7 Bijbelse vragen aan Helena Vanloon, van actrice tot koster
Helena Vanloon speelde tien jaar lang de rol van Marleen in de tv-serie Lili en Marleen. Ze werkte ook als leerkracht woordkunst en drama in muziekacademies en bij de organisatie Mus-E. Sinds 2012 kun je haar vinden in de pittoreske Keizerskapel in Antwerpen en sinds 2019 begon ze daarnaast als koster in de monumentale Sint-Jacobskerk. Maar wat zou zij zeggen als Jezus zijn vragen in de evangelies tot haar had gericht? Ze kiest en beantwoordt er zeven.
1. Wat zie je?
Het leven is vol magie en verrassingen. De grenzeloze creativiteit in de natuur en in het leven zelf fascineren me. Sommige verschijnselen zijn niet te verklaren. Misschien hoeft dat ook niet. Er is niet altijd een antwoord nodig. Dat houdt de geest open en doet kennis relativeren. Ik hoop dat ik de verwondering over de magie van het leven nooit zal verliezen. Mysteries maken het leven spannend.
2. Waarover maak je je zorgen?
Er is veel om me zorgen over te maken en van wakker te liggen. Wat hier nog niet vaak vermeld werd, is de invloed van de media. Sociale media kunnen de dynamiek van de dingen veranderen en ingrijpen in het leven. Bijna zonder dat je het merkt. Net als wapens worden ze op grote schaal ingezet en er is een massa mensen bij betrokken.
Ze zijn zeker niet altijd negatief, maar vragen toch mediawijsheid. En dat is iets wat jonge kinderen niet altijd hebben. Inhoudelijk zijn media eerder gericht op spanningsopbouw en actie, conflicten en menselijke drama’s. Lijden en agressie zijn door de ogen van de media aantrekkelijker dan vrede. Vrede lijkt saai, want er gebeurt niets. Het dramagehalte sluipt zo ons leven binnen.
3. Waar is je geloof?
Geloven heeft zoveel kanten, en gaat niet enkel over God. Geloven heeft met overtuiging te maken en met vertrouwen. Geloven in iets kan bergen verzetten. Ik ben christelijk opgevoed en geloven was vanzelfsprekend. Het was er gewoon. Nu het kerkgebouw mijn werkplek is, ben ik opeens een insider geworden. Als actrice kijk je toch anders naar de kerk dan als koster. Ik hoop er eens theater te kunnen spelen.
Het Westerse theater vond zijn oorsprong in de Griekse tempeldiensten. De theatrale rituelen uit de oudheid kan je nog altijd herkennen in de opbouw van de eucharistieviering. Dat is ontzettend boeiend. De Griekse tragedies eindigen ook met de ondergang van een held.
Kerkruimtes worden echt onderschat. Het zijn fantastische ruimtes, tempels van licht en kunst, die schitterend gerestaureerd worden en toegankelijk zijn.
Je stapt letterlijk in onze geschiedenis binnen en wordt verbonden met de grote verhalen. Alles is in harmonie en dat werkt helend. Je komt er tot rust. Aan bezoekers zie je dat meteen. Als de vooringenomenheid wegvalt.
Bijbelverhalen zijn literair uniek, ook zonder theologische kennis. Ze geven volgens mij een vrij realistisch beeld van wat je in het leven kan verwachten: voorspoed en tegenspoed, grote levenskeuzes, beproevingen… Daarnaast vertellen ze over politieke structuren, gemeenschappen, sterke figuren, conflicten, oorlogen, milieurampen… Maar ze gaan ook over daadkracht en inzet, solidariteit, normen en waarden, vernieuwing, bevrijding en streven naar geluk. Heel actueel allemaal. Er is niets nieuws onder de zon, zou je denken. Het blijft een positief verhaal, ook nu. Over hoe je moeilijkheden kan overwinnen en blijven vertrouwen. En niet kopje-onder gaan. En vooral dat je nooit alleen staat.
Soms hoor ik een citaat. En dat blijkt het uit de Bijbel te komen, zonder dat het de bedoeling was. Dan merk je toch dat die grote verhalen dieper verankerd zijn in onze cultuur dat we denken of zouden willen.
4. Waar zou jij je leven voor geven?
Het lijkt me een mooie daad om je leven te geven voor een goede zaak. Het offerkarakter is in de Bijbel sterk aanwezig, veelal symbolisch. Maar veel mensen geven hun leven voor het geluk van anderen, in alle lagen van de samenleving. In elk beroep of context. Ze overtreffen zichzelf. Het toont dat iedereen het verschil kan maken, en kan bijdragen. Elke dag, op elk moment. Dat maakt het leven betekenisvol. En dan denk ik aan de song What if God was one of us?
5. Wie ben Ik volgens jou?
De vraag hoeft niet over een ik-figuur te gaan. Ze kan ook verwijzen naar een levenshouding. Zoals bijvoorbeeld de wijze raad uit het boek Spreuken, 2:
Mijn zoon, als je in acht neemt wat ik zeg,
mijn richtlijnen altijd onthoudt,
een open oor hebt voor wijsheid,
een geest die neigt naar inzicht,
als je erom vraagt de dingen te begrijpen,
roept om scherpzinnigheid,
ernaar zoekt als was het zilver,
ernaar speurt als naar een verborgen schat…
Ik weet niet of dit naar het geloof zal leiden, maar je kan er iets mee doen in het leven. Toen ik lesgaf, vertelden de leerlingen wel eens over hun communie. Ik vroeg een jongen of hij ook zijn communie deed en kreeg ik als antwoord: ‘Natuurlijk niet mevrouw, mijn naam is Theo en dat betekent God.’
6. Waarmee kan je Gods Koninkrijk vergelijken?
In mijn verbeelding zie ik het als een geweven wandtapijt waarin alles geconnecteerd is, verbonden door zichtbare en onzichtbare draadjes. Elk draadje heeft een eigen kleur en betekenis in het systeem. Het geheel is sterk en verfijnd. Vanuit de hoogte zie je het volledig, maar als je inzoomt zie je de fijnmazigheid en de opbouw van elk deeltje, dat op zich weer een geheel vormt. Het doet denken aan een ecosysteem. Misschien is er een grote spirituele kracht werkzaam achter die verbindingen. De spirituele aard van onze planeet wordt soms met ‘ziel’ omschreven. Een sprankel energie die in alles aanwezig is. Je zou het goddelijk kunnen noemen.
7. Waarom zoek je Mij? Weet je niet waar ik te vinden ben?
Veel mensen zijn op zoek naar ervaringen die de eigen persoon overstijgen, en die ons verbinden met iets betekenisvol. ook jongeren. Soms ervaar ik het in de schoonheid van kunst, een beeld dat alles zegt, muziek die raakt tot in de ziel, een moment van inspiratie, in een meditatie, in samenwerkingen… Kerken zijn gebouwd om die ervaring op te roepen en uit te drukken in woord, beeld en muziek. Dat merk ik elke keer als ik in de Sint-Jacobskerk ben, en in de Keizerskapel. Maar het kan ook in de natuur. En soms is het voldoende om alleen maar naar de wolken te kijken, naar de ruimte, de hemel.
Ik hoop dat er humor is in de hemel.