Paardenprocessie Kester erkend als immaterieel erfgoed
De paardenprocessie van Kester, deelgemeente van Gooik in Vlaams-Brabant, is officieel erkend als immaterieel erfgoed. Dat heeft het Departement Cultuur, Jeugd en Media maandag bekendgemaakt.
De geschiedenis van de processie gaat terug tot de 13e eeuw. Ze zou ontstaan zijn uit dankbaarheid omdat Kester, en buurgemeenten Oetingen en Herfelingen, gespaard bleven van de pest. In de huidige vorm bestaat de ommegang sinds midden 19e eeuw.
In 1871 nam de dorpspastoor het initiatief om een vereniging te stichten die zich zou engageren om 'jaarlijks de Heilige Drievuldigheid in haren rondgang te peerd en stoetsgewijs te vergezellen'.
Zo ontstond de Gilde van het Paardenvolk, die tot op vandaag de processie organiseert. Jaarlijks nemen meer dan 300 figuranten en 100 ruiters deel aan de processie, die steeds op de eerste zondag na Pinksteren plaatsvindt. Traditiegetrouw vertrekt 'de grote processie' om 6.15 uur 's ochtends aan de kerk van Kester, houdt halt bij verschillende kerken en kapellen, om kort voor de middag aan te komen bij de kapel op de kruising van de Kesterweg en de Edingensesteenweg. In de namiddag maakt iedereen de omgekeerde beweging. Ook leerlingen van de dorpsschool, leiding van de Chiro en de fanfares van de drie gemeentes lopen mee.
'De Paardenprocessie van Kester brengt mensen samen en geeft een unieke identiteit aan een kleine gemeenschap in het Pajottenland', zegt Vlaams minister van Cultuur Jan Jambon (N-VA), die twee keer per jaar nieuwe gewoontes of tradities kan toevoegen aan de lijst. "Het is een mooi voorbeeld van een immaterieel-erfgoedpraktijk waar jong en oud met evenveel plezier aan deelnemen."
Bron: Belga