-Afrikaanse afkomst
- kreeg in 2003 de Nobelprijs voor Literatuur
- bekendste boek: In ongenade (Disgrace)
- de meeste boeken van Coetzee worden uitgegeven door Cossee
(lees verder onder de afbeelding)
Tijd voor hedendaagse literatuur, met de befaamde Jezus-trilogie van de alom gelauwerde Nobelprijswinnaar J.M. Coetzee. In een tijdspanne van zes jaar verschenen De kinderjaren van Jezus (2013), De schooljaren van Jezus (2016) en De dood van Jezus (2019). Niet één keer valt de naam Jezus in de boeken zelf, al zijn de verwijzingen naar Bijbel en christendom legio.
Het hoofdpersonage is een jongen die David heet en als bootvluchteling aankomt in een nieuw land, zonder ouders. Een oudere man, Simon, ontfermt zich over hem. Het wordt nooit duidelijk waarvoor of voor wie ze zijn gevlucht. Samen gaan ze op zoek naar een moeder voor de jongen: dat wordt de alleenstaande moeder Ines. Daarmee is ‘de heilige familie’ compleet. En toch lijken ze geen aansluiting te vinden bij elkaar, noch met het land en de structuren waarin ze zijn terechtgekomen. ‘Het lijkt wel alsof het jezuskind David in een omgeving terechtkomt die dermate vervreemd is van haar wortels en geschiedenis dat ze het kind niet aan kan en dat het kind eraan ten onder gaat. Iets soortgelijk zou je kunnen zeggen over de echte Jezus’, merkte Nikolaas Sintobin op in zijn recensie van de trilogie.
‘De wereld mag dan weer zijn zoals ze was, ze is ook anders. Aan dat verschil moeten we ons vastklampen’, bedenkt pleegvader Simon na de dood van David/Jezus.