Menigte
Samenzijn met een heleboel eensgezinde mensen, daar gaat iets vanuit. De verwachtingsvolle gezichten om je heen, de bereidheid om samen te applaudisseren, het gedeelde ideaal dat bereikbaarder dan ooit lijkt, het is zelfs een beetje verslavend.
Toch ervaar ik dicht op elkaar gepakte mensenmenigtes ook vaak als bedreigend.
Dat heeft ondermeer te maken met mijn lengte. Als ik in het midden van een hoop volk sta of schuifel, zie ik om me heen vooral schouders en nekken. De meeste mensen zijn namelijk gemiddeld een kop groter dan ik. Geprangd tussen al die nekken voel ik me letterlijk niet gezien en niet gehoord. Ik voel me gevangen tussen al die lijven die meedeinen met de stroom. Meestal houd ik het niet lang vol op kerstmarkten en openluchtoptredens.
Soms moet ik daaraan denken als ik de verhalen lees van Jezus die een grote menigte om zich heen heeft verzameld. Om hoeveel mensen ging het dan?
Overdreven die evangelisten of was Jezus echt zo populair?
Zou ik ertussen zijn gaan staan of toch liever een beetje aan de kant? En hoe pakte Jezus dat aan, met zijn duidelijke maar niet zo gemakkelijke boodschap? Hoe kreeg hij de mensen mee? Hoe lang bleef bij hen het gevoel hangen dat ze samen bergen konden verzetten?
Soms werden die grote groepen mensen Jezus ook wel wat te veel. Dan vluchtte hij weg in zijn eentje, de bergen in. Of hij sprong in een bootje op het meer.
In de zondagsmis heb ik geen last van opdringend volk. Iedereen zit er rustig op zijn of haar stoel en er is nog heel wat plaats over. Toch doet het goed om samen te komen.
Want hoe verschillend we verder ook zijn, we hebben ons laten raken door dezelfde Jezus.
Dat willen we vasthouden doorheen ons dagelijks leven. Daarvoor hebben we elkaar nodig.
Geloven doe je in je eentje. Maar blijven geloven, dat doe je samen.