Belgische deelneemster synode: ‘Kerk moet af van piramidaal model
Hoe kan de kerk trouw zijn aan haar stichter in deze tijd in Europa? Die vraag staat centraal in de synode over synodaliteit, waarover een ‘audit’ loopt van basis tot top. Deze week zijn de voorzitters van de 39 Europese bisschoppenconferenties verzameld in Praag, samen met 3 andere vertegenwoordigers per land (en 10 online deelnemers).
Tijdens de vergaderingen wordt tussendoor tijd gemaakt om te luisteren naar getuigenissen van 6 minuten uit elk land. Veel landen brachten die getuigenissen met twee mensen. Dat was ook de bedoeling voor België. Maar door een gebrekkige timing, bleek de tijd al op na de interventie van kardinaal De Kesel. De tekst van Jolanta Mrozowska, verantwoordelijke voor catechese in het vicariaat Waals-Brabant, wordt wel meegenomen in het redactiewerk voor een slotdocument dat morgen ter bespreking wordt voorgelegd.
In haar tekst legt het Belgische delegatielid de vinger op de wonde. Hieronder lees je haar integrale bijdrage.
Jolanta Mrozowska • Volgens het DEC (Document voor de Continentale Fase) is de synodale bevraging iets nieuws, dat een groot verlangen opwekt om op alle kerkelijke niveaus verder te gaan op de synodale weg. Daarvoor is het noodzakelijk om resoluut te kiezen voor de synodale cultuur die het mogelijk maakt om uit de interne en externe impasses te komen waarmee de Europese Kerk wordt geconfronteerd.
Er wacht een dubbele taak: allerlei diep ingebakken patronen doorbreken en de manier waarop de Kerk handelt en bestuurt, grondig omkeren.
De Kerk – vooral in Europa – moet af van een top-down werkingsmodel. Binnenkerkelijk illustreren de crisis van misbruik en klerikalisme pijnlijk de impasse van haar functioneren. Naar buiten toe komt de Kerk steeds meer op gespannen voet te staan met de samenleving, die sterk is geëvolueerd, en waardoor de Kerk aan geloofwaardigheid inboet.
Binnen in de kerk hebben we diepgaand theologisch onderzoek nodig als we de synodale cultuur willen implementeren, vooral op de terreinen van kerkleer, pneumatologie (de werking van de heilige Geest) en missiologie. Ik denk ook aan een beter aangepaste vorming, te beginnen bij de kaders, allereerst de gewijde bedienaren, en aan het oprichten van nieuwe procedures en/of organen die de synodale cultuur ondersteunen door een hernieuwd begrip van het subsidiariteitsbeginsel binnen de Kerk (cf. §82-83 van het DEC).
Zonder dit dreigen de eerste impulsen van synodaliteit te worden afgeremd door eeuwenoude gewoonten en weerstand tegen verandering in bestaande structuren.
Bovendien, om een betrouwbare en geloofwaardige partner te zijn met de samenleving en met de mensen, moet de Europese Kerk voldoen aan de normen van functioneren en bestuur die in de samenleving zijn verworven (cf. citaat uit het Nieuw-Zeelandse rapport, § 62 DEC). Vandaar de behoefte aan transparantie, verantwoordingsplicht en participatief leiderschap (§ 79).
Om vooruit te komen, is een bekering nodig van de structuren die het piramidale systeem versterken, en die gebaseerd zijn op een eeuwenoude patriarchale cultuur.
Dit zijn zeer diep ingebakken patronen. Verantwoordelijken werpen zich daardoor op als almachtig en alwetend, en verhinderen dat degenen die jonger, minder sterk (vrouwen) of anders zijn (en dus niet dezelfde status hebben) als gelijk worden behandeld. Deze patronen worden vaak onbewust versterkt door een kortere weg: zoals God de soevereine meester is, zo is hij die in Zijn naam bekleed is met gezag dat ook.
Zo lijkt het streven naar integratie, gelijkwaardigheid, luisterbereidheid en synodaliteit een grondige mentaliteitsverandering te vereisen in de Kerk en in het bijzonder bij al diegenen die er een verantwoordelijkheid in uitoefenen. Er bestaan al verschillende initiatieven in die richting, maar het gaat erom verder te gaan door onderscheid te maken tussen wat tot de goddelijke openbaring behoort en wat historisch bepaald is (vgl. citaat uit het rapport van Argentinië, § 57 DEC).