Onze fascinatie voor water [column]
Waarom zijn zoveel kinderen gefascineerd door water? Onze kleindochter huilt telkens als ze uit bad moet. In het park wil ze elke vijver met haar eigen voetjes ‘uitproberen’ en je kunt haar niet gelukkiger maken dan met een kuip water in de tuin en een paar potjes.
Telkens opnieuw giet ze het water naar beneden en probeert ze vruchteloos om het met haar andere handje te grijpen. Maar hoe ze haar vingertjes ook dichtknijpt, ze krijgt het water nooit te pakken en ze snapt echt niet waarom.
Je ziet het, je voelt het, en toch kun je het niet pakken.
Het lijkt wel op onze omgang met God. Ook die zien en voelen we regelmatig, maar toch blijft hij ook altijd net buiten beeld. We zien hoe hij werkt in mensen en in onszelf, we voelen zijn liefde in wat we krijgen van en soms ook geven aan anderen. Maar hemzelf krijgen we nooit echt te pakken.
Mensen die van een warm bad kunnen genieten, krijgen vaak te horen dat ze op zoek zijn naar de ervaring van de moederschoot. Want daar hebben we immers allemaal bijna negen maanden rondgedobberd. Water was ons element voordat lucht het werd.
Op zoek gaan naar waar je vandaan komt, daar is niets mis mee. Misschien geldt dat ook voor onze ervaring met God.
Water maakt ons licht en schoon. Een bad of een douche heeft altijd iets van een nieuw begin. Het water kan ons dragen en we kunnen er ons in bewegen. En bij elk fonteintje in de stad dat op warme zomerdagen water spuit waar kindervoetjes in kunnen trappelen, zie je wel een paar verdwaalde ouders die maar al te graag meedoen.
Water haalt het kind in ons naar boven.
Het is fris en verrassend, speels en levensbelangrijk. We beloven plechtig om zorgvuldig om te gaan met water, maar we gaan er hoe dan ook van genieten!