Woordkracht - Blijf
We leven in een haastige tijd. We hollen vaak van het ene naar het andere. Niet alleen letterlijk, maar ook in onze gedachten. Het treft me in bovenstaand Evangeliewoord dat Jezus ook gehaast lijkt. Wanneer de twee leerlingen die treuren om Jezus’ dood bij het dorp Emmaüs aankomen, laat Jezus uitschijnen dat Hij verder moet gaan.
Heeft Hij de hoop intussen opgegeven dat ze de verrezen Heer in Hem zouden herkennen? Of moest Hij écht verder omdat Hij zich aan nog meer leerlingen wou laten zien?
Zo kwamen ze bij het dorp waar ze heen gingen, maar Hij deed alsof Hij verder moest gaan. Zij drongen bij Hem aan: 'Blijf bij ons, want het wordt al avond en de dag loopt ten einde.' Lucas 24,28-29 - Derde paaszondag
Jezus kan zich wel laten zien, maar uiteindelijk is het aan de leerlingen zelf of ze de verrezen Heer ook al dan niet toelaten in hun eigen hart. Ik vind het krachtig dat hun verrijzeniservaring ontluikt vanuit een bezorgdheid om de vreemdeling. Omdat het donker wordt en dus ook gevaarlijker en kouder op de weg, vragen ze aan de hen onbekende man om te blijven. De leerlingen die zelf aan het treuren zijn, slagen erin om ondanks dat verdriet aandacht te hebben voor het welzijn van een ander. Op dat moment breekt de verrijzenis volgens mij al door in hun leven.
Het doet me stilstaan bij al mijn haastig bezig zijn. Als je altijd verder moet, is er weinig ruimte voor bijzondere ontmoetingen. Dergelijke ontmoetingen vragen om te blijven. En eigenlijk ben jij, beste lezer, voor mij een van die mensen die me halt doen houden. Iemand die mij vraagt om te blijven. Iemand die mij helpt om mijn ogen te openen voor het verrezen Leven.