Commentaar bijbellezing 11/2: ‘Eenzame plaatsen’, Valérie Kabergs
Evangelie: Marcus 1, 40-45
In die tijd kwam er eens een melaatse bij Jezus die op zijn knieën viel en Hem smeekte: ‘Als Gij wilt, kunt Gij mij reinigen.’ Door medelijden bewogen, stak Jezus de hand uit, raakte hem aan en sprak tot hem: ‘Ik wil, word rein.’ Terstond verdween de melaatsheid en was hij gereinigd. Terwijl Jezus hem wegstuurde, vermaande Hij hem met klem: ‘Zorg ervoor dat ge aan niemand iets zegt, maar ga u laten zien aan de priester en offer voor uw reiniging wat Mozes heeft voorgeschreven, om ze het bewijs te leveren.’ Eenmaal vertrokken, begon de man zijn verhaal overal in het openbaar te vertellen en ruchtbaarheid aan de zaak te geven, met het gevolg dat Jezus niet meer openlijk in de stad kon komen, maar buiten op eenzame plaatsen verbleef. Toch kwamen de mensen van alle kanten naar Hem toe.
Commentaar Valérie Kabergs: ‘Eenzame plaatsen’
Maandagochtend, 7.00 uur. Meer dan 38 graden koorts, zo geeft de thermometer aan. ‘Wat moet ik hier heel de dag toch doen als ik niet naar het klasje kan gaan,’ zucht Mara-Lea diep. Ze zou veel liever met haar vriendinnetje gaan spelen.
Wellicht was het afgezonderd moeten leven ook iets wat zwaar doorwoog voor de man met huidziekte uit het Evangelie. Aangezien huidziekten besmettelijk zijn, moesten mensen die huidvraat opliepen zichzelf isoleren totdat de ziekte genezen was. Pas wanneer een priester de genezing kon vaststellen, werden ze weer opgenomen in de geloofsgemeenschap.
Jezus is in het bijzonder bekommerd om mensen die om de een of andere reden buiten de gemeenschap vallen.
Vanuit zijn sterke aandacht voor eenzamen is het verhaal ons wellicht overgeleverd. Marcus is van de vier evangelisten degene die het sterkst de menselijkheid van Jezus laat doorschemeren in zijn vertelling. Enerzijds blijkt dat uit het medelijden dat Jezus onmiddellijk voelt voor de man met huidvraat. Anderzijds laat Marcus zien dat Jezus zich – net omdat hij ‘ook maar een mens is’ – niet in staat voelt om alle zieken in de stad te genezen. Jezus zondert zichzelf bijgevolg af wanneer er een volkstoeloop op gang komt.
Anders dan de uit de gemeenschap verbannen man met huidvraat voelt Jezus zich echter niet alleen op die eenzame plaats. Net in de afzondering beleeft hij de relatie met zijn Vader ten volle. Niemand wil gedwongen worden afgezonderd. We zijn en horen er allemaal graag bij, en hebben elkaar nodig.
Toch heb ik ook geleerd om niet bang te zijn voor de alleenheid.
Geregeld heb ik die eenzame plaatsen zelfs nodig. Om in contact te blijven met mijn wezen. Om me te laven aan Diegene die ons allen ten diepste draagt.
Valérie Kabergs is bijbelblogster en werkt bij CCV Hasselt.