God in beeld [column]
Mag je God afbeelden of niet? Daar zijn door de eeuwen heen harde en bittere woorden over gevallen.
Sommige mensen ijveren voor afbeeldingen van het goddelijke omdat ze het geloof sterk kunnen ondersteunen. Anderen vrezen dat een beeld altijd beperkt is en bovendien het risico inhoudt dat het beeld op zich als iets heiligs gaat worden beschouwd. Ze hebben allebei gelijk.
In het jodendom en de islam is het beeldenverbod gehandhaafd. Christenen gaan er anders mee om.
Vooral katholieken en orthodoxen proberen beelden in te zetten om mensen dicht bij het goddelijke te laten komen.
De tentoonstelling hierover in Parcum, ‘In beeld geboren’, is een werveling van beelden en argumenten. Je ziet er afbeeldingen van Jezus die weinig historisch zijn en toch algemeen verspreid. Je ziet bepaalde modes – met of zonder baard – ook daarin weerspiegeld.
Je ziet kunstenaars worstelen met enerzijds eerbied en anderzijds de drang om Jezus voor te stellen als iemand van elke tijd, dus ook de hunne. Een boeiende evolutie die nog altijd verdergaat.
De mensen die pleiten voor het afbeelden van het goddelijke hebben een sterk argument.
In Genesis staat dat God de mens schiep als zijn beeld en gelijkenis.
Als God zelf al beelden van zichzelf maakte, dan mogen wij daar toch zeker mee verdergaan? Want het valt niet te ontkennen dat ook de mensen – de zogenaamde beelden van God – bepaald niet allemaal en altijd geslaagd zijn.
Alleen als mensen op hun best zijn, zie je dat ze familie zijn van God.
Een groot deel van de tijd is God ver te zoeken.
Hier en daar een glimp, meer levert het meestal niet op. Dat was voor God zo en dat is voor de mens als kunstenaar van het goddelijke niet anders.
Maar misschien is af en toe een glimp van God genoeg voor mensenogen.
• Meer over deze tentoonstelling op de website van PARCUM.